Omschrijving

De hoofdmassa van de in overgangsarchitectuur uitgevoerde DIRECTEURSWONING heeft een rechthoekige plattegrond, waarop twee bouwlagen zijn aangebracht met een aan het hoofdgebouw evenwijdig zadeldak met wolfseinden, gedekt met rode tuiles du Nord. Pirons bekronen de twee nokpunten. Het dak steekt over en heeft een houten bakgoot op gesneden schoren. Op het dak bevinden zich twee dakkapellen. Chalet-invloeden zijn aan te wijzen in de houten steekkappen van deze dakkapellen alsmede en vooral in het houtwerk dat is toegepast aan de zijgevels. De gevels zijn opgetrokken uit een donkerrode baksteen. Ter hoogte van de natuurstenen onder- en bovendorpels van de vensters zijn lichtrode bakstenen banden in de gevels aangebracht. De gevels staan op een natuurstenen plint. De twee-lichts schuifvensters zijn voorzien van een drielichtsbovenlicht en worden overspannen door een segmentboog met natuurstenen sluitsteen.

De linker zijgevel (zuidzijde) van de hoofdmassa bestaat uit twee traveeën, waarbij op de begane grond in de linker travee een venster en in de rechter travee een dubbele deur is geplaatst, beide onder een uit oranje verblendsteen bestaande boog met sluitsteen en boogveld. In dezelfde as bevinden zich hierboven: op de verdieping een venster onder een boog met boogveld en in de kap een dakkapellen met beschoten geveltop.

In de oostzijde (voor)gevel bevindt zich de hoofdentree, in de rechter travee die in een volume rechts is geplaatst. De topgevel van de hoofdmassa wordt door een afgewolfde kap met chalet-elementen bekroond. Op zowel de begane grond als de eerste verdieping bevinden zich twee ver uit elkaar geplaatste vensters onder een boog met sluitsteen en boogveld. In de top zijn twee dichter kleinere en dichter bij elkaar geplaatste vensters gepositioneerd.

De achtergevel van de hoofdmassa is vrijwel symmetrisch en identiek aan de rechter zijgevel, waarbij een houten serre met daarop een balkon voor de gevel is geplaatst.

De rechter zijgevel (noordzijde) van de hoofdmassa kent een vrijwel symmetrische opzet. Bij de verbouw in 1997-1998 is de verbinding met het hoofdgebouw verdwenen, waardoor de achtergevel op de begane grond is gewijzigd. De gevel is in stijl gerepareerd. In het midden bevindt zich een risaliet met op de begane grond een venster met rechts daarnaast een klein venstertje, daarboven en op de tweede verdieping drie gekoppelde vensters. Rechts bevindt zich een oorspronkelijke uitbouw van een bouwlaag met plat dak. Deze bouwmassa is gesloten met uitzondering van een klein venster in de westgevel. Op het dak bevinden zich kleine dakkapellen met lessenaarsdak.

In het interieur bevindt zich om een rechthoekige vide een tot in de kap doorlopende trappartij, voorzien van houten balusters.

Waardering

De woning van de directeur van het voormalige Rijks Opvoedings Gesticht op de Amersfoortse Berg is van algemeen belang vanwege zijn architectuurhistorische waarde als gaaf voorbeeld van een villa in overgangsarchitectuur.

Het gebouw heeft als onderdeel van het rond een plantsoen gesitueerde complex ensemblewaarde.