KAPEL. In rode baksteen opgetrokken kapel, St. Mary's Chapel genaamd, op rechthoekige grondslag op enigszins uitgebouwde voeting. Zij is overkapt met een met rode terra cotta tegels gedekt zadeldak, waarvan de dakschilden naar onderen iets uitzwenken. De entree is aan de ZW-zijde gesitueerd. Deze wordt voorafgegaan door een van voren open portaal onder een met rode terra cotta tegels gedekt zadeldak, waarvan de zijgevels in rode baksteen (onder) en vakwerk (boven) zijn opgetrokken. In deze zijgevels een dubbel kozijn met klaverbladvormige tootboog met glas-in-lood ruiten. De entree bestaat uit een houten spitsboogvormige deur, voorzien van rijk siersmeedijzeren beslag.

Het gevelveld aan weerszijden van het portaal wordt door steunberen met dubbele versnijdingen in traveeën geleed. De onderste versnijding wordt door een zandstenen band gemarkeerd, die langs de gevels omgaat en die tevens de onderdorpel van de vensterkozijnen vormt. Links van het portaal een dubbel kozijn met klaverbladvormige tootboog met glas-in-lood ruiten met diefijzers. Rechts van het portaal drie drie-dubbele kozijnen met klaverbladvormige tootboog met glas-in-lood ruiten met diefijzers.

Aan de achter(NO-)zijde het rechthoekig uitgebouwde koor. In de ZW-zijde van het koor een spitsboogvenster met diefijzers en spitsboogvormige zandstenen strek. Tegen de hoeken van de zijgevels en achtergevel van het koor een overhoeks geplaatste steunbeer met dubbele versnijding. In de achtergevel van het koor drie spitsboog-vensters met glas-in-lood ruiten met diefijzers en met drie spitsboogvormige zandstenen strekken.

Aan de NO-zijde een rechthoekige rode bakstenen consistorie onder een met rode terra cotta tegels gedekt in het zadeldak van het hoofdgedeelte overgaand half schilddak met op het nokeinde een dubbele samengestelde acht-hoekige schoorsteen. In de ZO-gevel van de consistorie een enkel en een dubbel rechthoekig zandstenen kozijn met glas-in-lood ruiten. In de NO-gevel van de consistorie een dubbel rechthoekig zandstenen kozijn met glas-in-lood ruiten. Aan de NW-zijde is het schilddak van de consistorie doorgetrokken tot een luifel van het hier gesitueerde portaal van de entree naar de consistorie-kamer. Het portaal bestaat uit een rechte houten deur met siersmeedijzeren beslag. In het gedeelte van de gevel ten noordwesten van de consistorie vier drie-dubbele kozijnen met klaverbladvormige tootboog met glas-in-lood ruiten met diefijzers.

Centraal aan de voor(NW-)zijde de ten aanzien van de gevel iets naar voren springende zandstenen en bakstenen klokketoren op een pilaars-gewijsuit de gevel uitzwenkend bakstenen onderstuk. De klokketoren, die tesamen met het onderstuk een architectonische verwijzing naar een kerktoren inhoudt, wordt door een siersmeedijzeren kruis bekroond.

De kapel, die uit het einde der 19de eeuw dateert, werd ontworpen door de Engelse architect Samuel Weatherly.