Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
525320
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82912/194
Kadastrale aanduiding
Delft C 4645
Delft C 4646
Oude Delft 137, 2611 BE te Delft

Omschrijving

Inleiding

In 1892, in opdracht van advocaat W.F. van der Mandele, als WOONHUIS gebouwd pand. Het betreft een monumentaal herenhuis, dat is gebouwd op de plaats waar vroeger het huis 'De Vergulde Meebael' stond. Een oude gevelsteen in de doorgang naar achteren herinnert nog aan dit huis. Het naar een ontwerp van de architect G. v.d. Kaaden in de stijl van de Neo-Hollandse Renaissance gebouwde huis had van 1926 tot 1968 de functie van weeshuis voor jongens, die daarvoor waren gehuisvest in het voormalige weeshuis aan het Koningsplein 83. Sindsdien staat het huis bekend als het 'Jongenshuis'. Het huis verloor in 1968 de functie van weeshuis en is sindsdien in gebruik als bestuurskantoor van de gemeente Delft. In 1986 zijn de twee rechter vensterassen doorgebroken om een doorgang naar achteren te forceren. Het herenhuis maakt deel uit van een gesloten gevelwand in het beschermde stadsgezicht van Delft. Het wordt vergezeld door een in Chaletstijl in vakwerk gebouwd tuinhuisje, dat in hetzelfde jaar is gebouwd als het huis, maar buiten de bescherming van rijkswege valt.

Omschrijving

Vanuit een L-vormige plattegrond opgetrokken woonhuis met twee verdiepingen onder een met leien in Maasdekking gedekt, afgeknot schilddak met een geprofileerde zinken bovenrand. Het huis had oorspronkelijk een symmetrisch vooraanzicht dat echter is verstoord door doorbreken van de twee rechter vensterassen op de begane grond.

Het vijf vensterassen brede huis heeft een hardstenen stoep en is opgetrokken in schone baksteen met accenten en details van zandsteen en hardsteen. Het pand heeft een middenrisaliet, die wordt bekroond door een opgemetselde dakkapel. De hoeken van de gevel en de risaliet worden geaccentueerd door zandstenen hoekblokken met diamantkoppen. De rechtgesloten vensters zijn voorzien van vlakke zandstenen hoekblokken. Boven de penanten van de begane grond en de eerste verdieping zijn decoratieve muurankers van smeedijzer aangebracht. De begane grond heeft een hardstenen plint, een boven een eveneens van hardsteen vervaardigde trap naar de deur, met links ervan twee vensters en rechts ervan de twee doorgebroken gevelopeningen. De centraal in de gevel staande voordeur is de oorspronkelijke, fraai bewerkte houten deur, die rijk is versierd met snijwerk en ramen, waarvan de grotere in het midden achter decoratieve smeedijzeren raamroosters staan en de kleinere erboven zijn voorzien van rondbogen. De deur staat vrij diep in de gevel en heeft een omlijsting van zandsteen met aan weerszijden een gecanneleerde pilaster met renaissance motieven en een Ionisch kapiteel, die wordt bekroond door een maskeron. Op de maskerons ligt een geprofileerde kroonlijst. De dagkanten van de deuromlijsting zijn versierd met renaissance motieven. De deur staat onder een aediculavormig bovenlicht met voluten en door pilasters gedragen fronton met een gebeeldhouwde cherub in het timpaan. De twee vensters links van de risaliet zijn voorzien van bovenramen met gebrandschilderd glas-in-lood en staan onder een geprofileerd kroonlijstje en hanenkammen met diamantkoppen en een gebeeldhouwd kopje in de sluitstenen. De doorgangsopeningen rechts van de deur staan onder identieke hanenkammen. De cordonlijst tussen de begane grond en de eerste verdieping is samengesteld uit een dunne, geprofileerde onderlijst en een tevens als vensterdorpel fungerende bovenlijst. De lijsten worden onder meer met elkaar verbonden door stenen met trigliefen. De vijf vensters op de verdieping bevatten T-ramen en staan onder dunne kroonlijsten en segmentboogvormige ontlastingsbogen met sluit- en aanzetstenen en decoratieve invullingen van de boogtrommels. De cordonlijst tussen de beide verdiepingen fungeert eveneens als onderdorpel. De vierkante vensters met bewerkte middenstijl in tweeruits raam staan ook hier onder segmentboogvormige ontlastingsbogen en zijn voorzien van Franse balkonnetjes van smeedijzer. De gevel wordt beëindigd door een dunne profiellijst die door middel van een reeks kleine consoles met renaissance motieven is verbonden met een uitkragende, geprofileerde kroonlijst. Uit het midden van het dakschild hierboven steekt een gemetselde dakkapel met klauwstukken, een rechtgesloten vensters met twee door een deelzuiltje gescheiden rondboogramen onder een profiellijst en segmentboog met gebeeldhouwd kopje in de sluitsteen en een geprofileerde, op maskerons rustende kroonlijst. Hierboven staat een tuitvormige bekroning met voluten, de vermelding van het bouwjaar en een fronton. Aan weerszijden van de grote dakkapel staat een kleine houten dakkapel, waarvan zowel de wangen als het spitsje met leien zijn bekleed en het raam in een bewerkte omlijsting staat.

De hoger opgetrokken achterzijde is voor een deel aan het gezicht onttrokken door een grote moderne aanbouw. Rechts van de aanbouw bevindt zich op de begane grond een groot venster. De verdieping hierboven bevat vier onder segmentbogen staande vensters met smeedijzeren sierankers boven de penanten. De verdieping van de terugliggende gevelpartij bevat een groot venster met samengesteld raam onder een gedrukte ellipsboog. Alle vensters op de tweede verdieping hebben een korfboogvormige bovenkant en staan onder een gevelbeëindiging van een dunne profiellijst die door middel van een reeks kleine consoles is verbonden met een uitkragende, geprofileerde kroonlijst. Uit de dakschilden hierboven steken moderne dakkapelen.

Het inwendige van het huis bevat nog een belangrijk deel van het oorspronkelijke interieur in de vorm van stucversieringen, beeldhouw- en snijwerk, marmeren vloeren en lambrizeringen en glas-in-lood. Het ingangsportaal heeft een marmeren vloer, paneellambrizeringen en rijkelijk met lijstwerk, bogen, cassetten en decoraties van stucwerk, versierde wanden en plafond. De wanden worden vertikaal geleed door gecanneleerde pilasters en horizontaal geleed door op de pilasters verkropte lijsten. Tussen het portaal en de gang bevindt zich een wand die bestaat uit een glasdeur met zijlichten en met kleurrijk glas-in-lood ingevulde bovenlichten. De gangen achter deze deur zijn eveneens voorzien van een met marmer bedekte vloer, marmeren lambrizeringen, en wanden en een plafond met geprofileerde stuclijsten en stuc- decoraties. De deuren zijn eikenhouten paneeldeuren met geprofileerde omlijsting onder een geprofileerde kroonlijst. Het stucplafond van de zich direct linksachter de portaaldeur bevindende kamer is versierd met profiellijsten.

De gang heeft twee korfboogvormige doorgangen naar links die respectievelijk voeren naar een trap en naar het achterste deel van het pand. De boog van de doorgang naar de trap rust op een gecanneleerde pilaster met renaissance motieven. De achterste doorgangsboog rust op consoles met renaissance motieven. De naar achteren voerende gang bevat een marmeren waterbekken met een koperen kraantje. De gang met de trap heeft aan weerszijden van het smalle gedeelte rechts naast de trap een deur die is voorzien van een dubbel rondboograam. De tweedelige steektrap met marmeren aantrede en tussenbordes heeft trappalen, een paneellambrizering met geprofileerde handlijst aan de wand en trapbalustrades met gedraaide houten spijlen aan de andere kant van de trap. De wanden zijn boven de lambrizering voorzien van gestucte profiellijsten. De verdieping heeft een gang met een houten vloer, eikenhouten paneeldeuren en een stucplafond met profiellijsten. Enkele vertrekken zijn eveneens nog in het bezit van de oorspronkelijke stucplafonds. De trap naar de tweede verdieping is vergelijkbaar met die naar de eerste en begint onder een korfboog die rust op consoles met renaissance motieven. De tweede verdieping is ingrijpend gewijzigd onder meer door verlaagde plafonds in de diverse vetrekken. Het trappenhuis staat onder een gewelfd stucplafond met profiellijsten. De trap naar de ruimtes onder de kap is modern.

Waardering

Het voormalige herenhuis ('Jongenshuis') is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische, de architectuurhistorische en de stedenbouwkundige waarde.

Het Jongenshuis heeft cultuurhistorische waarde als een bijzondere uitdrukking van representatieve woonhuisarchitectuur voor de gegoede burgerij en vanwege de latere functie als weeshuis.

Het huis heeft architectuurhistorische waarde als een bijzondere uitdrukking van een bouwstijl, die karakteristiek was voor de bouwtijd, vanwege de bijzondere detaillering en materiaalgebruik en vanwege de samenhang tussen exterieur en interieur.

Het pand heeft ensemblewaarde en stedenbouwkundige waarde vanwege de bijzondere situering, vanwege de samenhang met het er achter liggende tuinhuis en als een bijzonder onderdeel van een gesloten gevelwand in een belangrijk deel van het beschermde stadsgezicht van Delft.

Het gebouw is ook van belang vanwege de herkenbaarheid en de grote mate van gaafheid van het exterieur en belangrijke delen van het interieur.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1892
1892
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Herenhuis

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Neo-Renaissance
stijlzuiver

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
van de Kaaden, G. ; Drenthe
architect / bouwkundige / constructeur