INLEIDING

BEDRIJFSPAND MET BOVENWONING, gebouwd in 1891 voor de timmerman en jalouzieënfabrikant Albert Ooiman in Neo-Hollandse Renaissancesstijl, op een perceel, waarvan bekend is, dat het in 1600 al bebouwd was. Het pand is aan de linkerkant ingebouwd en grenst aan de rechterkant aan de Regenboogsteeg. De architect is nog niet bekend. Nadat de orgelbouwer Arjen Timmenga in 1912 het pand had verworven, liet hij de pui en de begane grond verbouwen. In 1988 werd het pand gerestaureerd, waarbij o.a. het portiek werd dichtgezet met een dubbele gesneden deur met ijzeren roosters. De sierkappen van de jalouzieën werden verwijderd, maar bleven wel bewaard. Mondeling is overgeleverd, dat bij de bouw van het pand gebruik is gemaakt van onderdelen van een afgebroken pand aan de Tweebaksmarkt op de plaats, waar nu het Postkantoor staat. Dit kan de ongelijke vorm van de vensters verklaren. Het complex is in gebruik als orgelmakerij en woning.

Omschrijving

EXTERIEUR: Het pand, op rechthoekige grondslag, telt drie bouwlagen en een zolderverdieping en is drie traveeën breed, de middelste iets breder dan de buitenste. Aanvankelijk bevonden zich op de begene grond drie stellen dubbele deuren. Thans resteren alleen alleen de linker deuren. Rechts daarvan zit een groot rechthoekig etalagevenster. De pui heeft een gepleisterde plint, waarboven baksteen, afgewisseld met kunststenen speklagen. Tussen de eerste en de tweede bouwlaag bevindt zich een gepleisterd fries. De tweede bouwlaag telt drie T-vensters, die worden afgesloten door korfbogige ontlastingen met negblokken en diamantkopsluitstenen. De boogvelden zijn gevuld met imitatievlechtwerk, geschilderd op beton met ingekerfde voegen. Een waterlijst scheidt de tweede van de derde bouwlaag. De vensters van de derde bouwlaag zijn iets lager, maar de boogvelden zijn iets hoger opgetrokken. De trappen van de topgevel zijn belegd met stenen platen en dragen voluten. De pinakel draagt een obelisk. Behalve een T-venster met een hanekam heeft de geveltop vijf muurankers en twee gevelstenen met in rolwerkcartouches resp. Anno en 1891. De geheel gepleisterde zijgevel bevat een aantal onregelmatig geplaatste vensters van verschillende grootte. De eveneens gepleisterde achtergevel heeft een ingang rechts en over alle bouwlagen vensters van onregelmatige breedte met segmentbogen. In het achterdakschild is een dakkapel met wangen en een fronton opgenomen.

INTERIEUR: De begane grond bevat o.a.in de gang de trap met trappaal en ijzeren balusters. Op de verdiepingen bleven de interieurs in grote mate onaangetast. Te noemen vallen o.a. paneeldeuren in geprofileerde omlijstingen, waarvan enkele voorzien zijn van supra portes in de vorm van acanthusbladeren, een tochtdeur met een geëtste of gezandstraalde voorstelling ( een empirevaas met boeket in omlijsting), stucplafonds maar in het bijzonder de salon met een rijke betimmering in neo-renaissancestijl, stucplafond met een ovale pas en in het centrum een bloemenstuk, een schouw met zwartmarmeren mantel en tegen de boezem composiete pilasters. Op de tweede verdieping hebben enkele vertrekken een balkenzoldering met een eenvoudige sjabloonbeschildering. De kap heeft gebogen stijlen, die spitsbogig bij elkaar komen.

Waardering

WERKPLAATS EN WONING van algemeen architectuurhistorisch en cultuurhistorisch belang:

- vanwege de op de pui na ongeschonden gevel in neo-renaissancevormen;

- vanwege de ligging in de gevelwand van de Kleine Kerkstraat en pal tegenover de Bagijnestraat;

- vanwege de bewaard gebleven interieurdelen o.a. de salon op de eerste verdieping;

- als voorbeeld van een woon-werkpand uit de late negentiende eeuw.