Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
513255
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82793/168
Kadastrale aanduiding
Bussum E 6176
Parklaan 35, 1405 GP te Bussum

Omschrijving

Inleiding

LANDHUIS, "OP DEN AKKER", gebouwd in het laatste kwart van de 19de eeuw in eclectische stijl, in 1902 in nieuw-historiserende trant verbouwd door K.P.C. de Bazel voor de schrijver en kunstenaar Jan Veth en in 1910 door dezelfde architect met een atelier uitgebreid. Bij de verbouwing bleef een gedeelte van de west- en zuidgevel staan, zichtbaar door de toepassing van andere bakstenen, metselverband en metselspecie. Het landhuis is gesitueerd op een groot terrein tussen de Koningslaan en de Parklaan.

Omschrijving

Het landhuis is opgetrokken in rode baksteen op een rechthoekige plattegrond met aan de noordwestzijde een risaliet en daarachter een lange aanbouw, met voormalig schildersatelier. Het pand telt twee bouwlagen onder schilddak, gedekt met rode tuiles du Nord. Het schilddak van de uitbouw sluit aan op het dak van het hoofdvolume. De aanbouw telt één bouwlaag onder zadeldak met de noklijn haaks op de weg en gedekt met rode tuiles du Nord. De overstekende dakschilden rusten op gesneden consoles. De hoog opgaande schoorstenen zijn deels voorzien van decoratief metselwerk in gele steen. De gevels van het oorspronkelijke volume zijn gemetseld in Vlaams verband boven een iets uitkragende plint in donkerrode steen in kruisverband, afgesloten door een kwartronde profielsteen. De oude gevels aan de west- en zuidzijde zijn gemetseld in kruisverband met rollaag. De gevels van de lage uitbouw zijn gemetseld in halfsteensverband op een plint van donkerrode baksteen in staand verband met rollaag, die van de aanbouw in Vlaams verband op een plint in kruisverband met rollaag. Ter hoogte van de verdiepingscheiding loopt over de gevels van het oorspronkelijke volume en de aanbouw een band van gele baksteen. Iets onder de dakrand van het oorspronkelijke volume een band van gele baksteen en een fries met siermetselwerk in kruismotief. De strekken boven de vensters worden afgesloten door een uitstekende laag van gele baksteen. De vensters hebben een kleine roedenverdeling. De vensters van het oorspronkelijke volume onderscheiden zich door maat van de ruiten en de middenstijl die is uitgevoerd als een pilaster met horizontale profilering aan de boven- en onderzijde.

De symmetrische gevel aan de zijde van de Parklaan (O) telt drie traveeën met vensters, voorzien van luiken. Op de gevel zijn decoratieve ankers bevestigd. Op de rechterhoek is een natuurstenen hoeksteen aangebracht met de tekst: "JOOST VETH/7 6 1902". In het midden is op de verdiepingscheiding een natuurstenen gevelsteen bevestigd met de naam: "OP DEN AKKER", en een ploegende boer en een ploeg die wordt getrokken door twee ossen met op de achtergrond een krans van zonnestralen. Links en rechts zijn bloemmotieven gehouwen. In het midden doorbreekt een topgevel met getoogde bovenzijde de daklijst; het venster bestaat uit drie 4-ruitsramen. Onder de getoogde daklijst en op de bakstenen pilasters met natuurstenen kapitelen, is siermetselwerk van gele baksteen aangebracht.

In de noordgevel van het hoofdvolume de ingangspartij met houten deur, voorzien van lijstwerk en ovaal koperen kijkgat. Voor de entreepartij een stoep van gele baksteen en natuursteen; de drempel is van natuursteen. De zijlichten hebben een stalen sierroedenverdeling in geometrisch motief. De deur wordt geflankeerd door natuurstenen pilasters met voluutkapitelen onder een zware latei met decoratieve gehouwen onderrand. De uiteinden van de latei rusten op twee voluutconsoles boven de zijlichten. Tussen de pilasters bevindt zich boven de deur en de zijlichten een mozaïek van rode en gele tegels. Aan weerszijden van de entreepartij een kelderkoekoek, omgeven door een smeedijzeren hekwerk, verankerd in het natuursteen van de stoep. Boven de ingangspartij een groot samengesteld traplicht van drie vensters. De muurdammen bevatten natuurstenen stukken. Op de begane grond bevindt zich aan weerszijden van de ingangspartij een venster, identiek aan de zijlichten en daarboven hoog in de gevel een klein venster. In het dakvlak is boven de ingangspartij een dakkapel geplaatst met 6-ruits stolpvensters en een dakrand, rustend op gesneden consoles. In de noordgevel van de uitbouw bevindt zich op de begane grond links een venster met middenstijl, uitgevoerd als een pilaster en rechts een deur onder 16-ruitsbovenlicht. Op de verdieping bevinden zich twee stolpvensters met klapramen. De noordgevel van de aanbouw bevat van links naar rechts een gevelsteen met een figuur en het jaartal 1607, een deur onder 16-ruitsbovenlicht, een stolpvenster met bovenlicht met middenstijl, een atelierraam met gekleurde glas-in-loodramen uit de periode van het St. Olavhuis, een stolpvenster met bovenlicht met middenstijl en een deur onder zestien-ruitsbovenlicht. In het dakvlak zijn twee dakkapellen met toogvormige bovenzijde geplaatst.

De zuidgevel bevat op de begane grond aan de linkerzijde openslaande deuren en in het midden twee vensters met middenstijl als een pilaster. Op de verdieping is aan de linkerzijde een venster met middenstijl als een pilaster geplaatst. In het midden geven openslaande deuren toegang tot een loggia, waarvan de in hoogte verspringende balustrade is afgedekt met natuursteen en is voorzien van twee decoratieve smeedijzeren hekjes. Vier zuilen met geprofileerde bovenzijde ondersteunen de houten latei waarin is uitgesneden de tekst :"WIR BAUEN HIER SO FESTE UND SIND NUR FREMDE GAESTE DA WO WIR SOLLEN EWIG SEIN DA BAUEN WIR SO WENIG EIN". De gevel achter de loggia is wit gepleisterd. In het dakvlak zijn in het midden twee dakkapellen geplaatst. De gevel bevat verder een natuurstenen waterspuwer en ijzeren decoratieve ankers. De zuidgevel van de aanbouw bevat van links naar rechts een 12-ruitsvenster, openslaande deuren en een deur onder bovenlicht. In het dakvlak is boven de openslaande deuren een dakkapel met een getoogde bovenzijde. Rechts is een gemetselde dakkapel tegen de gevel van het oorspronkelijke volume geplaatst.

De westgevel bevat aan de linkerzijde de aanbouw. Aan de westzijde is een volume tegen de aanbouw geplaatst onder plat dak. In het dakvlak van de aanbouw bevindt zich een dakkapel met getoogde bovenzijde. In de westgevel van het oorspronkelijke volume bevinden zich op de begane grond en de verdieping twee vensters, op de begane grond met 21-ruitsbovenlicht. In het midden is een natuurstenen gevelsteen bevestigd met een gehouwen volutenomlijsting en gekleurd tafereel in de weide. In het dakvlak is een brede dakkapel geplaatst met zes 6-ruitsramen.

De toegang tot het perceel wordt gevormd door twee gemetselde pijlers met natuurstenen bekroning.

Waardering

Het landhuis "OP DEN AKKER" is van algemeen belang wegens cultuur- en architectuurhistorische waarde als kenmerkend en gaaf bewaard gebleven voorbeeld van een landhuis in nieuw-historiserende bouwtrant, ontstaan in 1902 uit een verbouwing van een oudere villa naar het ontwerp van K.P.C. de Bazel voor de schrijver en kunstenaar J. Veth. Het landhuis is tevens van belang als beeldbepalend onderdeel van de villawijk Het Spiegel te Bussum.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Nee Woningen en woningbouwcomplexen Werk-woonhuis Atelierwoning
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis
Nee Religieuze gebouwen Kapel (F) Kapel(F1)

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1875
1899
globaal
verbouwing
1902
1902
exact
verbouwing
1910
1910
exact
Uitbreiding atelier
verbouwing
1932
1932
exact
Atelier werd kapel

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Heroriëntatie op tradit. bouwwijzen
invloeden
Nw-Historiserende stijl

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Bazel de, K.P.C. ; Noord-Holland
architect / bouwkundige / constructeur