TUINKOEPEL. Aan de ZO-hoek aan de oostelijke en zuidelijke grenssloot van de aanleg gelegen zeszijdige houten tuinkoepel uit ca. 1900 in neo-renaissance-stijl, met tentdak met bolle schilden en aan de zuidzijde van drie schuin tegen elkaar geplaatste kleinere schilden voorzien. De koepelkamer, die uitzicht biedt op de Amstel en het omringende land aan deze zijde is van een onderbouw voorzien waarin aan de west-, zuid- en oostzijde een blokmotief en waarvan de west- en zuidzijde naar onderen uitzwenkt. Centraal aan de noordzijde de ingangspartij, bestaande uit een enkele draaideur met enkel-ruitsvenster en bovenlicht met 8-ruitsvenster, aan weerszijden geflankeerd door gecanneleerde pijlers op vaasvormige consoles en met Korintische kapitelen, die een fries met trigliefen en een tympaan schragen. Links en rechts van de ingangspartij een enkel-ruitsvenster met bovenlicht met 6-ruitsindeling. Westgevel: een venster met 2-ruitsindeling met bovenlicht met 10-ruitsindeling. Zuidgevel: centraal gelegen een venster als aan westzijde, aan de ZW-zijde een enkel-ruitsvenster met bovenlicht met 6-ruitsindeling en aan ZO-zijde een aan de ZW-zijde identiek venster. Oostgevel: een venster als aan westgevel. De ingang van de koepel is te bereiken via een trap van zes treden naar een galerij met balustervormige balustrade, die aan de noord- en oostgevel omgaat. De gevels zijn omgaand van een kroonlijst voorzien waarin simaaslijst.