Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
516925
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82971/81
Kadastrale aanduiding
Arnhem M 920
Arnhem M 921
Zijpendaalseweg 87, 6814 CG te Arnhem
Zijpendaalseweg 89, 6814 CG te Arnhem

Omschrijving

Inleiding

Vrijstaand dubbel HERENHUIS gebouwd tussen 1905 en 1910 in een stijl die kenmerken vertoont van verschillende bouwstijlen, zoals de Chalet-stijl, de Art Nouveau en de Over-gangsarchitectuur. Het pand is gesitueerd aan de rand van het Sonsbeekpark en vormt als onderdeel van een monumentale gevelwand tevens de begrenzing van de Burgemeesters-wijk. Het dubbel herenhuis bevindt zich in de monumentale gevelwand van de Zijpen-daalseweg, temidden van andere historische villa's en herenhuizen uit de periode 1895 - 1915. Voor het dubbel herenhuis ligt een kleine siertuin die aan de straatzijde begrensd wordt door een smeedijzeren hekwerk, een laag (nieuw) keermuurtje en een ligusterheg. Aan de achterzijde van het pand bevindt zich een redelijk diepe tuin met links achterin een tuinhuisje in vakwerkbouw onder zadeldak. De siertuin, het hekwerk en het tuinhuisje vallen niet onder de bescherming.

Omschrijving

Het gedeeltelijk onderkelderd dubbel HERENHUIS heeft een samengestelde plattegrond, bestaande uit een hoog tweelaags bouwvolume met zolderverdieping op een rechthoekig grondplan met langs drie zijden oplopende dakschilden met een plat dak gedekt met negentiende-eeuwse, rode platte Friese pannen met bijbehorende nokvorsten. Bij het linker deel van het pand zijn de nokvorsten van het schilddak ter plaatse van de overgang naar het plat dak gedeeltelijk verdwenen. Hierachter bevindt zich een rechthoekige twee- en drielaagse uitbouw. Deze dakopbouw is later opgetrokken. De tweelaagse uitbouw heeft een loggia. Op de tweelaagse uitbouw naast de drielaagse uitbouw is een balkon geplaatst. Tevens bevinden zich aan de achterzijde van het pand twee eenlaagse uitbouwen. Deze uitbouwen worden voor opslag gebruikt. De kap van het hoofdvolume bezit aan de linker voorzijde een klein driehoekig houten daklicht met vast raam. De dakkapel heeft een zinken zadeldak. De overgang van het linker deel van het gebouw met het rechter deel wordt gevormd door een risaliet onder aangekapt zadeldak met de nokrichting haaks op de voorgevel. Tussen de eerste bouwlaag en de tweede bouwlaag van de risaliet bevindt zich een balkon zonder balustrade. Op de derde bouwlaag van de risaliet bevindt zich een loggia / balkon met houten balustrade. Tussen beide woonhuizen is een, boven het dakvlak uitstekende, getrapte brandmuur aangebracht. Deze trappen hebben een ezelsrug afgedekt met rode platte Friese pannen. Op het hoogste punt van de brandmuur staat een hoge gemetselde schoorsteen met uitkragende beëindiging die vier pijpen bevat. De kap van het hoofdvolume bezit aan de rechter voorzijde een houten dakkapel met zesruits draairaam geflankeerd door twee kleinere tweeruits, vaste ramen. De dakkapel heeft een pannen zadeldak, bewerkte bakgoten en windveren. De zijkanten zijn bedekt met leien. Het rechter pand heeft in de hoektravee een driezijdig uitgebouwde bakstenen uitbouw die over de twee bouwlagen, tot boven de gootlijst, als een soort hoektoren, is opgehaald. Dit toren-achtige bouwdeel wordt beëindigd door een schilddak samengesteld uit acht dakvlakken, bekroond met twee zinken pironnen met rechthoekige afdekking. De uitkragende goot wordt ondersteund door gekromde schoren. In het voorste dakvlak van de toren bevinden zich een oorspronkelijk klein dakvenster met een dakje in een spitsboogvorm en een tweelicht dakraam.

Het linker dakvlak is naar beneden toe verlengd. Hier bevindt zich een smal terugliggend bouwdeel. Tegen dit bouwdeel is een klein houten ingangsportaal met een schuin oplopend zinken dakje geplaatst. In de linkergevel bevinden zich twee schoorstenen. Een van de schoorstenen is gedeeltelijk gecementeerd en door een trekstang verbonden met de nok van het dak.

De VOORGEVEL van elk deel van het dubbel herenhuis heeft twee hoofdtraveeën. De gevel wordt beëindigd door een vlakke lichtgeprofileerde witgeschilderde goot op klossen. De gevels zijn in licht rode baksteen opgetrokken. Ter hoogte van de wisseldorpel van de vensters in de eerste bouwlaag is een sierband aanwezig van blauwe en witte lagen in geglazuurde baksteen. Direct onder de goot is een brede, licht uitgemetselde gedecoreerde strook die deels gepleisterd en deels in bakstenen siermotieven is uitgevoerd, aanwezig. In het bouwdeel dat iets teruggelegen is van de voorgevel van het rechter pand bevindt zich de deuropening onder een rechte afsluiting met negenruits bovenlicht. De groengeschilderde, naar binnendraaiende houten voordeur heeft vier horizontale glasvlakken. In de gevel boven de ingang is een kleine, vijfhoekig vensteropening aangebracht. Deze vensteropening heeft een raam dat door loodstrips is verdeeld in achtentwintig glasvlakken. De diverse gevelopeningen hebben, met uitzondering van de getoogde raamopening in de eerste travee in de tweede bouwlaag, een rechte afsluiting en bevatten een dubbele rij zwart, geglazuurde lekdorpeltegels. De schuifvensters hebben een bovenlicht waarin een roedeverdeling met (van oorsprong) okerkleurige beglazing. Het kozijnhout is wit geschilderd en het raamhout is groen van kleur. In de eerste travee van het rechter deel van het dubbel herenhuis zijn twee rechtgesloten openingen boven elkaar geplaatst, waarvan de raamopening in de tweede bouwlaag door de gestucte sierstrook tot onder de goot door-loopt. Ter plaatse van de tweede bouwlaag is een klein balkon aangebracht, met smeedijzeren hekwerk. De dubbele, naar binnen draaiende, tuindeuren op de begane grond hebben een vijftienruits bovenlicht. Deze tuindeuren zijn mogelijk gewijzigd. Aan weerszijden van beide deuren bevinden zich smalle rechthoekige vensters zonder verdeling. Dit geheel van deuren en vensters is (gedeeltelijk) omgeven door een brede band uit zandsteen. Boven de smalle rechthoekige vensters bevindt zich siermetselwerk in geometrische patronen.

De voorgevel van het linker gedeelte heeft in het eerste travee een geprofileerde gootlijst die de getoogde afsluiting van de vensteropening in de tweede bouwlaag volgt. Tussen de vensteropeningen, die in de eerste en tweede bouwlaag in een as liggen, is als versiering, een veld van gele en donker rode bakstenen aangebracht. De tweede travee is breder dan de overige traveeën, licht risalerend en schiet door de gootlijn heen als een vakwerk loggia / balkon verdieping, onder zadeldak. De witgepleisterde topgevel heeft een indeling in vakwerkstijl. In het midden is een brede bijna rechtomsloten opening aangebracht met een inpandig balkon (loggia) met een groen geschilderd balkonhek dat wordt gedragen door een houten witgeschilderde balk steunend op vijf bewerkte klossen. Voorheen was het balkonhek wit-blauw geschilderd. De tweede bouwlaag bevat twee hoge rechtomsloten vensteropeningen met dubbele, naar binnen draaiende, Franse balkondeuren die toegang geven tot een balkon dat zich over de volledige breedte van de travee uitstrekt. Het balkonhek is verdwenen. Het balkon wordt aan de voorzijde beëindigd door een schuin afdak en het geheel wordt gedragen door houten schoren. In het midden van het schuine afdak is een klein zadeldak haaks geplaatst en ingelaten op het balkon. Op de eerste bouwlaag is de voorgevel licht uitgebouwd. De driezijdige stenen uitbouw wordt geheel afgedekt door het balkon. De uitbouw omvat drie gevelopeningen. In de zijde evenwijdig aan de voor-gevel is een deuropening met vierruits bovenlicht aanwezig. In deze opening zijn dubbele naar binnendraaiende deuren aanwezig. Links en rechts van de deuropening bevindt zich een rechtomsloten raamopening met bovenlicht. Diverse vensteropeningen waren vroeger voorzien van luiken.

De LINKER ZIJGEVEL is op enkele eenvoudige raamopeningen na een blinde gevel. In deze gevel bevindt zich ook het kleine houten ingangsportaal met een schuin oplopend zinken dakje.

De ACHTERGEVEL van het linker deel van het dubbel herenhuis heeft in de derde bouwlaag een rechthoekige vensteropening met verticaal vierruits bovenlicht en een stolp-raam. De tweede bouwlaag heeft ter plaatse van de brede travee een grote loggia. De geprofileerde gootlijst is door middel van klossen op een dragende balk bevestigd die ondersteund wordt door de twee muurvlakken en twee groengeschilderde houten kolom-men. Tussen deze dragende elementen bevinden zich drie eenvoudig vormgegeven balkon-hekken. De rechtomsloten deuropening die toegang geeft tot de loggia heeft een verticaal zesruits bovenlicht en twee schuifdeuren. Ter plaatse van de smalle travee heeft de tweede bouwlaag twee vensteropeningen met verticaal drieruits bovenlicht en een stolpraam. Het rechter raam is een kleiner stolpraam. De twee vensteropeningen bevatten een dubbele rij zwart geglazuurde raamdorpelstenen. In de eerste bouwlaag bevindt zich een pui met driedeling. De pui met bovenlicht bevat twee vaste raamelementen en twee schuifdeuren. Boven de vaste raamelementen die bestaan uit een dichte borstwering en vaste beglazing bevindt zich een zesruits bovenlicht. Boven de schuifdeuren een twaalfruits bovenlicht. Uiterst rechts is een éénlaagse aanbouw gelegen. Deze aanbouw heeft een rechthoekige deuropening die een naar binnen draaiende opgeklampte deur bevat en een kleine recht-hoekige vensteropening met naar binnen draaiend enkelvoudig raam. De vensteropening bevat een laag zwart geglazuurde lekdorpelstenen. Diverse vensteropeningen waren vroeger voorzien van luiken.

De ACHTERGEVEL van het rechter deel van het dubbel herenhuis was oorspronkelijk ter plaatse van de brede travee identiek aan het linker pand maar in de loop der tijd hebben enkele veranderingen plaats gevonden. Zo is bijvoorbeeld de loggia dichtgezet met een pui. Naast het uit twee bouwlagen bestaande bouwvolume is een aanbouw gesitueerd met gevelopeningen die bijna identiek zijn aan de gevelopeningen in de rechter aanbouw. Diverse vensteropeningen waren vroeger voorzien van luiken. De RECHTER ZIJGEVEL is op enkele eenvoudige raamopeningen na een blinde gevel. In deze gevel bevindt zich ook de aanbouw waarin zich de toegang tot het rechter deel van het dubbel herenhuis bevindt.

Het oorspronkelijke INTERIEUR is gedeeltelijk bewaard gebleven ondermeer in de hal van het linker deel van het dubbel herenhuis met haar marmeren vloeren, plinten en neuten en in het trappenhuis met zijn houten geprofileerde trappaal, geprofileerde leuningen, lambrizering, hout gesneden balusters en enkele zwart marmeren schouwen. Tevens zijn enkele paneeldeuren met geprofileerde omlijstingen bewaard gebleven. Het interieur van het rechter deel van het dubbel herenhuis is grotendeels gemoderniseerd maar bevat nog onder meer enkele zwart marmeren schouwen.

Waardering

Dubbel HERENHUIS uit 1905 - 1910

- Van architectuurhistorische waarde als een vrij gaaf voorbeeld van de Chalet-stijl, de Art Nouveau en de Overgangsarchitectuur met bijzondere esthetische kwaliteiten zoals gave verhoudingen en een bijzondere ornamentiek met vooral in enkele ruimten in het linker deel van het dubbel herenhuis nog een bijzondere samenhang tussen het exterieur en interieur.

- Van stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de monumentale westelijke gevelwand van de Zijpendaalseweg tegenover Park Sonsbeek (rijksmonument).

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1905
1910
globaal

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Herenhuis Twee herenhuizen in dubbelwoning

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Overgangsarchitectuur
invloeden
Chalet-stijl
invloeden