ONDERDEEL 4

JACHTHUIS MET WONING AAN DE RECHTERZIJDE VAN DE OPRIJLAAN TUSSEN GOUVERNEURSWEG EN KASTEEL (HUISNUMMER 1): Eenlaags, rood-bakstenen jachthuis met woning uit omstreeks 1880, op L-vormige plattegrond, het steile zadeldak en de dwarsgeplaatste aankapping aan de voorzijde hebben tuile du nordpannen, het dak van de haakse aanbouw tegen de achtergevel oud-Hollandse pannen. Het neogotische jachthuis met woning is voorzien van een steil zadeldak, vertoont baksteenversiering in gele baksteen en segmentbogen boven de ramen, een gootlijst op geprofileerde klossen en is uitgevoerd met windveren. De lange voorgevel telt zes assen, met uiterst de rechts een twee-assige, tweelaagse topgevel met zadeldak, met lagere nok en aansluitend op de langskap; ter hoogte van de verdieping een spitsboogspaarveld dat op de begane grond aan beide zijden wordt verbreed door halve spitsboogvelden; op de begane grond twee kruisvensters met zesruitsramen en bovenlichten met glas-in-lood; op de verdieping twee vensteropeningen met een horizontale tweedeling, waarin een vierruitsraam en een bovenlicht met glas-in-lood. Boven de vensteropeningen spitsboogvelden van siermetselwerk, langs het spaarveld siermetselwerk, ter hoogte van de onder-, tussen en bovendorpel van de vensteropeningen speklagen van siermetselwerk en zo ook onder de dakrand in gele steen. De vier linker assen van de voorgevel bestaan uit dubbele openslaande deuren met bovenlicht onder ontlastingsbogen, de deuren aan de onderzijde met paneel- en regelwerk, daarboven in glas uitgevoerd, de bovenlichten in glas-in-lood en ten dele met gekleurd glas ingevuld, twee dakkapellen onder zadeldakjes met leien, het topgeveltje beschoten en geel geschilderd. Deels kruiskozijnen, luiken met diabolomotief. Sierankers, dakoverstek. In de rechter zijgevel twee kleine vensteropeningen met glas-in-lood naast een uitgemetseld schoorsteenkanaal. In de linker zijgevel op de begane grond drie kruisvensters met zesruitsramen en bovenlichten met glas-in-lood ter plaatse van de zesruitsramen, op de verdieping twee kleine vensteropeningen met glas-in-lood naast een uitgemetseld schoorsteenkanaal en een spitsboognisje. In beide zijgevels speklagen van siermetselwerk ter hoogte van de onder-, tussen - en bovendorpels van de vensteropeningen aan de voorzijde en in het gevelvlak. In de speklaagloze achtergevel een kruiskozijn. Tegen de achtergevel een eenlaags aanbouw onder zadeldak met oud-Hollandse pannen en windveren. In de rechter zijgevel van de aanbouw één dichtgemetselde en één originele poort, twee spitsboognissen met licht getoogd stalraam met ijzeren luikjes en gefrijnde natuurstenen omlijsting. De steekkapbetimmering van de dakkapellen, de deuren, de luiken en al het kozijnhout is okergeel (met blauw) geschilderd. siermetselwerk in gele baksteen, ter afwisseling van de rode in kruisverband gemetselde baksteen in parallelle banden.

Waardering:

Zeer markant en fraai vormgegeven en gedetailleerd, in neogotische stijl opgetrokken jachthuis met woning uit omstreeks 1880 waarvan het algemeen, cultuurhistorisch belang bestaat in de ouderdom, de gave en volledige staat van behoud, de historische vakkundigheid waarmee het gebouw is opgetrokken en gedetailleerd, de stijlhistorische alsook typologische betekenis voor de architectuurgeschiedenis terwijl functioneel-historische verbanden met de buitenplaats beleefbaar aanwezig zijn, het inzicht in en de kennis van de historische tuinkunst in belangrijke mate door het jachthuis met woning c.a. wordt gedocumenteerd en als zodanig binnen het ensemble van kasteel Heeswijk als een structureel onderdeel geldt.