Inleiding

Drie expressionistische HERENHUIZEN onder één kap, 1929-1930. Als bouwkundige eenheid vrijstaand gesitueerd in het oostelijke deel van het Maastrichtse villapark, gebouwd in opdracht van W. Hommes en ontworpen door de Maastrichtste architect Alphons Boosten. Van bescherming uitgesloten zijn de aangebouwde keuken/badkamer van één laag onder plat aan de achtergevel en de bijgebouwde garage van nr.18; het houten tuinhuisje alsmede de wit gesausde achtergevelaanbouw met aluminium vensterkozijnen van nr.20; de bijgebouwde garage van nr.22.

Omschrijving

Drieledig herenhuis, bestaande uit een gedeeltelijke souterrainverdieping, twee bouwlagen plus vliering en zolder. De hoekpanden zijn gebouwd op een L-vormige plattegrond, het middenpand op een rechthoekige. Driekante voorgevelerkers, de hoekpanden zijn in de oksel van achtergevel en uitbouw voorzien van een serre. Het geheel wordt gedekt door een licht gewelfd schilddak met leien in Maasdekking, luifelgoten, twee nokschoorstenen, hoogoplopende schoorstenen op de zij- en achterdakvlakken. Horizontaal aangezette reeks dakkapellen, in de zijpanden met drie rechthoekige houten vensters, in het tussenpanden met vijf vensters. Ventilatie- en lichtroosters op de geknikte zijdakvlakken.

De herenhuizen zijn opgetrokken in rode baksteen op een geprofileerde, geel genuanceerde bakstenen plint met rollaag, waarbij de tweede bouwlaag enigszins terugligt van de eerste. De plint is gemetseld in kruisverband, de optrek in halfsteens verband. Rollagen.

De voorgevel van elk pand telt twee vensterassen. De hoekpanden zijn in de buitenassen voorzien van een driekante, uitstulpende erker met balkon, een borstwering met houten zaagtandbeschot, een rechthoekig, dubbel houten kruiskozijn met restanten van glas-in-lood bovenlichten (in driehoekmotief) en een rechthoekige houten balkondeur. Het tussenpand heeft een tot onder de luifelgoot opgetrokken driekante erker met zaagtandbeschot. Deze wordt gedekt door een apart plat met luifelgoot. In deze erker rechthoekige houten vensterkozijnen, in de lange zijden met dubbele T-geleding en glas-in-lood bovenlicht, in de korte zijden ongeleed met bovenlicht. In de tweede as van middenpand een rondboogvormige houten paneeldeur met geprofileerd, kruisvormig ingedeeld zijlicht. Uit de paneeldeur en het zijlicht is het glas-in-lood verwijderd. Twee rechthoekige bakstenen bloembakken.

Daarboven een rechthoekig, verticaal ingedeeld houten venster met horizontale roedeverdeling.

De zijgevels zijn, met gebruikmaking van een aantal identieke elementen, elk op een eigen manier asymmetrisch vormgegeven. De zijgevel van pand nr.18 een rondboogvormige houten paneeldeur met glas-in-lood, met een verticaal ingedeeld glas-in-lood houten zijlicht. Onregelmatig over de gevel verdeelde vierkante houten vensters, rechthoekige houten T-vensters. Boven de entree een rechthoekig houten venster met glas-in-lood, verticaal ingedeeld houten zijlicht met glas-in-lood. Het keukenvenster is naderhand in de gevel geplaatst.

De zijgevel van pand nr.22 heeft een rondboogvormige houten paneeldeur met glas-in-lood, waarnaast in de plint een driehoekig uitstulpende bloembak. Boven de bloembak een betegelde achterwand. Rode keramische brievenbus. Verder in de eerste laag twee kleine, vierkante houten vensters en twee gekoppelde, rechthoekige houten T-vensters met bovenlicht. In de tweede bouwlaag een reeks van vier driehoekig uitstulpende houten vensterkozijnen. Rechthoekige houten keukendeur.

Tegen de achtergevel van nr. 18, in de oksel van het uitgebouwde bouwvolume van twee bouwlagen onder plat, bevindt zich een grotendeels vernieuwde serre. Daarboven, in de tweede bouwlaag, driegewijs gekoppelde balkondeuren met bovenlicht onder een betonlatei. Het balkon is voorzien van de originele houten balustrade. In de achtergevel van nr.20 zijn de oorspronkelijke terrasdeuren vervangen door een schuifpui, de houten kozijnen van de tweede bouwlaag door aluminium vensters. De betonlatei is nog aanwezig. De eerste laag is witgepleisterde, de balkonbalustrade is verwijderd. De achtergevel van pand nr.22 heeft in de eerste laag een rechthoekige, dubbele houten terrasdeur met zij- en bovenlichten. In de tweede laag een identiek kozijn onder betonlatei, betonnen balkongalerij met vernieuwde balustrade. In de achtergevel van de uitgebouwde keuken, waarin een eenvoudig bovenlicht, was door architect Boosten oorspronkelijk een tuindeur met zijlicht voorzien.

Pand nr. 18 heeft nog enkele oorspronkelijke eternit bloembakken op consoles. De vlaggemast aan de voorgevel is verwijderd. De achtertuinen worden deels omgeven door een bakstenen muur. Pand nr.18 heeft twee hekpijlers in baksteen, voorzien van dubbel houten hekwerk.

Het INTERIEUR van pand nr. 18 is qua indeling volledig intact. Enkel de serrepui is vervangen door een kunststoffen exemplaar met deels transparante dakplaat. De interieurindeling van pand nr.20 is op enkele punten gewijzigd. Pand nr. 22 beschikt wederom over een opmerkelijk gave interieurindeling. Kelders met mergelmuren.

Waardering

De architectuurhistorische waarden worden bepaald door de expressieve bouwstijl, de betrokkenheid van architect Alphons Boosten, de zeer hoogwaardige esthetische kwaliteiten van zijn ontwerp en de ornamentiek. De drie herenhuizen vormen een belangrijk onderdeel van het Maastrichtse villapark, zijn vanwege deze situering verbonden met de ontwikkeling van de stad en van bijzondere betekenis voor het aanzien van de stad. De panden beschikken over een redelijke tot hoge architectonische gaafheid en zijn van belang voor de structurele en visuele gaafheid van de stedelijke, dorpse of landschappelijke omgeving. De drie herenhuizen beschikken bovendien over een redelijke mate van architectonische zeldzaamheid.