Complexgegevens

Complexnummer
511834

Omschrijving

Omschrijving.

De buitenplaats Schuttersveld werd gesticht door Charles de Maere (Messire Charles Louis Baron de Maere (1902-1885), gehuwd met Cecile Jeanne van Remoorterre), textielfabrikant te St. Nicolaas in Vlaanderen. Hij vestigde zich in november 1832 te Enschede en stichtte in 1834 op het zgn. Schuttersveld in de toenmalige gemeente Lonneker een garenververij en bontweverij. De naam Schuttersveld is waarschijnlijk afkomstig van de op het terrein gehouden oefeningen door de Enschedese schutterij. Tussen de ververij en weverij liet De Maere het huis Schuttersveld bouwen. Op 30 augustus 1834 legde Adolf Joseph de Maere, zoon van de stichter, de thans nog aanwezige eerste steen voor het nieuwe woonhuis. Rondom het huis werd een fraai landschapspark aangelegd met als dominerend element een slingervijver. Volgens de kadastrale minuut uit 1836 (Lonneker, 915.920 A7 N 10) bevinden zich op dat moment de volgende opstallen op het Schuttersveld: het hoofdgebouw, ten oosten de weverij (met koetshuis, paardestal en remise) en de ververij met kalanderij (waar het weefsel ter glanzing gemangeld werd -kalanderen-) ten westen van het hoofdgebouw, in het zuiden van het park ligt de zich vanaf de slingerende beek vertakkende slingervijver en nog een tweede kleine slingervijver in het westen van de aanleg. Hoofdgebouw en parkaanleg zijn in de loop der tijd vrijwel onaangetast gebleven. De Maere zette zijn bedrijf op het Schuttersveld tot medio 1847 voort en kocht in 1848 van de heer De Greve, notaris te Enschede, ten zuiden van zijn bezit een perceel dat oorspronkelijk tot de Esmarke behoorde. Tevens kocht De Maere omstreeks 1848 rechtstreeks vanuit de Esmarke een tweede stuk grond, gelegen ten westen van voornoemde perceel. Dit in het zuiden van de aanleg gelegen deel, behoorde tot de verkoop eind jaren '90 tot de historische aanleg. De Maere bleef tot 1856 op het huis wonen en keerde toen naar België terug. Per advertentie werd in de Enschedesche Courant van 25 september 1856 de verkoop aangekondigd van de "verkoop van een kostbare inboedel, toebehorende aan Jhr. de Maere op het Schuttersveld wegens vertrek naar elders" en enkele jaren later op 16 maart 1859 verscheen in "De Enschedesche Courant" de mededeling dat het buitengoed Schuttersveld verkocht zou worden. Hendrik Jan (Hein) van Heek (getrouwd met Johanna Elderink en firmant van de firma Gebr. van Heek) werd op 16 mei 1859 bij deze openbare verkoping voor f 27.200,- eigenaar van Schuttersveld. Het buiten omvat dan de villa en de bijgebouwen, alsmede 11.39.70 ha grond, ten dele als park aangelegd. Later werd nog 4 ha grond bijgekocht. Op 15 augustus 1859 vroeg H.J. van Heek namens de firma Gebr. van Heek aan Gedeputeerde Staten van Overijssel, concessie tot het oprichten van een weverij, ververij, warme en koude kalanderij, ruwerij en katoendrukkerij op bovengenoemd terrein. Tevens verzocht hij om tot het bouwen van een fabriek over te mogen gaan. In 1859 werd in en bij de villa op het Schuttersveld het nieuwe bedrijf begonnen. In het huis werd tevens kantoor gehouden en op de zolders werd een magazijn voor het gerede doek gevestigd. Het gebouw ten westen van de villa bleef in gebruik voor het verven van het doek dat door de buitenwevers werd afgeleverd in het gebouw oostelijk van de villa dat in de voorgaande jaren dienst had gedaan als koetshuis, stallen en koetsierswoning van De Maere, een groot liefhebber van de paardensport. Toen de ververij ten westen van het huis omstreeks 1880-1885 afbrandde, werd het gebouw gesloopt en werden van het vrijkomende materiaal twee dienstwoningen aan de Hengelosestraat (thans Hengelosestraat 107-109) gebouwd. Het voormalige koetshuis bleef behouden. Na het overlijden van mevrouw H.J. van Heek-Elderink werd Schuttersveld in 1922 ingebracht in de NV. Sinds 1935 werd het huis bewoond door de heer H.A. van Heek, directeur van Gebr. van Heek, en zijn gezin. In 1985 werd Schuttersveld eigendom van Gebr. van Heek, later genaamd Schuttersveld Holding NV. In 1989-90 werd het hoofdhuis door de toenmalige huurder (Te Pas Bouw) gerestaureerd en werd er in het voormalige koetshuis een restaurant gevestigd. Thans is Schuttersveld eigendom van mw. A.N.G. ten Cate-van Heek. Het complex wordt van de Hengelosestraat gescheiden middels een smeedijzeren hek. De omgrenzing van de historische buitenplaats staat op de bij deze registeromschrijving bijhorende kaart aangegeven: in het noorden vormt de Hengelosestraat de begrenzing, in het oosten de tuinen bij de dienstwoningen en de beukenlaan, in het zuiden begrenzen de beek en de eiken de buitenplaats en in het westen de rode beuken- en lindenlaan.

De historische buitenplaats Schuttersveld is uit de volgende samenstellende onderdelen opgebouwd; 1. hoofdgebouw (Huis Schuttersveld), zie voor omschrijving hierna; 2. historische parkaanleg, zie idem; 3. koetshuis, zie idem; 4. blok van twee dienstwoningen met bijbehorend hekwerk, zie idem; 5. hekwerk aan de Hengelosestraat, zie idem; 6. drie koude bakken in moestuin, zie idem.

Waardering

De historische buitenplaats Schuttersveld is in cultuur-, architectuur- en tuinhistorisch opzicht van algemeen belang vanwege:

- het hoofdgebouw in empire-stijl, dat een belangrijk voorbeeld is van een hoofdgebouw op een buitenplaats die in de jaren '30 van de 19de eeuw gebouwd werd als directeurswoning voor een textielfabrikant temidden van een -thans verdwenen- fabriekscomplex;

- de vanaf de aanleg in de jaren '30 van de 19de eeuw nauwelijks aan veranderingen onderhevig geweest zijnde parkaanleg in landschappelijke stijl met als dominerend middelpunt een slingervijver, behorende bij het voormalig fabriekscomplex en de directeurswoning;

- de visuele, ruimtelijke en functionele samenhang tussen de complexonderdelen.