Inleiding.

Op ca. 500 meter ten oosten van de Putseweg aan het einde van een lange oprijlaan bevindt zich de voormalige VILLA van de Antwerpse houtvester Servais. Het gebouw uit 1883 in Neo-Romaanse stijl met kasteelachtige elementen en motieven van de Rondboogstijl, is gesitueerd in de oorspronkelijk deels parkachtig aangelegde omgeving van het landgoed Bieduinen. Dit bestaat voornamelijk uit produktiebossen van naaldhout, aangelegd op een stuifzand- en heidegrondcomplex. De oorspronkelijke functie is na de Tweede Wereldoorlog vervallen. Het pand is meer dan eens verbouwd en uitgebreid. Daarbij werd onder meer tegen de toren en de westgevel een eenlaags aanbouw geplaatst, terwijl het zuidelijke dakschild werd voorzien van een forse dakkapel.

Omschrijving.

Het gebouw heeft een rechthoekige plattegrond en telt twee bouwlagen en gedeeltelijk een kapverdieping. Het wordt gedekt door een mansardedak met leien in Maasdekking en deels door een plat dak. Het is opgetrokken uit baksteen en heeft een rijke natuursteendecoratie met onder meer hardstenen dorpels en lateien.

De zuidelijke en westelijke gevel zijn rijker gedetailleerd dan de noordelijke en oostelijke. Tegen de drielaags westelijke gevel, die horizontaal is geleed door een dorpellijst en een boogfries, staat een forse achthoekige toren van drie geledingen, waarvan het metselwerk is voorzien van gecementeerde banden en cordonlijsten. Naast een viertal zesruits ramen heeft de toren verticale schijnschietsleuven.

Deze kasteelachtige elementen worden voortgezet in de gevelbekroning met twee met spitsjes bekroonde vierkante arkeltorentjes. De topgevel, die aansluit op de toren is gekanteeld en heeft een klimmend boogfries. Op de eerste verdieping ter linker- en rechterzijde van de toren een zesruits schuifraam, in de kapverdieping twee rondboogramen met kleine roedenverdeling. Op de begane grond is de toren opgenomen in een eenlaags aanbouw onder plat dak uit ca. 1950. Hierin bevindt zich thans de hoofdingang.

De tweelaags zuidelijke gevel heeft een onregelmatige indeling met op de begane grond een deur met zijlichten onder ijzeren latei met rozetten en ter rechterzijde een deur met tweedelig bovenlicht met aan beide zijden een tweetal zesruits schuiframen. Op de eerste etage een overeenkomstige indeling, met zes zesruits schuiframen. De gevel wordt afgesloten door een rondboogfries, waarboven een gootlijst en een drietal bakstenen dakkapellen met trapgevels, waarin rondboogramen met openslaande ramen met kleine roedenverdeling. Onder de middelste dakkapel tegen de gevel op een console een kalkstenen beeld van Jozef met kind onder baldakijn. Links en rechts van de ijzeren latei een tweetal bakstenen penanten, met hardstenen bekroning, waarop een drietal elkaar doorsnijdende cirkels. De sobere tweelaags noordgevel heeft zesruits schuiframen, waarvan die op de begane grond deels vergroot of dichtgezet zijn. Dit deel van het huis heeft een plat dak. In het mansardedak hier drie houten dakkapellen. In de oostelijke gevel, die op de begane grond schuil gaat achter een aanbouw, is in de kapverdieping een deur met getoogd bovenlicht en een schuifraam. In de topgevel tussen twee schoorstenen een lichtopening.

Waardering.

De villa is van algemeen belang. Het huis heeft cultuurhistorisch belang als bijzondere uitdrukking van de sociaal-economische ontwikkeling, namelijk de ontginning en exploitatie van woeste gronden in de 19de eeuw, het is tevens van belang als voorbeeld van de typologische ontwikkeling van de kasteelachtige villa. Het object is van architectuurhistorisch belang door de stijl en detaillering, die in de mengeling van materialen en kasteelachtige motieven een Belgische invloed verraden. Het huis is van belang vanwege de architectonische gaafheid van het exterieur. Het is van belang vanwege de architectuurhistorische, bouwtechnische en typologische zeldzaamheid.