Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
520968
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82757/168
Kadastrale aanduiding
Noordbroek I 254
Hoofdstraat 77, 9635 AT te Noordbroek

Omschrijving

Inleiding

DWARSHUISBOERDERIJ met aangebouwde BIJSCHUUR gebouwd in 1912 in opdracht van D. Boelema en C. ten Have in een Overgangsarchitectuur waarin Art Nouveau elementen zijn te herkennen.

De boerderij is gelegen op een licht glooiend terrein op de hoek van de Hoofdstraat en de Slochterstraat. Aan de voorzijde staan twee linden, een kastanje en een rode beuk. Aan de linkerzijde van de boerderij ligt een boomgaard.

Omschrijving

DWARSHUISBOERDERIJ bestaande uit een VOORHUIS, HOOFDSCHUUR en aangebouwde BIJSCHUUR.

Het anderhalf verdiepingen hoge, deels onderkelderde, symmetrische VOORHUIS op nagenoeg rechthoekige plattegrond is opgetrokken in rode baksteen op een aangesmeerd trasraam met blokmotieven en wordt gedekt door een samengestelde kap waarop geglazuurde zwarte platte Friese pannen; twee gemetselde schoorstenen met betonnen kap; houten goot op decoratieve klossen; strakke houten windveren; aangesmeerd fries. De gevels worden geleed door H-vensters met bovenlichten onder een betonnen latei en gemetselde segmentboog met boogtrommel waarin geschilderde Art Nouveau motieven; aan weerszijden van het kalf, onder- en bovendorpel een betonelement.

Het middenrisaliet van de voorgevel (oostzijde) is boven de gootlijst doorgetrokken. Op de begane grond een driezijdige erker waarin drie H-vensters; aan de voorzijde een keldervenster. Boven de erker een balkon met balustrade van houten pijlers waartussen een ijzeren hekwerk; twee openslaande houten paneeldeuren waarin glas met boven- en zijlichten. In de top een staand venster onder een betonlatei. Aan weerszijden van het risaliet een samengesteld H-venster en een tweedelig zaadvenster.

De entree bevindt zich in de zuidgevel en bestaat uit twee houten paneeldeuren waarin gietijzeren panelen met bovenlicht; vier treden hoge grindbetonnen stoep; in de gevelsteen aan de linkerzijde `D.B. 19' en aan de rechterzijde `C. ten H. 12'. Naast de entree twee H-vensters, drie zaadvensters en twee keldervensters.

De schuur is tegen de achtergevel (westzijde) aangebouwd.

In de noordgevel drie H-vensters en drie zaadvensters.

In het INTERIEUR zijn ondermeer van belang: de houten paneeldeuren met decoratieve omlijsting, in de woonkamer het stucplafond en de bruine marmeren schouw, in de logeerkamer de zwarte marmeren schouw met spiegel en het stucplafond, in de hal de houten tochtdeur waarin glas met vaaspatronen en de tegellambrizering, in de kelder de ossekopvloer, de rondbogen en de houten opslagkasten.

De HOOFDSCHUUR is opgetrokken in rode baksteen en wordt gedekt door een zadeldak met wolfeind waarop rode Hollandse pannen; fries van rode en gele baksteen en aangesmeerd fries; deels ijzeren bakgoot op gemetselde klossen en deels niet-originele goot.

Aan de voorzijde van de eerste krimp in de zuidgevel een H-venster onder betonlatei en segmentboog met boogtrommel waarin geschilderde Art Nouveau decoraties; in de zijgevel centraal een niet-originele deur, met aan de linkerzijde drie T-vensters en aan de rechterzijde een T- en een H-venster, alle onder een gemetselde segmentboog en aangesmeerde boogtrommel en ter hoogte van het kalf, onder- en bovendorpel een betonelement. Aan de voorzijde van de tweede krimp een T-venster onder strek; in de zijgevel een opgeklampte houten deur met bovenlicht waarvoor een gemetselde stoep onder strek en een T-venster onder strek; roodbakstenen ombouw waarin een opgeklampte houten deur onder rollaag. In de zijgevel van de derde krimp veertien liggende getoogde vensters met decoratieve ijzeren roedenverdeling onder een rollaag van rode baksteen en wenkbrauwboog van gele baksteen.

In de achtergevel (westzijde) acht getoogde liggende vensters met decoratieve ijzeren roedenverdeling onder een rollaag van rode baksteen en wenkbrauwboog van gele baksteen, twee niet-originele schuurdeuren en rechts een getoogde houten schuurdeur onder twee rollagen van rode en gele baksteen.

In de voorzijde van de eerste krimp van de noordgevel een H-venster onder strek en een niet-origineel klein venster; in de zijgevel twee houten schuurdeuren onder een houten latei. De tweede krimp is blind.

De BIJSCHUUR wordt middels een gemetseld muurtje verbonden met de hoofdschuur. De bijschuur is opgetrokken in rode baksteen en wordt gedekt door een zadeldak waarop rode Hollandse pannen; muurankers; strakke houten windveren.

In de voorgevel (noordzijde) twee niet-originele schuurdeuren. In de oostgevel twee halfronde vensters met decoratieve ijzeren roedenverdeling onder rollaag. In de top van de achtergevel (zuidzijde) een rond venster met decoratieve ijzeren roedenverdeling onder rollaag. In de westgevel twee halfronde vensters met decoratieve ijzeren roedenverdeling onder rollaag.

Waardering

Dwarshuisboerderij met aangebouwde bijschuur van algemeen belang vanwege architectuur- en cultuurhistorische waarde:

- als voorbeeld van een dwarshuisboerderij uit 1912 in de provincie Groningen in een Overgangsarchitectuur met Art Nouveau elementen

- vanwege de opvallende vormgeving en detaillering

- vanwege de vrij hoge mate van gaafheid van zowel exterieur als delen van het interieur

- vanwege de beeldbepalende ligging aan de Hoofdstraat op een hoek.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M) Boerderij(M1)

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1912
1912
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M) Dwarshuisboerderij

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Art Nouveau
invloeden
Overgangsarchitectuur
invloeden