Omschrijving complexonderdeel 3

Langs de rechterzijde van de centrale as gelegen gekoppelde WERKPLAATSPAVILJOENS die in een carrévorm gegroepeerd zijn. De werkplaatsen worden op twee hoeken door middel van lagere bouwvolumes met elkaar verbonden. Deze tussenvolumes hebben platte daken zonder overstek en bezittenn gesloten gevels, in tegenstelling tot het open karakter van de gevels van de werkplaatsen. De paviljoens zijn één bouwlaag hoog en hebben overstekende platte daken. De gevels zijn uit baksteen in klezoorverband opgetrokken en zijn voorzien van groten stalen twaalfruitsvensters met keramische onderdorpels. Op de hoeken bevindt zich een stalen rondvenster. De paviljoens hebben verschillende afmetingen. Het paviljoen aan de westzijde is negen vensterassen breed, het paviljoen aan de zuidzijde is veertien vensterassen breed, aan de oostzijde staat een paviljoen van zes vensterassen breed, aan de noordzijde bevind zich een paviljoen van vijf vensterassen breed en tot slot in de noordwest hoek staat het kleinste, geheel vrijstaande paviljoen met een aanbouw overeenkomstig de eerder genoemde lagere bouwvolumes. Deze aanbouw heeft een gewijzigde vensterindeling.

Aan de west- en noordzijde van de carrévorm bevinden zich doorgangen naar de binnenplaats met een gazon en een ronde vijver. Deze binnenplaats valt onder de rijksbescherming.

Waardering complexonderdeel 3

Van cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een therapievorm die in de eerste helft van de 20ste eeuw ontwikkeld werd, alsmede van architectuurhistorische betekenis vanwege de Nieuw-Zakelijke invloeden en bouwtype en als onderdeel van het oeuvre van architect Mertens. Tevens van ensemble waarde als onderdeel van de W.A. Stichting.