Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
21058
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82936/10
Kadastrale aanduiding
Hazerswoude I 514
Hazerswoude I 520
Rijndijk 253, 2394 CE te Hazerswoude-Rijndijk

Omschrijving

Inleiding

Boerderijcomplex "Hoeve Rijnland" bestaande uit: een boerderij, een zomerhuis annex melkhuis met boenhok, een karnhuis annex wagenschuur en stal en een inrijhek. De voorgevel van de boerderij staat parallel aan de Rijndijk, een voortuin vormt de scheiding hiermee. Aan de rechterzijde van het door sloten begrensde perceel ligt het toegangspad.

De boerderij (rond 1800 en gedeeltelijk 17de-eeuws met oudere kern) is in baksteen opgetrokken op een L-vormige plattegrond en overdekt met een rietgedekt wolfdak. Zie voor een nadere omschrijving van dit complexonderdeel de tekst onder I.

Het links van de boerderij gelegen zomerhuis annex melkhuis met boenhok (XIXa) is in baksteen opgetrokken op rechthoekige plattegrond en overdekt met een dakpannen gedekt zadeldak. Een tussenlid verbindt het met de boerderij. Het aangrenzende houten boenhok sluit met zijn lessenaarsdak - gedekt met dakpannen - aan op het linker dakschild van het zomerhuis annex melkhuis. Zie voor een nadere omschrijving van dit complexonderdeel de tekst onder II.

Het rechts van de boerderij gelegen karnhuis annex wagenschuur en stal (XIXd) is opgetrokken in baksteen op rechthoekige maar driezijdig gesloten plattegrond en wordt overdekt met een dakpannen gedekt schilddak. Zie voor nadere omschrijving van dit complexonderdeel de tekst onder III.

Het ijzeren inrijhek, nabij de Rijndijk, sluit het toegangspad af. Zie voor een nadere omschrijving van dit complexonderdeel de tekst onder IV.

De boerderij heeft mede door haar situering aan de Rijndijk, de aanwezigheid van overige karakteristieke bedrijfsgebouwen waaronder een hooiberg achter de boerderij en een stal achter het zomerhuis annex melkhuis en een op het perceel gelegen boomgaard haar karakter weten te behouden. Deze objecten zijn echter niet beschermd.

Omschrijving

I Boerderij

De boederij - behorende tot de hallehuisgroep en van het voergangtype - bestaat uit een woon- en een bedrijfsgedeelte gescheiden door een brandmuur. De bouwnaad links van het liseen in de voorgevel vormt de scheiding tussen het overwegend 17de-eeuwse deel en de rest van de boerderij van rond 1800. De voorgevel bezit negenruitsvensters (binnenluiken), zesruitsvensters en een tweelichtvenster boven het deurkozijn met paneeldeur. In het bovenlicht hiervan een gietijzeren levensboom. Boven de keldervensters zijn nog restanten van de geschilderde afweertekens zichtbaar. In de zijgevels zijn vensters met zesruits schuiframen (woongedeelte) en tweelichten met een binnen- en een buitenluik (bedrijfsgedeelte) opgenomen.

In het woongedeelte bevinden zich een opkamer waaronder twee naast elkaar gelegen kelders gescheiden door een muur en elk overwelfd met twee ribloze kruisgelven. De hoekkelder staat in verbinding met een gemetselde put, die is opgenomen in de voortuin. Het betreft hier waarschijnlijk een "overlaat" voor kelderwater. De kelder, waarop de keldertrap aansluit, vormt het oudste deel van de boerderij (vermoedelijk XIV) en bezit twee kaarnissen. De andere kelder, de opkamer en de zolder vormen het 17de- eeuwse deel van de boerderij. Boven de opkamer een enkelvoudige balklaag. De kapconstructie van dit deel bestaat uit twee schaargebinten (één met krommers) met nokstijl waarover de gordingen en is samengesteld uit secundair verwerkt eike- en grenehout. De alternerende verdiepingbalklaag van het andere deel van het woongedeelte is zeer waarschijnlijk samengesteld uit secundair verwerkt hout. De grenehouten kapconstructie ervan bestaat uit drie van gehakte telmerken voorziene kapgebinten (met één rechte gebintstijl) waarover gordingen.

De houtconstructie van het bedrijfsgedeelte bestaat uit (vier) tweezijdig overstekende geschoorde dekbalkgebinten waarop schaargebinten met dubbele trekbalken. Een vijfde dekbalkgebint staat op de middelste scheidingsmuur. De onderdelen van de grenen houtconstructie zijn voorzien van gehakte telmerken. Een schuin geplaatste balk nabij de spoelbak markeert de voormalige positie van de karnton, die aangedreven werd door de karnmolen in het karnhuis.

In de boerderij bevinden zich enkele karakteristieke interieurelementen zoals enkele binnendeuren, waaronder de 17de-eeuwse van de opkamer, een bedstede, rookkast, koelbak met pomp en dergelijke.

De boerderij is van belang als hoofdonderdeel van het boerderijcomplex en van algemeen belang als representant van het voergangtype, vanwege de bouwhistorische waarden en de relatieve architectonische gaafheid.

II Zomerhuis annex melkhuis met boenhok. De voorgevel (tuitgevel) van het zomerhuis annex melkhuis is uitgevoerd met vlechtingen. In de top van deze gevel is een venster met luik en op de beganegrond een negenruitsvenster opgenomen en in de linker zijgevel een zesruits- en een negenruitsvenster. Aan de achterzijde sluit het aan op de voorgevel van de erachter gelegen stal. De enkelvoudige balklaag is ter plaatse van het vertrek geprofileerd en ter plaatse van het melkhuis niet. De kapconstructie bestaat uit twee verschillende A-spanten waarover gordingen.

De gevels van het boenhok bestaan uit een gemetselde voeting waarop een houten ojief-vormige wand. Het lessenaarsdak sluit aan op het dakschild van het zomerhuis annex melkuis.

Het zomerhuis annex melkhuis met boenhok is van belang als onderdeel van het boerderijcomplex en van algemeen belang als uitdrukking van de ontwikkeling van het boerenbedrijf, de zeldzaamheid van het boenhok en de relatieve architectonische gaafheid.

III Karnhuis annex wagenschuur en stal

Het metselwerk van de driezijdige gesloten voorgevel van het karnhuis annex wagenschuur en stal is uitgevoerd met drie speklagen van gele baksteen. In het midden van deze gevel is een blindvenster opgenomen. De goten worden gedragen door consoles van uitgetande bakstenen. De stalramen in de gevels zijn van gietijzer.

Aan de voorgevel grenst het karnhuis en aan de achtergevel (tuitgegevel) de stal. De wagenschuur bevindt zich er tussenin en is door een muur gescheiden van de stal en door een houten wand - met zeer brede rabatdelen - van het karnhuis. In de zware balk opgelegd op de penanten van het karnhuis geeft een gat de positie van de as van de voormalige rosmolen aan. De zolderbalklaag is samengesteld uit balken met verschillende afmetingen. De kapconstructie bestaat uit A-spanten met gordingen. In de stal bevinden zich twee hardstenen drinkbakken en een ijzeren ruif.

Het karnhuis annex wagenschuur en stal is van belang als onderdeel van het boerderijcomplex en van algemeen belang als uitdrukking van de ontwikkeling van het boerenbedrijf, de zeldzaamheid van een dergelijk gebouw uit die periode en de relatieve architectonische gaafheid.

IV Inrijhek

Het ijzeren inrijhek bestaat uit twee samengestelde hekstijlen voorzien van spijlen en een voluutvormige vleugel - en het dubbele hekwerk eveneens voorzien van spijlen. De hekstijlen zijn bekroond met twee gestileerde pijnappels weerszijden en de spijlen van de hekstijlen en het hekwerk met hekpunten. In de hekstijlen is de naam: "RIJN LAND" opgenomen.

Het inrijhek is van belang als onderdeel van het boerderijcomplex en van algemeen belang vanwege de relatieve architectonische gaafheid.

Waardering

Het boerderijcomplex "Hoeve Rijnland" is vooral van belang vanwege de cultuur- en bouwhistorische waarden alsmede de zeldzaamheid van het karnhuis annex wagenschuur en stal en die van het boenhok. Daarnaast is het relatief goed bewaarde karakter en de relatieve architectonische gaafheid van het complex van belang.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M)