Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
523143
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82860/134
Kadastrale aanduiding
Culemborg B 1321
Het Voorburg 1, 4101 KK te Culemborg

Omschrijving

Inleiding

VILLA met TUINHEK, gebouwd in ca. 1891. Het huis is uitgevoerd in een eclectische stijl waarbij invloeden van de neorenaissance zijn te onderscheiden als de toepassing van siermetselwerk in spekbanden en in de vullingen van de boogvelden boven vensters. In de drie eindgevels verwijzen beschoten topgevels naar de chaletstijl. De briefpanelen in de voordeur zijn afgeleid van de gotiek.

Het pand is gesitueerd aan de oostzijde van het centrum en maakt deel uit van het uitgelegde beschermde stadsgezicht en is gesitueerd in een straatgevel van overwegend 19de eeuwse bebouwing. De woning is gelegen tegenover het voormalige, onbebouwde kasteelterrein en wordt door een diepe tuin met een gietijzeren spijlenhek gescheiden van de straat.

Omschrijving

De VILLA heeft een samengestelde plattegrond met een in hoofdvorm T-vormig grondvlak en is opgetrokken in baksteen (kruisverband). De gevels boven het uitgemetselde omlopende trasraam, worden door gele bakstenen sierbanden geleed die deels zijn ingevuld met zwarte bakstenen. De afgeschuinde dagkanten van de vensters zijn in rode verblendsteen uitgevoerd. De hardstenen vensterdorpels rusten alle op de omlopende waterlijsten van keramische tegels. Alle, tenzij anders vermeld, rondboogvormige boogvelden boven de diverse typen (schuif)ramen zijn met deze genoemde materialen in rijk siermetselwerk ingevuld. De met een zadeldak uitgeruste rechterbeuk van het huis grijpt in het hoger reikende zadeldak van de linkerbeuk dat met de nokas haaks op de straat is geplaatst. Het dak is met leien in maasdekking belegd. De eindgevels zijn van beschoten, spitsboogvormige schijnspanten voorzien; alleen de eindgevel van de rechter zijbeuk is als een meerlobbige boog uitgevoerd. De schijnspanten rusten op gepaarde korbelen en worden door een piron beëindigd. Alleen in het linker dakschild van de linkerbeuk komt een dakkapel voor. De bakgoten worden door zware klossen gedragen.

De VOORGEVEL bestaat uit een naar voren springende linkerbeuk en een evenwijdig aan de straat gesitueerde rechterbeuk. De linkerbeuk bezit een vijfzijdige erker waarvan drie zijden zijn beglaasd (modern). De vensters worden met een segmentboogvormig boogveld beëindigd. Op het door een sierlijk balkonhek afgesloten balkon boven de erker sluiten twee dubbele balkondeuren aan met oorspronkelijke gepaarde bovenlichten waartussen een houten kolommetje. Dergelijke bovenlichten kwamen ook voor in onder meer de erker. In het rondboogvormige boogveld boven beide deuren komt identiek siermetselwerk voor dat ook boven het stolpraam in de topgevel aanwezig is. De rechter zijbeuk bevat links de entree in een inpandig portiek dat door een hardstenen door consoles ondersteunde latei wordt afgesloten. Hierop rust een deelzuiltje dat in het midden van twee rondbogen is geplaatst waarboven siermetselwerk voorkomt in het hierdoor beperkte boogveld. De vleugel(paneel)deur is voorzien van briefpanelen en is beglaasd. Hierboven bevinden zich gepaarde oorspronkelijke en hiervoor beschreven bovenlichten onder een rechtgesloten veld van siermetselwerk. Het gebiljoeneerde deurkozijn rust op hardstenen neuten en dito dorpel; van hetzelfde materiaal is het bordes voor de deur. Het houten plafond van het portiek is verdeeld in cassetten. Rechts van de deur bevindt zich een venster van het standaardtype, met gekoppeld raam met bovenlicht. Op de verdieping komen acht segmentboogvormige spaarvelden voor waarvan er per twee van schuiframen met gedeelde bovenlichten zijn voorzien die door twee spaarvelden worden gescheiden. Op de hoek komen de laatste twee spaarvelden van de acht voor.

De LINKER ZIJGEVEL bezit in het midden twee rondboogvormige spaarvelden geflankeerd door een rechtgesloten raam onder een drieruits bovenlicht zoals in de balkondeuren boven de erker voorkomen. Op de verdieping is een tweeruits raampje temidden van twee spaarvelden gesteld.

De ACHTERGEVEL is in 1936 onder meer met een serre aan de rechterzijde uitgebreid, terwijl ook de serre links later met een lessenaarsdak is vergroot. Tussen beide vooruitspringende volumen bevindt zich een klein in omvang platgedekte oorspronkelijke uitbouw met tweeruits raampje. Links hiervan in de achtergevel is de oorspronkelijke met sierroeden beglaasde deur aanwezig onder een segmentboogvormig boogveld. Boven de deur komt een raam voor met schijnroede in het bovenlicht, geplaatst onder een licht getoogde ontlastingsboog. Links en rechts hiervan komen een in vieren gedeeld valraam en een klein toiletraampje voor. De rechterzijde van de achtergevel springt naar voren en was vermoedelijk identiek aan de eindgevel zoals in de voorgevel. Op het balkon boven de serre sluiten twee deuren aan waarvan het linker is vergroot. Het stolpraam in de topgevel mist evenals in de twee bovenlichten boven de balkondeuren, de gedeelde roede.

De symmetrisch ingedeelde RECHTER ZIJGEVEL bevat drie vensterassen met T-schuiframen met gedeelde bovenlichten onder een halfrond afgesloten boogveld. In de middenas komt in de geveltop nog eenzelfde type raam voor.

Het INTERIEUR wordt door een centrale hal gedeeld. De vestibuledeuren en zijlichten zijn voorzien van geëtst glas. De tegelvloer van de gang is in een patroon van zwart-gele tegels gelegd. In de hal sluit een bordestrap aan met trappaal en houten gedraaide trapstijlen. Alle paneeldeuren zijn aanwezig en enkele schouwen alsook de binnen(klap)luiken begane gronds. Bijzonder onderdeel in het interieur vormen drie beschilderde plafonds (gang, hal en rechter voorkamer) door profiellijsten in vakken verdeeld waarbij in twee van de drie plafonds bloemen zijn weergegeven en in de derde enkele timmermansgereedschappen in een bed van bloemen. De achterkamer van de kamer en suite (met beglaasde schuifdeuren en rijke houten lambrizering) bezit een wit geschilderd plafond met perklijsten.

Het ijzeren TUINHEK aan de voorzijde scheidt de tuin van de straat en van het naast het huis gelegen pad. Het hek dat rust op een plint die met een ezelsrug is afgesloten, bestaat uit spijlen die eindigen in pieken. De hoekposten bij het draaihek en de overige posten worden bekroond door een pijnappel.

Waardering

VILLA met smeedijzeren HEKWERK gebouwd ca. 1891.

- Van architectuurhistorisch belang als goed en gaaf voorbeeld van een evenwichtig ontworpen villa met hoogwaardige esthetische kwaliteiten in het materiaalgebruik en ornamentatie. Het interieur is van bijzonder belang door onder meer de aanwezigheid van beschilderde plafonds.

- Van stedenbouwkundig belang vanwege zijn ligging aan de rand van het centrum. De straat bezit nog een in vrij gave staat bewaard gebleven bestand aan historische huizen met tuinhekken die een aantrekkelijk en waardevol straatbeeld vormen.

- Van cultuurhistorische waarde als herkenbaar element uit een maatschappelijke ontwikkeling. Het pand is gebouwd als huisvesting voor de nieuwe en kapitaalkrachtige stedelijke elite, die zich bij voorkeur vestigde in kapitale herenhuizen in de nieuw aangelegde straten ronde de oude stad.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1891
1891
globaal

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Villa

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Neo-Gotiek
invloeden
Chalet-stijl
invloeden
Eclecticisme
stijlzuiver
Neo-Renaissance
invloeden