Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
525535
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82666/103
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Echt M 2315
Echt M 1332
Plats 1 D, Echt
Plats 1 C, 6101 AP te Echt
Plats 1 A, 6101 AP te Echt
Plats 1 B, 6101 AP te Echt
Plats 1, 6101 AP te Echt

Omschrijving

Inleiding.

GEMEENTEHUIS met Openbare lagere SCHOOL en ONDERWIJZERSWONING gebouwd in Neo-Renaissancestijl naar ontwerp van de architecten Joh. Kayser uit Venlo en Jean Speetjens in de jaren 1887-1888. Het pand verving een ouder pand met dezelfde functie, waarvan de kelder bewaard bleef in de nieuwbouw. Het hoekpand is gelegen op een perceel tussen Vrijthof en de Plats in het centrum van Echt en speelt hier vanwege de prominente ligging en de opvallende vormgeving een belangrijke rol in diverse zichtassen. De oorspronkelijke gecombineerde functie van het pand is o.a. herkenbaar aan de drie verschillend vormgegeven ingangspartijen en voorts kenmerkt het gebouw zich door een uitbundige gevelversiering. Na enkele wijzigingen in de jaren dertig en vijftig van de twintigste eeuw is in 1981 het pand ingrijpend verbouwd en is op de plaats van de voormalige klaslokalen op de begane grond, en de achter de school aanwezige ommuurde speelplaats een bibliotheek gerealiseerd. De voormalige waskeuken is hierbij tot inpandig trafohuisje verbouwd.

Omschrijving.

Het blokvormige, gedeeltelijk onderkelderde GEMEENTEHUIS is gebouwd op een rechthoekige plattegrond met een afgeschuinde zuidwestelijke hoek. Over de hele eerste bouwlaag bevindt zich aan de achterzijde de in 1981 gerealiseerde uitbouw. Het pand telt twee volledige bouwlagen en een zolderverdieping en wordt gedekt door een schilddak voorzien van een licht geknikt plat met zinken roevendekking. De schilden zijn belegd met gesmoorde kruispannen, de drie aanwezige topgevels hebben leigedekte aangekapte zadeldaken. Langs achtergevel en rechter zijgevel loopt een bakgoot. In voorschild, achterschild en rechter zijschild bevinden zich eenvoudige gemetselde schoorstenen. Het pand is opgetrokken in baksteen in kruisverband, waarbij de voorgevel en linker zijgevel rijk gedecoreerd zijn met neorenaissance elementen in Savonnière steen en blauwe hardsteen. Beide gevels zijn voorzien van een lage plint van natuurstenen blokken met een gebouchardeerd oppervlak. Ter hoogte van de wissel- en bovendorpels van de vensters lopen witte sierbanden en voorts zijn de gevels geleed door hardstenen waterlijsten en een cordonlijst. De gevel wordt afgesloten door een soort attiek waarin zich boven elke vensteras een cirkelvormig casement bevindt. Deze attiek wordt met een hardstenen lijst afgedekt. De gevelhoeken, ook van de topgevels en risalieten zijn voorzien van natuurstenen hoekblokjes en tussen de vensters bevinden zich sierankers. De vensters in de voorgevel en linker zijgevel bestaan uit grote kruiskozijnen in blauwe hardsteen, met een extra tussendorpel in het bovenraam. Deze kozijnen hebben houten, deels vernieuwde en hier en daar van dubbel glas voorziene ramen. De bogen boven vensters en deuren in de eerste bouwlaag zijn uitgevoerd in profielsteen, met een buitenste steenrode boog op hardstenen consoles rust. De ontlastingsbogen zijn voorzien van natuurstenen blokjes en de boogtrommels zijn gevuld met eenvoudig siermetselwerk. De vensters op de verdieping worden evenals die in de topgevels bekroond door timpanen met schelpvulling, die gevat zijn in een in baksteen gemetselde korfboog voorzien van natuurstenen boogsteentjes. In de achtergevel zijn eenvoudige houten vensters gebruikt. De VOORGEVEL aan de Plats heeft een vijf vensterassen tellend rechter gedeelte waarvan de licht uitspringende centrale travee wordt benadrukt een topgevel. De vijf assen bevatten in de eerste en tweede bouwlaag natuurstenen kruisvensters zoals boven beschreven. In de eerste bouwlaag van de middenas bevindt zich de entree naar de voormalige school, met drie hardstenen treden. De dubbele paneeldeur ligt in een ondiep portiek, met geprofileerde natuurstenen dagkanten. De vrij gedrukte deuropening wordt van het ongeveer even hoge bovenlicht gescheiden door een geprofileerde natuurstenen latei op hoekconsoles. Het bovenlicht met eenvoudig glas-in-lood is zesruits, voorzien van geprofileerde stijlen en regels en wordt afgesloten door een gemetselde boog zoals elders, met in de boogtrommel een gebeeldhouwd timpaan met voorstelling. In de attiekzone bevindt zich onder de topgevel een geornamenteerd natuurstenen vlak. De bakstenen topgevel heeft een natuurstenen kruiskozijntje en is gedekt door een fronton op pilasters en geflankeerd door klauwstukken. Het hoekrisaliet links wordt afgesloten door een trapgevel en bevat een afgeschuinde hoek met hierin de rijk geornamenteerde entreepartij naar het voormalige bestuursgedeelte. In de eerste bouwlaag leiden drie hardstenen treden naar een dubbele paneeldeur, voorzien van ruiten en afgesloten door frontons. De deur heeft een bovenlicht en het geheel is gevat binnen een hardstenen rondboogomlijsting met diamantkoppen. De sluitsteen in de vorm van een leeuwenkop draagt tevens de middelste console van het balkon op de verdieping. De deur wordt geflankeerd door gecanneleerde zuilen. Deze zuilen, op rechthoekige basementen en afgesloten met composiet kapitelen, dragen de twee buitenste consoles van het balkon. De consoles zijn bewerkt met grillige florale motieven. Het balkon heeft een stenen borstwering met balusters aan de voorzijde en gesloten zijden voorzien van geometrische motieven. De grote dubbele paneeldeuren van het balkon worden geflankeerd door slanke gecanneleerde zuilen en het balkon wordt afgesloten door natuurstenen draperieën, voorzien van grillige plantenmotieven en maskers. Boven het baldakijn wordt de afgeschuinde hoekpartij weer gesloten door middel van een hoofdgestel. Hierboven is een gevelsteen in de hoek ingemetseld met het wapen van het Koninkrijk der Nederlanden. Links van deze entreepartij heeft het hoekrisaliet in de eerste bouwlaag een smal natuurstenen venster met rechts ervan de entreepartij naar de voormalige onderwijzerswoning. Deze heeft dubbele paneeldeuren voorzien van ruiten en gebogen frontons. De entree bezit twee bovenlichten, één met hout dichtgezet bovenlicht binnen de rondboogomlijsting van de deur en een tweede erboven, op een waterdorpel op consoles. Dit driedelig bovenlicht is voorzien van klauwstukken en wordt bekroond door een rondboog zoals boven beschreven op dezelfde hoogte als de rondbogen van de overige ramen in deze bouwlaag. Op de verdieping bevindt zich een smal venster en rechts ervan een kruisvenster zoals boven beschreven. De afsluitende trapgevel heeft hardstenen deklijsten op de trappen en wordt bekroond door een toppilaster. In het midden bevindt zich een hardstenen kruiskozijn bekroond door een timpaan en een rondboog met boogsteentjes. Het raam wordt geflankeerd door cirkelvormige motieven.

De LINKER ZIJGEVEL van het hoekrisaliet wordt afgesloten met een topgevel haaks op die van de voorgevel. In de eerste bouwlaag van het risaliet bevindt zich rechts een smal natuurstenen venster en links een kruisvenster waarvan de onderdorpel op de plint rust. Dit venster heeft ingehakte gestileerde rozetten op de kruisingen van wisseldorpels en tussenstijl. In de tweede bouwlaag bevindt zich een smal venster en een kruisvenster zoals voornoemd. De opzet van de trapgevel is vergelijkbaar met die in de voorgevel. Het gedeelte links van het risaliet bevat in de eerste bouwlaag twee hoge kruisvensters met een extra tussendorpel in het onderraam en een gestileerd rozet in de kruising van tussenstijl en wisseldorpel. De onderdorpels rusten weer op de plint. Links van deze grote ramen nog een klein, hoog in de bouwlaag geplaatst venster. De tweede bouwlaag bevat twee kruiskozijnen zoals beschreven. Boven de uitbouw van de bibliotheek zijn in de sober opgezette ACHTERGEVEL nog resten van de vensters van de eerste bouwlaag zichtbaar. Rechts bevinden zich twee kleine stolpramen onder tweeruits segmentboogvormig afgesloten bovenlichten, afgesloten met een rollaag. Hierboven in de tweede bouwlaag twee identieke vensters. Links in de tweede bouwlaag vijf grotere rechthoekige vierruits schuiframen onder tweeruits bovenlichten. Deze vensters worden afgesloten met een gemetselde rondboog met een sober ingevulde boogtrommel. Onder de goot bevindt zich een eenvoudige tandlijst. De RECHTER ZIJGEVEL steekt slechts gedeeltelijk buiten het belendende pand uit en is zeer sober opgezet, voorzien van een uitgemetseld rookkanaal en afgesloten door een eenvoudige tandlijst onder de goot. De indeling en structuur van het INTERIEUR is ten gevolge van de diverse verbouwingen op onderdelen ingrijpend gewijzigd, maar de oorspronkelijke indeling en functie van het pand weerspiegelt zich onder meer nog goed in de drie bewaard gebleven entrees. Elke entree leidt naar een gang met trappenhuis dat toegang geeft tot de betreffende afdeling. De gangen zijn belegd met oorspronkelijke plavuizen, de drie trappartijen (steektrap en twee bordestrappen) uitgevoerd in o.a. eikenhout. In het pand zijn voorts nog op verschillende plaatsen paneeldeuren met bijbehorende oorspronkelijke kozijnen bewaard gebleven. De kelder die zich onder het voormalige woonhuis bevindt is afgedekt met een tongewelf en heeft een gemetselde toegangstrap.

Waardering.

Het voormalige GEMEENTEHUIS van Echt met openbare lagere school en onderwijzerswoning vertegenwoordigt algemeen belang en bezit cultuurhistorische waarde vanwege de combinatie van diverse functies in een gebouw waardoor het een bijzondere uitdrukking is van een bestuurlijke en typologische ontwikkeling. De architectuurhistorische waarden worden bepaald door het belang van het pand voor de bovenregionale geschiedenis van de architectuur en het oeuvre van de architect Johannes Kayser. Verder vanwege de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp, zowel wat de gevelindeling betreft als de functionele ruimteverdeling en tenslotte vanwege het bijzondere materiaalgebruik en de rijke neorenaissance ornamentiek. Het gebouw bezit ensemblewaarden door de markante en beeldbepalende situering in het centrum van Echt. Tenslotte is het pand van belang vanwege de architectonische gaafheid van het exterieur en de architectuurhistorische en typologische zeldzaamheid.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Bestuursgebouwen, rechtsgebouwen en overheidsgebouwen Bestuursgebouw en onderdl Stadhuis
Nee Cultuur, gezondheid en wetenschap Onderwijs en wetenschap Schoolgebouw
Nee Woningen en woningbouwcomplexen Dienstwoning(K) Onderwijzerswoning

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1887
1888
globaal

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Neo-Renaissance
stijlzuiver

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Kayser, Johannes ; Limburg
architect / bouwkundige / constructeur
Speetjens ; Limburg
architect / bouwkundige / constructeur