Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
524912
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82770/165
Kadastrale aanduiding
Alkmaar E 2977
Krelagestraat 1, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 3, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 5, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 7, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 9, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 11, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 13, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 15, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 17, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 19, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 21, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 23, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 25, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 27, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 29, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 31, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 33, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 35, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 37, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 39, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 41, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 43, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 45, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 47, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 49, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 51, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 53, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 55, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 57, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 59, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 61, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 63, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 65, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 67, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 69, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 71, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 73, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 75, 1815 VJ te Alkmaar
Krelagestraat 77, 1815 VJ te Alkmaar

Omschrijving

Inleiding

BEJAARDENHUIS "Karenhuis" uit 1918-1919 in sobere baksteenarchitectuur met bijbehorende TUINMUREN als erfscheiding aan de Leeghwaterstraat. Opdrachtgever was de Vereniging voor Volkshuisvesting Alkmaar die in 1917 een prijsvraag had uitgeschreven voor een gebouw waar ouderen zelfstandig konden blijven wonen. Dit voor die tijd zeer moderne idee was afkomstig uit Denemarken, waar Karen Petersen, een kennis van één van de oprichters van de vereniging, reeds een dergelijk woongebouw had gerealiseerd. De prijsvraag voor het gebouw werd gewonnen door de architecten J. Duiker (Den Haag 1890 - Amsterdam 1935) en B. Bijvoet (Amsterdam 1889 - na 1970), die hiermee hun eerste opdracht in de wacht sleepten en zich als zelfstandig architecten vestigden in Den Haag. Het in 1920 in gebruik genomen gebouw telde 34 één- en tweekamerwoningen bestemd voor bejaarden uit de lagere sociale klassen. Ieder kreeg een eigen woonruimte gelegen aan één van de brede gangen. Tegen de binnenmuur hiervan waren schouwen aangebracht waar de bewoners zelf konden koken. Per drie bewoners had men de beschikking over één toilet en verder waren er enkele gemeenschappelijke badkamers en tuinen. Modern voor die tijd waren de spouwmuren en betonvloeren die door de N.V. Enkhuizer Betonijzerbouw voorheen A. Last & Zonen werden vervaardigd. Het gebouw is gesitueerd tussen de Krelagestraat, de evenwijdig daaraan lopende Leeghwaterstraat en de Zocherstraat.

Omschrijving

Het twee bouwlagen hoge gebouw bestaat uit een lange vleugel langs de Krelagestraat waartegen aan de achterzijde vier kortere dwarsvleugels zijn opgetrokken. Tussen deze dwarsvleugels drie nagenoeg vierkante gemeenschappelijke tuinen met een laag tuinmuurtje langs de Leeghwaterstraat. Om het bouwterrein zo goed mogelijk te benutten volgt de zuidoostelijke dwarsvleugel onder een knik het schuine verloop van de Zocherstraat. De andere drie dwarsvleugels hebben een rechthoekige plattegrond haaks op de hoofdvleugel. Alle bouwdelen zijn voorzien van schilddaken gedekt met rode Hollandse pannen. Haaks op de nokken van de verschillende daken staan op regelmatige afstand rechthoekige schoorstenen. Het buitenmuurwerk is gemetseld van een goedkope partij slechtgesorteerde machinale baksteen (formaat ca. 18 x 4,5 cm; naast bakstenen in diverse kleurschakeringen komen onder meer groengele mondstenen voor) in Vlaams verband met snijvoeg. De gevels hebben een door een rollaag afgesloten plint van hetzelfde metselwerk en zijn boven de verdiepingsvensters in overstand gemetseld op een omgaande rollaag. In de muren bevinden zich ter ventilatie van de spouw openingen bestaande uit drie paar holle rode dakpannen op hun kant. De opvallende lekdorpels onder de vensters zijn samengesteld uit twee in elkaar grijpende lagen van holle rode dakpannen (de bovenste laag pannen heeft de bolle kant naar boven en wordt ondersteund door de meer terugliggende laag eronder waarvan de pannen de holle kant boven hebben en een halve pan verspringen). Bovenlangs de gevels loopt een omgaande bakgoot op aan de onderzijde afgeschuinde klossen.

De nagenoeg symmetrische voorgevel (NO) springt in het midden in en is daar voorzien van een uitgebouwde hoofdingang. Boven dit terugliggende middendeel is het eveneens terugwijkende dak hoger opgetrokken. Links en rechts van de ingang bevindt zich zowel op de parterre als de verdieping een liggend venster. De voormalige opbaarruimte boven de entree wordt verlicht door een langgerekt liggend venster. In de schuine zijmuren van het terugliggende middendeel bevindt zich beneden en boven een rechthoekig venster. Rechts van het terugliggende middendeel telt de voorgevel zowel op de begane grond als de eerste verdieping een serie van zeventien dicht op elkaar geplaatste vierkante vensters die de achterliggende gangen verlichten. Het linker geveldeel heeft een vergelijkbare vensterindeling, alleen is het direct aan de hoek grenzende linker venster enkele meters gescheiden van de overige zestien vensters, waardoor de symmetrie van de voorgevel wordt doorbroken. De reden hiervoor is dat de gangen zich niet tot aan de zuidoostgevel voortzetten. De voorgevel heeft links en rechts een dakkapel voorzien van gepotdekselde zijkanten, een zadeldak met rode Hollandse pan, en een opgeklampte deur waarin een staand raampje. Boven de deur bevindt zich een hijsbalk.

De geknikte linkerzijgevel (ZO) heeft rechts op de hoek beneden en boven een vierkant venster dat aansluit tegen het linker van de voorgevel. Verder telt deze gevel op beide bouwlagen zes liggende vensters, waarvan er vier verhoogd zijn met een tweedelig bovenlicht. In de rechterzijgevel (NW) zijn zowel vierkante als liggende vensters aangebracht. Tussen deze gevel en het naastgelegen woonhuis Krelagestraat 79 is een zijportaal opgetrokken met een zadeldak van rode Hollandse pannen en in de voor- en achterzijde een deur uit de bouwtijd.

Midden op de gesloten kopse achtergevels (ZW) van de dwarsvleugels staat een rechthoekige schoorsteen. Tussen en in het verlengde van deze gevels zijn lage tuinmuren gemetseld voorzien van dwarsklampen die een staande horizontale plank dragen. Een houten poortje in elk van de drie muurtjes geeft toegang tot de achterliggende tuin. In de gevels rond de drie gemeenschappelijke tuinen zijn liggende vensters toegepast, al dan niet verhoogd met een bovenlicht. Het middendeel van de achtergevel van de hoofdvleugel heeft een driezijdige middenrisaliet onder een vijfzijdig dak dat aansluit tegen het hoofddak. In de schuine zijkanten hiervan is zowel beneden als boven een staand venster aangebracht. De voorzijde van de middenrisaliet heeft een liggend venster en rechts daarvan een vernieuwde deur die toegang geeft tot de achterliggende beheerderswoning. De aan de tuin grenzende gevel (NW) van de dwarsvleugel aan de Zocherstraat is niet vlak, maar heeft een terugliggende linker gevelhelft en een naar voren komende rechter gevelhelft voorzien van een afgeschuinde linker hoek en halverwege een lichte knik (naar buiten). Het linker geveldeel telt beneden en boven vier vierkante vensters als voor. In de afgeschuinde hoek bevindt zich een opgeklampte deur van sponningdelen voorzien van vijf rechthoekige ruiten in kruisvorm, waarboven een met gepotdekselde delen bekleed afdak in de vorm van een schilddak. Dit vormt de overgang naar het smallere afgeschuinde gevelvlak op de eerste verdieping waarin een klein nagenoeg vierkant venster met daarboven getrapt uitkragend metselwerk.

INTERIEUR. Het interieur is nog gedeeltelijk oorspronkelijk en bevat onder meer twee ruime trappenhuizen ter weerszijden van het terugliggende middendeel in de voorgevel. Op de verdiepingsvloer van de trappenhuizen en de tussenliggende gang (met opbaarruimte) liggen ongeglazuurde rode plavuizen met langs de rand gele IJsselsteentjes op hun plat. De wanden van de trappenhuizen zijn onderaan (op de parterre tot 1 meter, op de verdieping tot 88 cm) uitgevoerd in schoon metselwerk van gele verblendsteen en daarboven witgepleisterd. De twee pijlers in beide trappenhuizen hebben een identieke afwerking en lopen boven het schoonmetselwerk naar boven toe taps uit. Tussen de pijlers op de verdieping bevinden zich houten hekken van afwisselend horizontale latten (5 cm breed) en brede horizontale delen (19 cm breed). De leuningen van de bordestrappen zijn samengesteld uit vertikale delen (14 cm breed). De ruime zolder is vanuit de hoofdvleugel bereikbaar via drie nog oorspronkelijke trappen en voorzien van een beschoten gordingenkap.

Waardering

Het "Karenhuis" uit 1918-19 met bijbehorend interieur en met de tuinmuren is van algemeen belang vanwege de cultuur-, architectuurhistorische en typologische waarde als vroeg voorbeeld van een "modern" bejaardenhuis voor zelfstandige bewoning, als één van de eerste ontwerpen van de architectencombinatie Duiker en Bijvoet opgetrokken in een doelmatige baksteenarchitectuur.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Cultuur, gezondheid en wetenschap Sociale zorg, liefdadigheid Bejaardentehuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1918
1919
exact

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Interbellum-architectuur
invloeden
ambachtelijk-traditionele bouwtrant
invloeden

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Duiker, J. ; Noord-Holland
architect / bouwkundige / constructeur
Bijvoet, B. ; Noord-Holland
architect / bouwkundige / constructeur
NV Enkh betonijzerbouw vh A Last&zn ; Noord-Holland
aannemer / uitvoerder
Ver voor Volkshuisvesting Alkmaar ; Noord-Holland
opdrachtgever