Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
513179
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82788/2
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Beetsterzwaag B 4755
Hoofdstraat 87, 9244 CM te Beetsterzwaag
Hoofdstraat 85, 9244 CM te Beetsterzwaag

Omschrijving

Inleiding

Het GERECHTSGEBOUW van het kanton Beetsterzwaag uit 1923 is een markant bouwblok in een bouwtrant verwant aan de Um 1800-stijl. Het gebouw ligt aan de periferie van de bebouwde kom. Aan de noordzijde is een lage conciërgewoning aangebouwd, die in 1979 (?) is verbouwd tot dienstruimten. Wederom daar aangebouwd is een brandstoffenloods boven een regenwaterput, oorspronkelijk. Het ontwerp voor het "kantongerechtsgebouw waarin kantoren voor den ontvanger der registratie" is van de rijksbouwmeester der Justitiegebouwen Simon Wijn (1914-1924; bestek 508). Het gerechtsgebouw ligt teruggerooid op een ruim erf begrensd door een tuinmuur aan de straatzijde, een meidoornhaag aan de west- en noordzijde en een erfgracht aan de oostzijde. Het is in 1979 inpandig gewijzigd, o.a. ten behoeve van de aanleg van een lift.

Omschrijving

Het hoofdvolume van het kantongerechtsgebouw heeft een T-vormige plattegrond, die met de contemporaine aanbouw van de conciërgewoning c.a. een kruisvormige structuur heeft gekregen. Het hoofdvolume bestaat uit twee bouwlagen onder een overstekend samengesteld dak dat is belegd met zwart geglazuurde Hollandse pannen; de conciërgewoning bestaat uit één bouwlaag onder een afgeknot schilddak; het hok voor brandstoffen heeft een plat dak. In het noordelijk dakschild van het hoofdvolume is nog één van de oorspronkelijk vier schoorstenen, halverwege de gemetselde pijp met een stang aan de kapconstructie verbonden. Het opgaand muurwerk van het gehele object is voornamelijk opgetrokken in bruine bezande bakstenen, door een rollaag gescheiden van een schijnbasement en verlevendigd met natuurstenen, tectonische decoraties en een eenvoudig versierde bakstenen gevellijst. Boven alle vensters is een streklaag. De zuidgevel is drie traveeën breed en wordt geleed door kolossale lisenen. De brede hoeklisenen rusten op een basement; de halfsteens terugsprong van de lisenen naar de gevelwand correspondeert met de smallere kolossale lisenen aan weerszijden van de middentravee. Alle lisenen hebben een onversierde, zandstenen kapiteelachtige afsluiting. De gevelwand waarin de vensters zijn aangebracht ligt nog een halfsteens sprong verder terug. De middentravee bevat een toegang onder een gefrijnde zandstenen latei met eierlijst: een dubbele toegangsdeur met een tweelichts bovenlicht voorzien van ovalen raamgeleding; een drietreeds granieten toegangstrap ter breedte van het middenrisaliet. Boven de latei is een zandstenen plaat met opschrift in metalen letters: KANTON GERECHT. Het opschrift wordt aan de bovenzijde afgesloten door een overstekende lijst rustend op twee zandstenen consoles. In de tweede bouwlaag zijn per raamtravee twee H-vensters gegroepeerd: het onderraam zesruits, het bovenlicht vierruits met gekleurd glas-in-lood. De vensters in de zijtraveeën hebben een vorengemetselde borstwering; de vensters in het middenrisaliet beginnen boven de zandstenen plaat. Het middenrisaliet wordt afgesloten door een kajuit met ingesnoerde klokgevel met op de aanzetten natuursteen en een ovaal zesruitsvenster met in de rollaag rondom zandstenen negstenen. In de westelijke zijgevels van het hoofdvolume zijn verschillende vensters: vier achtruits met gekleurd glas-in-lood in de bovenlichten in de eerste bouwlaag: drie geschakelde ter plaatse van de oorspronkelijke woonkeuken en een kruisvenster ter hoogte van de kelder. In de tweede bouwlaag zijn drie klimmende H-vensters met gekleurd glas-in-lood voor daglichttoetreding in de traphal en twee kleinere zesruits H-vensters. In de korte zijde van het schilddak is een tweelichtkajuit met vierruitsvensters. De noordgevel van het hoofdvolume heeft een zesruitsvenster in de eerste bouwlaag en zeven vierruitsvensters in de tweede bouwlaag. In het dakschild een drielichtkajuit met vierruitsvensters. De oostelijke zijgevel heeft vier maal drie geschakelde achtruitsvensters met gekleurd glas-in-lood, m.u.v. de ramen ter plaatse van de wachtkamer voor het publiek op de verdieping.

De vm. conciërgewoning onder afgeknot schilddak is opgetrokken in dezelfde steensoort als het hoofdvolume: in de maatvoering is het pand beduidend vereenvoudigd, maar in de uitvoering van de detaillering overeenkomstig het hoofdvolume. In de westgevel, in de krimp met het hoofdvolume, de voordeur: de stoep is vervangen door een hellingbaan langs de westgevel van het hoofdvolume. Daarnaast in de gevelwand is een vierruitsvenster en twee gekoppelde achtruitsvensters. De noordgevel wordt oversneden door het berghok en is blind; in het dakschild een kajuit met dubbele vierruitsvensters. In de oostgevel twee gekoppelde achtruitsvensters en in het dakschild een tweelichtkajuit met vierruitsvenster.

Het berghok onder plat dak is opgetrokken in dezelfde steensoort als het hoofdvolume en is in de maatvoering nog meer vereenvoudigd. Het hok heeft aan de westzijde een opgeklampte houten deur met vierruits bovenlicht en aan de noordzijde een tweelicht met zesruitsvensters.

De inwendige structuur is gedeeltelijk nog oorspronkelijk; de inrichting is gewijzigd, in het bijzonder als gevolg van de verbouwing in 1979. In de vm. spreekkamers en griffiekamer aan de voorzijde zijn de stucplafonds en de marmeren schoorsteenmantels nog aanwezig; de vestibule en hal zijn afgewerkt in schoon metselwerk van geel geglazuurde bakstenen met een groen geglazuurde bakstenen 'lambrizering'; een fraaie granieten steektrap met bordes, een ijzeren leuning met houten handlijst tussen de in groen geglazuurde bakstenen opgemetselde trappalen met granieten bekroning. In de zittingzaal twee hoge, gemetselde schoorsteenmantels, waarvan één voorzien van een diepreliëf met de afbeelding van een balansweegschaal. In de wachtkamer van het publiek een geel geglazuurde bakstenen schoorsteenmantel. De zolder is ongeleed.

Waardering

Het gerechtsgebouw van het kanton Beetsterzwaag uit 1923 is van cultuurhistorisch en architectuurhistorisch belang:

- als bijzondere uitdrukking van een bestuurlijke ontwikkeling, m.n. die van de organisatiestructuur van het rechtswezen;

- vanwege de hoge mate van architectonische kwaliteit van het ontwerp;

- vanwege de redelijke mate van belang door het bijzondere materiaalgebruik en de ornamentiek;

- vanwege de bijzondere betekenis van het object voor het aanzien van de straat en het dorp, m.n. als markant object aan de periferie van het dorp;

- vanwege de zeer hoge mate van gaafheid van het exterieur;

- vanwege de hoge mate van gaafheid van het interieur en van de detaillering daarvan;

- vanwege de hoge mate van gaafheid van de samenstellende onderdelen: het kantongerechtsgebouw, de conciërgewoning, de brandstofopslagplaats;

- vanwege de redelijke mate van belang voor de visuele en structurele gaafheid van het straatbeeld.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Bestuursgebouwen, rechtsgebouwen en overheidsgebouwen Gerechtsgebouw(E) Gerechtsgebouw(EX3)

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1923
1923
exact

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Heroriëntatie op tradit. bouwwijzen
invloeden