Inleiding

Het WOONHUIS 'De Eerste Steen' is gebouwd in 1906-1907 als "boschhuisje" voor H.J. Oosting naar een ontwerp van de Asser architect G. Stel. Het oorspronkelijke ontwerp laat zien dat het huis in oorsprong geen dakruiter bezat en dat het avant-corps werd beëindigd door een attiekbalustrade. Het vrijstaande landhuisje in overgangsstijl is fraai gelegen in een lommerrijke omgeving. Omschrijving

Het pand is opgetrokken vanuit een rechthoekige plattegrond in wit geschilderde baksteen met zwart geschilderde plint en eveneens geschilderde, ossebloedkleurige accenten. Het verdiepingloze huis heeft een met pannen gedekt zadeldak met een grote houten dakruiter, die niet op de ontwerptekening is aangegeven. De dakruiter is voorzien van een rondboogvenster aan voor- en achterzijde, dubbele rondbooggalmgaten aan alle zijden en een uitkragende, ingesnoerde spits die is gedekt met zinken schubben. Het huis heeft een symmetrische voorgevel met roedenverdeling in de bovenlichten van de rechtgesloten gevelopeningen. In het midden bevindt zich een iets hoger opgaand avant-corps met afgeschuinde zijden. Dit maakt deel uit van een kamer, die zich bevindt boven een souterrain en waarvan de vloer een meter boven het vloerniveau van de overige vertrekken ligt. Het souterrain is voorzien van liggende vensters en heeft rondom een als terras fungerend houten plankier met rondbogen tussen palen, waarop een balustrade van houten rondbogen staat. De trap aan de voorzijde maakte geen deel uit van het oorspronkelijke ontwerp. Het avant-corps heeft aan de voorzijde een op het plankier uitkomende porte brisée en aan beide zijden een venster, waarvan de linker is behangen met persiennes. Deze rechtgesloten gevelopeningen staan onder strekken en een doorgetrokken rand met tandlijst. De voorsprong wordt beëindigd door een op klampen rustende, geprofileerde gootlijst, waarop oorspronkelijk een attiekbalustrade stond. De vensters met persiennes in de buitenste traveeën staan onder rondbogen in iets lagere geveldelen met tandlijst als aan het avant-corps. De rechter zijgevel is voorzien van een venster onder rondboog, een nieuwe entree onder de rondboog van een verdwenen venster en een niet oorspronkelijk rechtgesloten venster rechts van de entree. De achterzijde heeft twee vanuit de kap doorgetrokken uitbouwen met daartussen een terugliggende gevelpartij met niet oorspronkelijk, rechtgesloten venster met roedenverdeling en een hoger in de gevel liggende strek als restant van een verdwenen venster. De overige gevelopeningen in de achtergevel zijn ook niet oorspronkelijk. De linker zijgevel heeft op de begane grond een venster en een porte brisée naar een betegeld terras. De baksteen in de top van de puntgevel wijkt af van de andere, wat kan zijn veroorzaakt door een verbouwing. Aan het begin van de oprijlaan staan bakstenen hekpijlers met steunberen en de naam van het huis in plaatjes van Bentheimer zandsteen. Waardering

Het karakteristieke, in een lommerrijke omgeving staande huis is een zich fraai naar de omgeving voegend beeldbepalend object met vooral landschappelijke waarde.