Inleiding

DIENSTWONING in 1920-1925 gebouwd naar ontwerp uit 1920 van A.J. KROPHOLLER, in opdracht van het echtpaar Kröller-Müller. Deze woning is een van de zgn. 'Vijf Woningen, die de architect in Hoenderloo bouwde voor op het landgoed werkzaam personeel. Het pand werd bewoond door de jachtopziener van het landgoed.

Het huis is met de lange linker zijgevel aan de Otterloseweg gelegen en wordt omgeven door een kleine tuin, die uitloopt in het omringende bos. Om het huis liggen grindpaden.

Omschrijving

De DIENSTWONING is opgebouwd op een rechthoekige plattegrond en telt één bouwlaag en een zolderverdieping onder een aan de voorzijde afgewolfd schilddak, dat aan de achterzijde een soort uilenbord heeft. Het dak is met riet belegd, voorzien van gesmoorde nokvorsten en een schoorsteen centraal in de nok met een iets uitgemetselde bovenrand. De afwatering vindt plaats via zinken mastgoten. De gevels met laag trasraam zijn opgetrokken in lichtbruine baksteen in Noors verband. In het metselwerk zijn misbaksels opgenomen. De meerruits vensters hebben geelgeschilderde luiken (behalve de zolderramen en de kleine raampjes), en onder- en bovendorpels die buiten de raamstijlen doorlopen. Het kozijnhout is witgeschilderd. Deuren, ramen en luiken zijn voorzien van opvallend beslag en zichtbare verbindingen. De symmetrisch ingedeelde VOORGEVEL heeft in het midden een rondboogvormig afgesloten portiek met een paneeldeur met ruiten in het bovenpaneel. De deur wordt omlijst door een aan de binnenzijde trapeziumvormig afgesloten kozijn, op hardstenen neuten. Voor het portiek bevindt zich een gemetselde trede. Aan weerszijden van het portiek is een vensteropening aangebracht met twee naar binnenslaande vieruits ramen. Onder het wolfeinde bevindt zich een gevelopening met geelgeschilderde onderdorpel en twee openslaande vierruits ramen. De LINKER ZIJGEVEL bestaat van links naar rechts uit een hoog in de bouwlaag geplaatst vierkant enkelruits raam, een rondboogvormig afgesloten deur met ruiten (dit was voorheen een open portiek), een vensteropening met twee vierruits ramen, een klein vierkant enkelruits raam en een vensteropening met twee naar binnenslaande vierruits ramen. De ACHTERGEVEL heeft links een groot drielicht met zesruits ramen binnen een geelgeschilderd kozijn. Rechts is een deel van de gevel uitgebouwd. Over deze uitbouw waarin zich oorspronkelijk de geitenstal bevond, is het dakschild doorgetrokken. Dit geveldeel heeft een tweeruits valraam. In het uilenbord bevindt zich klein raam. De RECHTER ZIJGEVEL heeft van links naar rechts een vierruits raam en twee vensteropeningen met twee zesruits ramen.

Het INTERIEUR bestaat uit een begane grond en een zolderverdieping. In de eerste bouwlaag bevond zich oorspronkelijk in het uitgebouwde gedeelte een geitenstal. Onder de bewaard gebleven interieurelementen bevindt zich in de woonkamer een gemetselde schouw met blokken Maulbronner zandsteen en blauwe en grijze tegels in blokverband, de oorspronkelijke binnendeuren met beslag en zichtbaar gelaten verbindingen, balkenplafonds, een inpandige kastenpartij in de woonkamer, in de keuken een schouwtje, een tegelvloer in zwart-wit, en een betegelde lambrizering van witte en blauwe tegels.

Waardering

DIENSTWONING Otterloseweg 309 naar ontwerp uit 1920 van Kropholler gebouwd omstreeks 1920-1925

-Van architectuurhistorische waarde als gaaf en goed voorbeeld van een dienstwoning uit de vroege jaren twintig, gebaseerd op de Gooise Landhuisstijl. Het pand valt onder meer op door de bij landelijke bouwtradities aansluitende hoofdvorm, het expressieve metselwerk in Noors verband waarbij misbaksels gebruikt zijn en het ambachtelijk aandoende beslag van ramen en deuren. De woning is een van een serie personeelswoningen die de architect Kropholler in opdracht van het echtpaar Kröller-Müller bouwde en die allemaal een vergelijkbare rustieke, traditionalistisch stijl vertonen kenmerkend voor het oeuvre van de architect.

-Van stedenbouwkundige waarde vanwege de ligging op het landgoed De Hoge Veluwe, waar de dienstwoningen een markante en beeldbepalende waarde bezitten.

-Van cultuurhistorische waarde als onderdeel van het landgoed dat het echtpaar Kröller-Müller vanaf 1909 samenvoegde en inrichtte.