Complexgegevens

Complexnummer
518583

Omschrijving

Het complex INGENIEURSWONINGEN WIEëNWEG dateert uit 1941 en is gebouwd in opdracht van de Staatsmijnen in Limburg. Deze 16 ingenieurswoningen werden in een achttal varianten ontworpen door architect Joseph Wielders uit Sittard. De woningen zijn, verdeeld over zes eenheden met een grote architectonische variëteit, in lineair verband langs de Wieënweg gesitueerd. Vanwege deze locatie waren deze woningen op korte afstand van zowel de staatsmijn Emma als de staatsmijn Hendrik gelegen, waardoor op bijzondere wijze uiting werd gegeven aan de maatschappelijke status van de bewoners.

De vier tussengelegen en teruggerooide eenheden bestaan uit twee-onder-één-kap woningen. Twee eenheden tellen vier woningen onder één kap. Daarbij zijn de volgende typecombinaties toegepast: 7-8-8-7 (Wieënweg 36-42); 3-4 (Wieënweg 44-46); 1-2 (Wieënweg 48-50, 52-54, 56-58) en 5-6-6-5 (Wieënweg 60-62-64-66). Alle woningen hebben voor- en achtertuinen. Bakstenen erfscheidingsmuurtjes met ezelsrug. De achtertuinen aan de noordzijde hellen af in de richting van het voormalige mijnspoor tussen de staatsmijnen Emma en Hendrik. Dit mijnspoor is na de sluiting van de mijnen verdwenen.

De ingenieurswoningen zijn gebouwd in een traditionele landhuisstijl, waarbij zowel streekgebonden bouwmaterialen als stalen vensterkozijnen zijn toegepast. De tuinaanleg en de beplanting werd oorspronkelijk door de Staatsmijnen op uniforme wijze gerealiseerd en in stand gehouden. Het laatste is als zondanig niet meer herkenbaar.

Van bescherming UITGESLOTEN zijn alle sedert 1941 gerealiseerde aan- en bijbouwen.

Waardering

Het complex Ingenieurswoningen Wieënweg is van cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociaal-economische en typologische ontwikkeling. De architectuurhistorische waarden worden bepaald door een door grensoverschrijdende invloeden bepaalde traditionele bouwstijl, door het belang van het complex binnen het oeuvre van architect Wielders, de esthetische kwaliteiten van het geheel, het materiaalgebruik en de ornamentiek. De woningen vormen een belangrijk onderdeel van het uitgestrekte, sterk hiërarchisch ingerichte woongebied in de onmiddellijke nabijheid van de terreinen van de voormalige Staatsmijnen Emma en Hendrik. De woningen zijn als zodanig een bijzondere uitdrukking van de wijze van bouwen van bedrijfswoningen in Nederland, waarbij in de mijnstreek meer dan elders in Nederland het aanzien van de bewoner binnen het bedrijf tot uitdrukking werd gebracht.

Als gevolg van deze specifieke situering zijn de ingenieurswoningen ten zeerste verbonden met de ontwikkeling en uitbreiding van de mijnstreek in het algemeen en Brunssum in het bijzonder. De woningen zijn van belang voor het aanzien van de mijnstreek en beschikken over een historisch-ruimtelijke relatie met de regionale bodemgesteldheid en de inmiddels verdwenen mijnterreinen.

Het complex is van belang vanwege de architectonische gaafheid, de architectonische kwaliteit van de samenstellende onderdelen en is van belang voor de structurele en visuele gaafheid van de bebouwde omgeving.

Bovendien beschikken de ingenieurswoningen over een redelijke architectuurhistorische zeldzaamheidswaarde; daarnaast in nationaal perspectief over een aanzienlijke typologische en functionele zeldzaamheidswaarde.

Het algemeen belang wordt bepaald door de combinatie van de hierboven aangehaalde overwegingen.