Complexgegevens

Complexnummer
509413

Omschrijving

Inleiding

COMPLEX van het type PSEUDOBASILIEK met aangrenzende PASTORIE gebouwd in 1935 door de Firma J.M. te Dorsthorst uit Lichtenvoorde naar het ontwerp van de architect J. SLUYMER uit Enschede. De nieuwbouwplannen ontstonden als gevolg van de slechte staat waarin de neogotische R.K. kerk uit 1876 verkeerde. Het complex is gesitueerd aan de noordzijde van de Grotestraat binnen de bebouwde kom van Eibergen. De kerk is noord-oost georiënteerd met koor gericht op het noorden. De sacristie en de pastorie bevinden zich aan de oostzijde van de kerk. Het perceel wordt aan de straatzijde begrensd door een lage bakstenen muur afgesloten door een ezelsrug. De muur wordt op twee plaatsen onderbroken door dubbele smeedijzeren vleugels tussen twee bakstenen pijlers.

Onder de bescherming vallen:

1. kerk

2. pastorie

De kerk met pastorie is één ontwerp, opgetrokken in roodbruine handvormsteen in wild verband met trasraam en rollaag. De gesloten bakstenen gevels met steunberen eindigen in steile zadeldaken met opgewipte voet en zinken mastgoot, gedekt met rode en gesmoorde Romaanse pannen. In de gevels van de kerk bevinden zich voornamelijk gedrukte spitsboogvensters met bakstenen vorktracering en glas-in-loodramen vervaardigd door J. TER HORN. In de gevels van de forse vierkante bakstenen vieringstoren met geknikt tentdak bevindt zich aan vier zijden een uurwerk, twee galmgaten en een glas-in-lood rondvenster. De pastorie heeft evenals de kerk tuitgevels met opgetrokken schouderstukken afgesloten door een ezelsrug. Voor de pastorie is gebruik gemaakt van rechthoekige houten schuifvensters met roedenverdeling en glas-in-lood bovenlichten met ingebouwde rolgordijnen.

De degelijke en sobere baksteenarchitectuur is een zuiver voorbeeld in Delftse School ontworpen door de architect J. SLUYMER uit Enschede, die meerdere opdrachten kreeg van het aartsbisdom Utrecht. Hij heeft bij zijn ontwerp gebruik gemaakt van natuurlijke materialen zoals handvormsteen en hout in combinatie met eenvoudige, traditionele hoofdvormen. J. TER HORN (1894-1956) bezocht de Rijksschool voor Kunstnijverheid te Amsterdam, nadat hij tekenlessen had gevolgd bij August Falise. In 1919 kwam hij terecht bij het atelier van Cuypers in Roermond, waar hij werkte als ontwerper en uitvoerder van glas-in-loodramen. In het begin van de jaren dertig vertrok Ter Horn naar Arnhem, waar hij de opdracht kreeg de glas-in-loodramen voor de Mattheuskerk te ontwerpen. Na de oorlog vestigde hij zich in Utrecht en werd in 1950 hoogleraar in de monumentale schilderkunst en glazenierskunst aan de Jan van Eyck academie te Maastricht. Zijn vroege werk staat duidelijk onder invloed van de middeleeuwen, terwijl zijn latere werk de invloed van Chartres laat zien. De glas-in-loodramen zijn vervaardigd in zachte kleuren, met in de grote ramen links en rechts in de zijbeuken de voorstelling de geboorte van Christus' en Jezus onderwijst in de tempel'.

Broeder Pancratius van het Missiehuis in Teteringen heeft een ontwerp gemaakt voor de tuinaanleg met brede wandelpaden voor het houden van processies. Het is onduidelijk of dit ontwerp is uitgevoerd omdat de aanleg van de tuin grotendeels is verdwenen.

Waardering

De PSEUDOBASILIEK met PASTORIE gewijd aan de heilige Mattheus, is gebouwd in 1935 naar ontwerp van J. SLUYMER in Delftse School.

- Van architectuurhistorische waarde als zuiver en gaaf complex in Delftse School van de architect J. Sluymer uit Enschede. De lage zijgevels met steunberen, tuitgevels met schouderstukken en de vieringstoren opgetrokken in een handvormsteen, geven het complex een sobere en degelijke uitstraling kenmerkend voor deze stijl.

- Van stedenbouwkundige en cultuurhistorische waarde vanwege een gaaf bewaard gebleven ensemble bestaande uit een Rooms Katholieke kerk met sacristie en pastorie in Delftse School in een kleine gemeenschap in een overwegend gereformeerd gebied.