Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
514117
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82667/46
Kadastrale aanduiding
Oosterwolde F 966
Molenweg 58, 8431 HS te Oosterwolde

Omschrijving

Inleiding

De eenvoudige BOERDERIJ van het slaktype werd in 1926 ontworpen door O.M. Meek (bestek 172) voor rekening van de heer A. Vondeling te Oosterwolde. Het ontwerp in de trant van Interbellum-architectuur werd, met door de Pro-vinciale Schoonheidscommissie aangebrachte wijzigingen in de detaillering, gebouwd door A. van der Meer uit Donkerbroek. De boerderij ligt op een ruim eigen terrein dat aan de straatzijde wordt begrensd door een contemporain hekwerk bestaande uit twee ijzeren buizen tussen gemetselde kolommen. In de jaren 1953-1960 hebben wijzigingen aan het gebouw plaatsgevonden waaronder een vergroting van de bijschuur, aanvankelijk gebruikt voor onder meer varkens, in dezelfde trant en verschijningsvorm. In deze periode is het woonhuisgedeelte van de boerderij eveneens gemoderniseerd.

De geleidelijke aanbouw van een tank-lokaal, een melkbox en een vrijstaande garage vallen buiten bescherming van rijkswege wegens te weinig monumentale waarde.

Omschrijving

De boerderij heeft globaal een rechthoekige plattegrond met een krimp en bestaat uit één bouwlaag, waarvan het opgaande muurwerk is gemetseld in ro-de strengpers bakstenen op een klinkerbakstenen trasraam dat is afgesloten door een rollaag ter hoogte van de onderdorpels van de ramen.

Het woonhuis van de boerderij heeft een wolfdak belegd met zwart gesmoorde muldenpannen; op de nokhoek staat een gemetselde schoorsteen.

In de westgevel bevindt zich de voor-ingang: een stoep, een klimmende bakstenen balustrade en een oorspronkelijke houten deur in een terugspringing onder een betonnen luifel op dito klampen, met een bovenlicht voorzien van gekleurd glas-in-lood. Aan weerszijden van de deur zijn drielichtvensters met verticale roedeverdeling. In de opgetrokken voorgevel is een drielichtvenster boven de deur en aan weerszijden daarvan een tweelichtvenster, elk met verticale roedeverdeling.In de zuidgevel is een H-venster met verticale roedeverdeling; in de krimp-muur een verkleind venster.

De noordgevel van het woonhuis heeft drie H-vensters waarvan één in maat-voering correspondeert met de vensters in de westgevel; de overige twee zijn iets kleiner en één daarvan bevindt zich boven een provisiekelder-raam.

Het bedrijfsgedeelte heeft een schilddak, thans met golfplaten, met twee uileborden van het Woudentype. De west- en oostgevel zijn hoog opgetrokken en zijn op de hoeken als steunberen schuin opgemetseld. In de krimpmuur aan de noordzijde is een inrijdeur onder een streklaag met een vierruits, ijzeren bovenlicht onder een rollaag. In het bedrijfsgedeelte is een liggend zes-ruits stalraam, waarvan de bovenste vier ruiten draaibaar zijn, veelvuldig toegepast; de stalramen bevinden zich onder een streklaag van platgemetselde bakstenen. De noordgevel heeft een privaatruitje, ijzeren stalramen, een dubbele opgeklampte houten zij-ingang, een opgeklampte houten deur met drie-ruits-zijlicht, een tweede deur welke is vervallen en een zijlicht. De oostgevel heeft vier stalramen en een achterdeur. De zuidgevel van het bedrijfsgedeelte heeft drie ijzeren stalramen en een zij-ingang naar de keuken van het woonhuis. Het bedrijfsgedeelte van de boerderij heeft een zogenaamde Hollandse stal.

De bijschuur heeft een rechthoekige plattegrond met een gemene muur met het bedrijfsgedeelte. De schuur is opgetrokken in dezelfde bouwmaterialen als het hoofdvolume, onder een wolfdak belegd met muldenpannen; aan de oostgevel zijn de hoeken schuin opgemetseld als steunberen. In de noordgevel zijn vier deuren waarvan één een boven- en onderdeur heeft en verschillende ramen. De oostgevel heeft een opgeklampte houten deur, een ijzeren stalraam en onder de dakvoet een zolderluik. De zuidgevel heeft twee deuren en twee zesruits stalramen; de westgevel een opgeklampte houten deur met aan weerszijden ijzeren stalramen en boven de deur eenzelfde ijzeren stalraam.

Waardering

De boerderij van het slaktype uit 1926 is van algemeen cultuurhistorisch en architectuurhistorisch belang:

- als exemplarisch voorbeeld van een eenvoudige boerderij in de trant van de Interbellum-architectuur,

- vanwege de redelijke mate van belang wegens de typologische ontwikkeling van de Hollandse stallingswijze en van de daglichttoetreding in de stal,

- vanwege de hoge mate van gaafheid van het exterieur,

- vanwege de redelijke mate van belang voor de visuele gaafheid van de vaartbebouwing.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M) Boerderij(M1)

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1926
1926
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M) Kop-rompboerderij

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Interbellum-architectuur
invloeden

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Meek, O.M. ; Drenthe
aannemer / uitvoerder
Meer, M. van der ; Drenthe
aannemer / uitvoerder