Inleiding

PAKHUIS, gelegen aan de veldzijde van de voormalige vestingwerken aan de -tegenwoordig bebouwde- doorgaande weg tussen Ravenstein en Huisseling. Het relatief lange, smalle en hoge bedrijfsgebouw werd omstreeks 1915 door de Noordbrabantse Christelijke Boerenbond gebouwd en heeft onder meer gefunctioneerd als meelfabriek.

Na de Tweede Wereldoorlog is de pui van de straatgevel deels gewijzigd en er is een tweelaags winkelpand tegen de zuidelijke gevel gebouwd. Het pakhuis wordt tegenwoordig door de N.C.B. gebruikt voor opslag.

Omschrijving

Blijkens de geschilderde tekst in de topgevel van de westelijke straatgevel: 'Coöperatieve Handelsvereeniging N.C.B. Bijkantoor Ravenstein' betreft het hier een agrarisch-industrieel bedrijfsgebouw. De karakteristieke hoofdvorm van twee bouwlagen onder zadeldak wordt geaccentueerd door de beide dakkapellen, die ter hoogte van de eindgevels op het zadeldak (belegd met verbeterde Hollandse pannen) zijn geplaatst, mogelijk ten behoeve van de hijsinstallaties. De hoge bakstenen gevels (in het bijzonder de noordelijke) zijn geleed door sobere bakstenen pilasters, banden, tand- en muizetandlijsten. Een deel van de terugliggende gevelvelden is gepleisterd en witgeschilderd. In de zuidelijke gevel bevindt zich een aanbindring voor vee. De westelijke gevel heeft boven de inrijpoorten een houten luifel. Op de noordelijke gevel na bevinden zich in alle gevels vierruits vensters. De hoogte waarop deze vensters zijn aangebracht, alsmede de aanwezigheid van muurankers in de zuidelijke gevel, lijken er op te wijzen dat het gebouw oorspronkelijk verschillende verdiepingen heeft gehad.

Na de sluiting van de fabriek zijn verschillende tussenvloeren weggehaald. Momenteel kijkt men binnen in het gebouw tegen de deels profielijzeren, deels houten kapconstructie met hangwerk aan. De eigenlijke zolder was door de aanwezigheid van de hangstijlen nauwelijks bruikbaar.

Waardering

Het bedrijfsgebouw is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als herinnering aan de sociaal-economische geschiedenis van de provincie, het getuigt van de emancipatie van de katholieke Brabantse boer, het ontstaan van de standsorganisatie N.C.B. en de ontwikkeling van een doelmatiger agrarische bedrijfsvoering. Verder is het gebouw typologisch van belang. Het heeft architectuurhistorische waarde als een goed en redelijk gaaf voorbeeld van een volgens traditionele technieken gebouwd pakhuis, dat door de opvallende gevels een belangrijke rol speelt in het aanzien van de stad. Het heeft ensemblewaarden door de ligging nabij de voormalige vestinggronden, aan de rand van het historische stadscentrum.