Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
523748
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82901/41
Kadastrale aanduiding
Geldermalsen G 3291
Koppelsedijk 2, 4191 LC te Geldermalsen

Omschrijving

Inleiding

VILLA (Lingebeek), gebouwd in 1929 door architect A.H. Wegerif (1888-1963). Het is ontworpen voor ingenieur W.G. Lingbeek van de Chamotte Unie. Het huis is gesitueerd aam de zuidzijde van de Koppelsedijk en heeft de voorgevel gericht op het dorp Geldermalsen. Noordelijk van de Koppelsedijk stroomt de Linge. Het huis wordt omringd door een grote tuin, die in de bouwtijd werd ontworpen en aangelegd door tuinarchitect Copijn. Zuidelijk van het huis bevindt zich een sloot. In de tuin van Lingebeek zouden nog enkele oude bomen van het oude landgoed Ravenstein staan.

De architect Ahasverus Hendrikus Wegerif was een neef van Chris Wegerif (1859-1920), die onder meer bekend staat om zijn vele bouwwerken in Apeldoorn en zijn meubel- en interieurontwerpen voor de aan de Kneuterdijk in Den Haag gevestigde winkel 'Arts and Crafts'. A.H. Wegerif woonde van 1911 tot 1925 in Apeldoorn en verhuisde daarna naar Wassenaar. Hij vervaardigde in tegenstelling tot zijn oom weinig meubelontwerpen maar hield zich naast het ontwerpen van gebouwen wel bezig met onder meer het maken van filmdecors. Naast huizen in Apeldoorn ontwierp hij ook huizen in bijvoorbeeld Den Haag (flatgebouw 'Willemspark' aan de Zeestraat) en in de gemeente Geldermalsen. Op korte afstand van elkaar bouwde hij hier drie panden, waarvan er twee direct te maken hadden met de Chamotte Unie (Lingedijk 1 en Koppelsedijk 2). Hij bouwde ook het pand Rijksstraatweg 32 voor een kandidaat-notaris.

Omschrijving

Het huis heeft een in hoofdvorm L-vormige plattegrond en is opgetrokken in baksteen (Vlaams verband); telt in de twee bouwvolumen een en twee bouwlagen en een zolder onder een samengesteld dak. Het ruim overkragende dak dat met Noorse leien in maasdekking is belegd, is van mastgoten voorzien. De hoofdmassa die noord-zuid is georiënteerd telt twee bouwlagen. Aan de voorgevelzijde lijkt dit dak op een eenvoudig schilddak, maar aan de achterzijde kenmerkt het zich door verspringingen, uitgespaarde gedeelten en uitbouwen. De dakvlakken worden onderbroken door muurvlakken waarin een reeks ramen of een brede dakkapel met een ramenstrook. In de gevels bevinden zich op sommige plaatsen in beton uitgevoerde hoekelementen. Nagenoeg alle ramen, die door een latei of rollaag worden ontlast, zijn in staal uitgevoerd en voorzien van geglazuurde tegeldorpels. Opvallend is het trappehuisgedeelte dat zich als een vierkante toren tot boven de daknok doorzet en eindigt in een klein platform van waaruit de gehele omgeving is te overzien. In het achterschild komt één vrijstaande hoog opgemetselde schoorsteen voor.

De VOORGEVEL bezit begane gronds drie in stalen kozijnen gevatte puien die worden geaccentueerd door muurtjes die schuin op de gevel zijn gesteld. Geheel links bevindt zich een driehoekige betonluifel boven de pui. Op de verdieping komen ter weerszijden van twee in het midden geplaatste 3-ruits stalen ramen, een 2-ruits stalen raam voor. Alle vier sluiten zij direct aan op de daklijst. Het aanwezige terras is betegeld met estrikken en via een aantal trapjes is de lager gelegen tuin te bereiken. In een van de muurdammen is een datumsteentje aangebracht met daarop de tekst: "DEZE STEEN WERD / GELEGD DOOR / TITA EN BEPJE / LINGBEEK / 11 JUNI 1929".

De LINKER ZIJGEVEL heeft rechts op de begane grond een breed driedelig raam en op de verdieping en driedelig raam als in de voorgevel. Het linkerdeel van de gevel heeft slechts één bouwlaag waarin zich een samengesteld hoekvenster met glas-in-loodraam bevindt dat door een in beton uitgevoerd kolommetje wordt gescheiden. Boven dit eenlaags gedeelte bevindt zich een door een gesloten balustrade omringd balkon.

De ACHTERGEVEL diende oorspronkelijk als ingangsgevel. Hier bevindt zich rechts het eerder genoemde deel van het hoekvenster. Links komt de oorspronkelijke voordeur voor met glas-in-loodramen waarin een middenstijl. Boven deze toegang kenmerkt de gevel zich door een onder de dakrand aanwezige rij vierkante verdiepingraampjes die zich over de hele breedte van de gevel bevinden. Ook in het dakschild bevindt zich een rij van deze raampjes. Links van de deur bevindt zich een overhoeks geplaatst glas-in-loodraam ter verlichting van de hal. Hierop aansluitend is in het eenlaags bouwvolume een vierstrooks raam aanwezig met boven de zijramen een als klapraampje uitgevoerd bovenlicht. De korte westzijde van de eenlaagse uitbouw waarin onder meer de garage is ondergebracht bevat een raamstrook van kleine vierkante raampjes onder de daklijst. De noordzijde bevat de (moderne) garagedeur.

De RECHTER ZIJGEVEL heeft ter plaatse van het voorhuisgedeelte dezelfde indeling als de linker zijgevel. Op de begane grond bevinden zich enkele in baksteen gemetselde plantenbakken. Rechts hiervan bevindt zich het trappenhuis dat de dakvlakken doorsnijdt en eindigt in een door een gesloten balustrade omringd uitzichtspunt. De 'toren' heeft aan de achterzijde een uitgemetselde schoorsteen. Het trappehuisgedeelte wordt aan deze zijde belicht door twee smalle lichtspleten met glas-in-loodvulling. Hier bevindt zich ook een tweede ingangspartij, de feitelijke achteringang, die ook toegang tot het halletje geeft. Het INTERIEUR van het woonhuis is geheel intact gebleven. De ruimtes op de begane grond groeperen zich rond een kleine centrale vijfhoekige hal die evenals de hal bij het pand Lingedijk met natuursteen is bekleed. In de kamers bevinden zich houten vloeren, schouwen, inbouwkasten en stalen raampartijen. Alle paneeldeuren zijn bewaard gebleven. In de woonkamer bevindt zich een haardnis met aan weerszijden een oorspronkelijke bedbank. Op diverse plaatsen bevinden zich glas-in-loodramen. Een steektrap met scheluwe treden leidt naar de verdieping. Onder het huis bevinden zich drie kelders.

Waardering

VILLA, gebouwd 1929 door architect A.H. Wegerif.

-\tVan architectuurhistorisch belang als goed voorbeeld van een in hoofdvorm en materiaalgebruik gaaf bewaard gebleven villa uit de jaren twintig van de 20ste eeuw. De toepassing van stalen ramen alsmede de glas-in-loodramen en indeling van het interieur zijn kenmerkend voor de Wrightiaanse stijl waarin de villa is uitgevoerd. Het huis is bovendien van belang vanwege zijn evenwichtige ontwerp met een nadrukkelijke oriëntatie op het zuiden.

-\tVan stedenbouwkundig belang vanwege zijn vrije ligging aan de zuidzijde van de Koppelsedijk temidden van overige villabebouwing bezit het ensemblewaarde. De rond 1930 aangelegde tuin van tuinarchitect Copijn versterkt de monumentale waarde van dit gebouw.

-\tVan cultuurhistorisch belang als voorbeeld van een ontwikkeling van de villabouw in Nederland en als uitdrukking van een sociaal-maatschappelijke ontwikkeling van een nieuwe elite die zich bij voorkeur vestigde buiten stedelijke centra in een fraaie omgeving.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1929
1929
exact

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Expressionisme
invloeden
Interbellum-architectuur
invloeden
Expressionisme
invloeden