Inleiding.

Aan de overigens lintbebouwde Breukelsestraat bevindt zich op nummer 32 een ver achter de rooilijn gelegen VILLA. Het vrijstaande pand ligt met de nokrichting loodrecht op de straat. Aan de voor-, linker- en achterzijde een siertuin die aan de voorkant van de straat wordt afgescheiden door een haag met een smeedijzeren hekwerk. Het woonhuis behoort tot de vroegste bebouwing aan de Breukelsestraat. Op een gevelsteen rechts van de middendeur in de voorgevel staat de tekst: 'L.F. VAN EMPEL / 7-4-1863', waarschijnlijk refererend aan opdrachtgever en bouwjaar. Het pand behoort stilistisch tot de Chalet-stijl met een detaillering die invloeden vertoont van het Eclecticisme.

Bij verbouwingen in de jaren zeventig en negentig zijn aan de rechter- en achtergevel eenlaags aanbouwen verrezen. In het linker dakschild zijn later een dakkapel en nieuwe schoorsteen aangebracht. Het dakoverstek is door plaatwerk gedicht. Inwendig is het huis gedeeltelijk gemoderniseerd, met name de oostelijke helft.

Omschrijving.

Het onderkelderde woonhuis heeft een rechthoekige plattegrond met aan de achtergevel twee ondiepe eenlaags uitbouwen met platte daken. Het pand telt één bouwlaag en een zolderverdieping onder een met donkerblauwe kruispannen gedekt zadeldak met groot overstek. Aan de dakvoet bakgoten op klossen en aan de voor- en achterzijde windveren, aan de achterzijde decoratief geschulpt. De gevels zijn voorzien van een geblokte, witte pleistering en het merendeel van gevelopeningen wordt omzoomd met een geprofileerde lijst. Overlangs de symmetrische voorgevel een balkon afgezet met ijzeren balusters en decoratief hekwerk en rustend op vier gietijzeren kolommen. Op de verdieping twee en op de begane grond drie beglaasde, dubbele paneeldeuren, met rondboogvormige bovenlichten waarin suikerbroodroeden. De deuren zijn voorzien van persiennes. Onderlangs de voorgevel in de plint ruitvormige decoraties. In de linkergevel een 4-ruits stolpraam met bovenlicht als voornoemd en met luiken en een mogelijk latere, beglaasde dubbele deur. Centraal aan de achtergevel een uitgebouwd eenlaags oorspronkelijk portaal op een rechthoekige plattegrond met in het midden een houten, opgeklampte deur met rondbogig bovenlicht als voornoemd. Hierboven een beglaasde, dubbele deur met dito bovenlicht met rechts hiervan een ovaal tuimelvenster. Centraal in de voorgevel de toegangsdeur waarachter vestibule en gang naar de achterdeur. Ter linkerzijde woonvertrekken en ter rechterzijde voormalige keuken en trap naar de verdieping. Van het interieur zijn vermeldenswaard: zwarte en witte marmeren tegels in de centrale middengang, paneeldeuren, schuifdeuren met facetgeslepen glas, kelder met tongewelf en rode plavuizen.

Waardering.

Het object is van algemeen belang omdat het cultuurhistorische waarde bezit op grond van de voor een woonhuis opmerkelijke typologie. Verder bezit het object architectuurhistorische waarde. Wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten en het bijzondere materiaalgebruik is het van belang voor de geschiedenis van de architectuur. Het object bezit ook ensemblewaarden. Tesamen met de siertuin en het ijzeren straathek vormt het woonhuis een waardevol ensemble, dat wegens de situering van het huis (ver achter de rooilijn) een karakteristiek historisch beeld geeft van de vroegste bebouwing aan de Breukelsestraat. Het object is gaaf in de hoofdvorm en delen van het interieur en bezit zeldzaamheidswaarde. Het is van belang wegens een architectuurhistorische en typologische zeldzaamheid.