Omschrijving onderdeel 2: HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG.

De buitenplaats is te onderscheiden in de huisplaats met achter het huis een kleinschalige aanleg in landschapsstijl en een overtuin met zichtas (servituut) naar De Leede. Deze indeling is in 1865 tot stand gekomen. Oorspronkelijk stond het huis in de huidige overtuin, eveneens met vrij zicht over De Leede, en lagen achter het oude huis de nutstuinen, waaraan thans de tuinmuur herinnert, en daarachter het parkbos (zie Topografische Militaire Kaart 1914), dat plaats heeft moeten maken voor woningen en tuinbouw. Vóór het huis aan de straatzijde liggen een tot rechthoekige vijver (aan één zijde gebogen) vergraven sloot, een grasstrook en een brede oprit. Rond 1934 werd tussen de oprit en de grasstrook een bakstenen keermuur met trapje gemetseld, aan weerszijden van de trap werden tuinvazen geplaatst afkomstig van het balkon van het hoofdgebouw en waarschijnlijk zijn toen ook de rododendrons aan weerszijden aangeplant. Op oude foto's uit het einde van de 19e en begin 20e eeuw is te zien dat de aanleg voor het huis zich beperkte tot de vergraven sloot, een smalle grasstrook met perk en de oprit. Achter het huis een gazon met solitairen (waaronder een moerascipres), aan de noordwestzijde begrensd door een opgeworpen wal; rechts van het huis een tot slingerende vijver vergraven sloot; in de noordoosthoek staan een oranjerie en een oude vervallen kas; links van het huis een tennisbaan van gravel uit 1934, daarachter een stookhuisje en enkele vervallen kassen. In de overtuin een gazon met rondgaand pad (zie ook oude foto's) en enkele bomen uit ca.1820 (plataan, beuk en kastanje). Op de zichtas rust een servituut uit 1910.

Waardering

De HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG is van algemeen belang:

- vanwege de ouderdom;

- vanwege de kleinschalige aanleg in landschapsstijl;

- vanwege de eenheid van huis en overtuin met vrij doorzicht naar De Leede;

- vanwege de functioneel-ruimtelijke samenhang met de andere onderdelen van de buitenplaats.