Inleiding

Voormalig protestants MIJNWERKERSPENSION. Het pand werd gebouwd in 1928 naar een ontwerp van architect W. Ingwersen in opdracht van het Nederlands Jongelings Verbond te Amsterdam. De toegepaste bouwstijl is een combinatie van Traditionalisme en Expressionisme. Het pand is gesitueerd in een geaccidenteerd terrein op een steenworp afstand van het katholieke gezellenhuis aan de Heisterberg.

Omschrijving

Vrijstaand voormalig mijnwerkerspension op een L-vormige plattegrond. Het pand telt twee bouwlagen plus souterrain en dakverdieping. Het pand wordt afgedekt met een gecombineerd steil zadeldak en schilddak met Hollandse pannen. Daken met dakoverstek. Diverse dakkapellen. Het toegepaste bouwmateriaal is baksteen met metselwerk in halfsteens verband en beton. Rechthoekige houten vensters en deuren, deels van omstreeks 1990. Vensters deels met roedeverdeling.

Entree in KOPGEVEL BUTTINGSSTRAATZIJDE. Kopgevel met asymmetrische gevelindeling. In rechterdeel eerste bouwlaag rechthoekige houten deur terugliggend onder een uitstulpend geveldeel met aan de rechterzijde een afgerond muurgedeelte met hiervoor een ronde bakstenen kolom. Korte loopbrug naar voordeur met aan weerszijden een ijzeren leuning. Aan de linkerzijde een afgeronde erker doorlopend in een horizontale reeks rechthoekige erkerachtige houten vensters. Deze reeks loopt door tot in de gevel Mgr. Nolensstraatzijde. Boven het entreegedeelte een ovaalvormig balkon met bakstenen balustrade. Rondboogvormige houten balkondeur. In tweede bouwlaag kopgevel twee verticale banden decoratief metselwerk met aan weerszijden een houten dakgootkrul.

In topgevel kopgevel een rechthoekig venster deels met kleine roedeverdeling. In RECHTERZIJGEVEL KOPGEVEL in souterrainverdieping en eerste en tweede bouwlaag een groot rechthoekig houten venster met kleine roedeverdeling. In eerste en tweede bouwlaag tevens een klein venster. In het zijgeveldakvlak een dakkapel met plat dak.

TERUGLIGGEND GEVELDEEL BUTTINGSTRAATZIJDE: in het linkerdeel van souterrain en eerste en tweede bouwlaag een breed houten venster met kleine zijlichten met roedeverdeling. Links van dit venster in elke bouwlaag een klein smal venstertje. In het rechterdeel van deze gevel in de souterrainverdieping een rechthoekige houten deur met aan de linkerzijde een vierkant houten venster. In de eerste en tweede bouwlaag twee rechthoekige vensters met zijlichten met roedeverdeling. Tussen de vensters tweede bouwlaag decoratief metselwerk. In het geveldakvlak een brede dakkapel met plat dak.

ZIJGEVEL MGR. NOLENSSTRAATZIJDE: asymmetrische gevelindeling. Breed schoorsteenkanaal deelt gevelvlak in twee delen. Aan linkerzijde van het schoorsteenkanaal het dakschild doorlopend tot boven de eerste bouwlaag. Aan de rechterzijde van het schoorsteenkanaal dakschild doorlopend tot de tweede bouwlaag. Geveldeel aan rechterzijde van schoorsteenkanaal met in souterrain een breed zevendelig rechthoekig venster met aan de rechterzijde decoratief metselwerk. Hierboven in de eerste bouwlaag eveneens een breed zevendelig rechthoekig venster. In de tweede bouwlaag onder de dakrand rechterzijde een reeks van zeven rechthoekige houten vensters. Boven deze vensterreeks een dakkapel. Direkt aansluitend aan de rechterzijde van het schoorsteenkanaal een brede dakkapel met plat dak. Geveldeel aan linkerzijde van schoorsteenkanaal: souterraingevel deels van omstreeks 1990. In eerste bouwlaag deels open veranda met houten balustrade en kozijnen. In dakgevelvlak twee dakkapellen boven elkaar.

Vooruitspringend gedeelte RECHTERZIJDE ACHTERGEVEL: in souterrain een groot rechthoekig houten kozijn met aan de rechterzijde een rechthoekige houten deur van omstreeks 1990. In de eerste bouwlaag een veranda met balkon met houten balustrade. Balkon onder breed dakoverstek. Rechthoekige houten vensters en deur. Toegangstrap naar balkon. In het dakvlak twee dakkapellen boven elkaar. Aan de linkerzijde sluit balkon aan op een iets vooruitspringend geveldeel dat de scheiding vormt met het terugspringende linkerdeel van de achtergevel. In dit vooruitspringend geveldeel rechthoekige houten vensters.

In de linkerzijgevel van het vooruitspringende geveldeel in het souterrain een breed houten venster met roedverdeling. Hierboven in de eerste bouwlaag een rechthoekig houten venster, en in de tweede bouwlaag twee rechthoekige houten vensters. In het dakvlak een brede dakkapel.

TERUGLIGGEND LINKERDEEL ACHTERGEVEL: in souterrain twee rechthoekige houten deuren van omstreeks 1990. Twee vierkante vensters. In de eerste en tweede bouwlaag telkens vier rechthoekige vensters met zijlichten met roedeverdeling. In het achtergeveldakvlak een brede dakkapel met plat dak. Tussen de vensters in de tweede bouwlaag decoratief metselwerk.

In linkerzijgevel van de achtergevel in souterrain een groot rechthoekig houten venster. In de eerste en tweede bouwlaag en de dakverdieping rechthoekige houten deuren van omstreeks 1990 aansluitend op een stalen brandtrap van eveneens omstreeks 1990.

Structuur van het INTERIEUR grotendeels in tact.

Waardering

Het voormalig protestants mijnwerkerspension is van cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een culturele, geestelijke en typologische ontwikkeling. Het gebouw bezit architectuurhistorische waarde vanwege haar bijzonder belang voor de geschiedenis van de architectuur m.n. vanwege de combinatie van Traditionalisme en elementen van de Amsterdamse School en als voorbeeld van het oeuvre van architect W. Ingwersen. Ensemblewaarde ontleent de het pand aan de situering aan de Buttingstraat in de onmiddellijke nabijheid van een kleine woninggroep en het katholiek gezellenhuis aan de Heisterberg en daarmee van belang voor het aanzien van dit deel van Heerlen. Het gebouw is tenslotte van algemeen belang wegens de hoge mate van architectonische gaafheid van het exterieur en de architectuurhistorische, typologische en functionele zeldzaamheid.