Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
509509
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82772/184
Kadastrale aanduiding
Leens A 1241
Hoofdstraat 33, 9965 PA te Leens

Omschrijving

Inleiding

WOONHUIS met aangebouwd ACHTERHUIS annex KOETSHUIS uit omstreeks 1910, ontworpen door architect P.M.A. Huurman uit Groningen. Het huis dat is opgetrokken in Overgangsstijl met aan de Art-Nouveau- en Chaletstijl verwante elementen, is gebouwd in opdracht van de heer J. Dijkhuis. Oorspronkelijk had het huis twee dakkapellen aan de voorzijde, deze zijn nu verdwenen. Aan de achterzijde van het pand bevindt zich een houten aankapping die buiten de bescherming valt.

Het huis ligt tezamen met nog enkele andere monumentale panden, aan de doorgaande weg van Ulrum naar Leens.

Omschrijving

WOONHUIS met gepleisterde gevels op een bakstenen trasraam van rood-bruine baksteen dat is afgezet met een bruin geglazuurde rollaag. Het samengestelde dak is gedekt met een rood geglazuurde tuile du nord. Onder de geprofileerde goot op klossen loopt een fries van decoratieve rode baksteen en geglazuurde steen. Op de nok prijkt een uit pleisterwerk en rode baksteen bestaande schoorsteen met kap. Aan de achterzijde van het huis is een lager, L-vormig achterhuis gebouwd met een koetshuis in de voet van de L. Het achterhuis heeft een samengesteld schild-wolfdak met een decoratief fries van rode baksteen.

Het huis heeft een variatie aan vensters, erkers en deuren, die alle bovenlichten met roedenverdeling hebben. De westgevel heeft een verticaal venster en openslaande glasdeuren met bovenlicht met roedenverdeling, die uitkomen op een dwars erop geplaatste houten veranda op bakstenen plint onder lessenaarsdak. Het dak wordt aan de open voorzijde gedragen door vier houten pilaren met decoratieve korbelen. Tussen de pilaren bevindt zich een houten, opengewerkt hek met in het midden twee pijlers waarop een vaas is geplaatst. Een natuurstenen stoep van twee treden vormt de toegang tot de tuin. De noordgevel van het woonhuis heeft een rond venster in de afgewolfde topgevel en gaat over in het achterhuis. In de hoek die de noordgevel met het achterhuis vormt is een uitgebouwd privaat gebouwd met plat dak.

De voorgevel (zuidzijde) heeft op de begane grond een rechthoekige erker onder een lessenaarsdakje waarboven een topgevel prijkt met overstekend wolfeind en sierspant. In de topgevel bevindt zich een inpandig balkon onder een gemetselde rondboog met twee stijlen van geglazuurde baksteen. Naast de erker een samengesteld venster met geglazuurde bakstenen onderdorpels, met om de hoek een deur die uitkomt op de tuin via een stoep met granito bovenkant en drie natuurstenen treden. Rechts daarvan bevindt zich een in de gevel verzonken erker bestaande uit drie vensters onder een ijzeren latei met daarboven een rollaag van rode baksteen en natuurstenen aanzetstenen. Deze erkerpartij herhaalt zich om de hoek in de oostgevel onder een topgevel met wolfeind en sierspant. De topgevel heeft een venster met openslaande ramen, met aan weerszijden een klein zesruits venster onder een doorlopende rollaag. Naast de erker bevindt zich de hoofdentree, bestaande uit een uitgebouwd portiek met zadeldak gedekt met een rood geglazuurde tuile du nord, een met hout beschoten topgevel, strakke windveren en een makelaar. Een ruime drie treden hoge natuurstenen stoep tussen twee gesinterde bakstenen muurtjes, verleent de toegang. De zijkanten van het portiek zijn dichtgezet met een in roeden verdeeld glazen "windscherm". De houten deur heeft origineel hang- en sluitwerk, Art Nouveau smeedwerk en boven- en zijlichten van glas-in-lood. Rechts van de entree een klein smal venster onder een strek. Boven de entree bevindt zich een vensterpartij met vijf glas-in-lood vensters onder een houten overstek.

De oostgevel van het woonhuis gaat over in de gevel van het ACHTERHUIS. In deze gevel bevindt zich een samengesteld kozijn met drie vensters en een houten toegangsdeur met bovenlicht, beide onder een rode bakstenen strek. Onder het samengesteld kozijn een kelderraam met horizontale diefijzers. Een hoge schoorsteen van pleisterwerk en baksteen siert de kap. De westgevel van het achterhuis bevat drie verticale houten vensters en een deur, alle met een bovenlicht onder een strek van rode baksteen.

De achtergevel heeft over de hele breedte een vernieuwde houten aankapping, die buiten de bescherming valt.

Dwars op het achterhuis staat een KOETSHUIS onder een afgewolfde kap, omlijst met strakke houten windveren en met een piron op de voornok. Het koetshuis heeft hoge, dubbele houten opgeklampte deuren onder een ijzeren latei met een roodstenen rollaag erboven. Aan weerszijden bevindt zich een gietijzeren roosvenster, dat wordt herhaald in de zijgevel. De topgevel heeft houten openslaande deuren.

In het INTERIEUR zijn met name van belang: de hal met de in Art Nouveau stijl gepleisterde wanden, de granito vloer en de fraai vormgegeven houten trap; het tochtportaal met de tochtdeuren met gezandstraalde ruiten met Art Nouveau motieven en de decoratieve tegels tot halverwege de wanden.

Waardering

Woonhuis van algemeen architectuur- en cultuurhistorisch belang

- vanwege de voor die periode kenmerkende overgangsarchitectuur met Art Nouveau ornamentiek en Chaletstijl elementen

- vanwege de fraaie detaillering en ornamentiek

- vanwege zijn waarde als goede representant van het oeuvre van de architect P.M.A. Huurman

- vanwege de hoge mate van gaafheid van het exterieur en delen van het interieur

- vanwege de beeldbepalende ligging aan de doorgaande weg Ulrum- Leens

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1904
1910
globaal

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Villa

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Art Nouveau
invloeden
Overgangsarchitectuur
invloeden
Chalet-stijl
invloeden