Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
517616
Complexnummer
517614 - RijnlandMrP.A.PynackerHordijkgemaal
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82983/22
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Gouda F 3703
Schielands Hoge Zeedijk 71, 2802 RC te Gouda

Omschrijving

Inleiding

Het Rijnland Mr. P.A. Pynacker Hordijk gemaal is in 1935/1936 gebouwd in Zakelijk Expressionistische stijl. Het 'boezemgemaal en inmalingsinstallatie Gouda' functioneert nog steeds met de oorspronkelijke Werkspoor N.V. dieselpompinstallatie uit 1932/1933. De drie zes-cylinder dieselmoteren van 460 PK (339kW), type TM 356, drijven evenzoveel horizontaal geplaatste centrifugaalpompen aan door middel van een lange verticale aandrijfas. De overbrenging geschiedt via conische tandwielen. De pompen zijn laag opgesteld en bevinden zich in de kelder. De pompen hebben een capaciteit van 10m3/sec (zowel naar binnen als naar buiten). Het gemaal kan 35m3/sec overtollig water afvoeren en 25 m3/sec inlaten. Het gemiddeld waterverzet bij afvoeren bedraagt 2076m3/min.. Aan de zijde van het Gouwe Kanaal dient een niveau van circa 60 centimeter onder NAP (peil afhankelijk van het seizoen) gehandhaafd te worden. Voor de natuurlijke inlaat bevinden zich onder het gemaal drie inlaatkokers, waardoor ook in droge perioden het peil gehandhaafd kan worden. Bovendien kan hierdoor het water worden ververst en de Rijnlands boezem aangevuld worden. De kunstmatige inlaat dient te geschieden bij een peil lager dan NAP -0,45. Het gemiddeld waterverzet bedraagt dan 1500m3/min..

Twee van de oorspronkelijk drie brandstoftanks van 70.000 liter zijn aanwezig. In 1950 is de huidige inmaalinstallatie aangebracht. De inlaatkokers zijn vervaardigd door Rademakers Rotterdam Holland.

N.B.1. Op de zuidwesthoek is in 1953 een aanbouw toegevoegd.

N.B.2. In het souterrain en de kantine zijn wijzigingen ten gevolge van de Arbo-wet doorgevoerd.

Omschrijving

Het langgerekte hoofdgebouw is opgetrokken vanuit een rechthoekige plattegrond. Het heeft een plat dak met een overstek. Het hoofdvolume bestaat uit een kelder onder het maaiveld en één hoge bouwlaag daarboven. Het souterrain is aan de zuidzijde (waar zich de brandstoftanks bevinden) uitgebouwd. Aan de noordzijde vormen de gevels van souterrain en hoofdvolume één geheel.

Het hoofdgebouw is opgetrokken in gele baksteen in Noors verband. Aan de noord- en zuidzijde bevinden zich langgerekte staande vensters. De vaste ramen met bovenaan klapramen zijn met ijzeren kozijnen uitgevoerd. De vensters worden horizontaal verbonden door een doorlopende, licht uitkragende grindbetonnen lijst. De onderdorpels zijn van graniet vervaardigd. De overige vensterpartijen bestaan uit horizontale strips van gekoppelde ramen. De penanten bestaan uit metselwerk in combinatie met granieten aanzetstenen en neuten. De vensters zijn aan de boven- en onderzijde verbonden door doorlopende, licht uitkragende betonnen waterlijsten en granieten lekdorpels.

In de oostelijke kopgevel bevindt zich de entree. Deze bestaat uit een brede stoep met drie treden, die bekleed zijn met okerkleurige en gele tegels. Deze betegeling loopt door in het interieur. De entree wordt bovenaan afgesloten met een betonnen (witgeschilderde) luifel. De dubbele stalen deur zijn voorzien van zijlichten, die alle met ruiten zijn uitgevoerd. Boven de entree is een horizontale, zesdelige vensterpartij aangebracht. Boven deze vensters bevindt zich een ijzeren vlaggenmast.

De zuidgevel heeft aan de zuidoostzijde een driedelig venster. Voorts bevinden zich over vrijwel de gehele gevellengte staande vensters. De twee bewaard gebleven brandstoftanks steken boven het souterrain uit. Voorts bevinden zich hier gemetselde kolkhoofden met betonnen dekplaten en ijzeren hekwerken. Op de drie koppen van deze hoofden bevinden zich de inmaalinstallaties. In de kolken bevinden zich dubbele schotbalksponningen.

In de westgevel bevindt zich een grote inrijdeur en een horizontale, zesdelige vensterpartij.

De noordgevel heeft reeksen staande vensters, die doorsneden worden door half in de gevel verzonken en boven het dak uitstekende schoorstenen. Onder de staande vensterpartijen is een reeks van enkele en gekoppelde liggende vensters geplaatst. Aan de noordwestzijde bevindt zich een deur onder een uitkragende waterlijst. Aan de gevel is een ijzeren constructie bevestigd voor het inlaten van schotten. Deze schotten dienen ter afsluiting van de inlaten tijdens onderhoudswerkzaamheden. Aan de noordzijde bevinden zich voorts ijzeren krooshekken, waartussen en langs zich betonnen bedieningsbruggen met ijzeren bedieningsmechanismen bevinden. Het nagenoeg gave interieur bestaat uit één grote ruimte met daaronder een souterrain. De wanden bestaan uit gele baksteen in klezoorverband, waarvan de rondom doorlopende 'lambrizering' vervaardigd is van geglazuurde bakstenen. Vrijstaand, binnen de bakstenen wanden, staat de ijzeren, puur functionele constructie, die opgebouwd is uit stalen profielen. Het plafond bestaat uit betonnen casetten. Aan de oostzijde bevindt zich de entree met een tochtportaal en links en rechts daarvan een monsterings- en een schakelruimte. Boven de deuren van de monsterings- en schakelruimte zijn rollagen aangebracht. De wanden van het langgerekte tochtportaal verspringen trapsgewijs. Het portaal verbreedt zich hierdoor naar de hoofdruimte toe. Het gestucte plafond van het tochtportaal loopt door en verbreedt zich, om vervolgens te eindigen als uitkragende lijst. De tochtdeur is teruggeplaatst ten opzichte van de hoofdruimte. De stalen, dubbele tochtdeur is identiek aan de buitendeur. Een stoep met een drietal treden verbindt het tochtportaal met de lager gelegen vloer. De vloer van de hoofdruimte en de entreehal bestaat uit okerkleurige en gele tegels, die ook verwerkt zijn in diverse plateaus. Op deze verhogingen staan onder meer de aandrijfmotoren van de persschuiven. Op de verdieping bevindt zich de kantine met een horizontale strip ramen met vernieuwde kozijnen. In het souterrain is de ruw betonnen constructie met houten bekistingsreliëf in het zicht. Hier staan de pompen opgesteld en een gedeelte van de ruimte is afgeschermd als personeelsruimte.

Waardering

Het gemaal Rijnland Mr. P.A. Pynacker Hordijk is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde.

Het gemaal Rijnland Mr. P.A. Pynacker Hordijk is cultuurhistorisch van algemeen belang vanwege de waterstaatkundige betekenis van het gemaal en als gaaf voorbeeld van een gemaal uit de jaren dertig.

Het gemaal is architectuurhistorisch van algemeen belang als representatief voorbeeld van de Zakelijk Expressionistische stijl en vanwege de karakteristieke detaillering en materiaalgebruik.

Het gemaal vormt een functionele en situationele eenheid met de omliggende boezems en sluizen en markeeert de in- en uitlaatpunten. Bovendien is het gemaal beeldbepalend gesitueerd aan de Hoge Schielandse Zeedijk.

Het gemaal is nagenoeg gaaf, zowel in hoofdvorm als wat betreft de detaillering en het interieur.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 517614. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Boerderijen, molens en bedrijven Gemaal (M) Boezemgemaal

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1935
1936
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Boerderijen, molens en bedrijven Gemaal (M)

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Functionalisme
stijlzuiver