Inleiding

Gebouw 16 ligt vrijstaand in een brinkachtige omgeving, ruwweg tussen de nummers 15 en 21, en schuin tegenover nummer 15, aan de westzijde van de westelijke noord-zuid lopende weg op Groot-Heidekamp. De daknok is van noord naar zuid gericht en loopt evenwijdig met de weg. Gebouw 16 is een in 1940-1941 als 'Regelbau' tot stand gekomen legeringsbarak en is op macroniveau onderdeel van een grote militaire vliegveldstructuur uit de jaren 1940-1945, op mesoniveau van een ijl complex van deels in lineair en deels in brinkdorpachtig verband geplaatste gebouwen, en hierbinnen op microniveau van een reeks in los lineair verband gepositioneerde panden.

Omschrijving

Eenlaagse, relatief grote, met ca. 50 cm dik buitenmuurwerk en ten dele met kruipruimte uitgevoerde bakstenen LEGERINGSBARAK op rechthoekige plattegrond en gedekt door een met gegolfde pannen belegd zadeldak tussen puntgevels, met in de nok en in het westelijk dakschild elk twee bakstenen schoorstenen en in het oostelijk dakschild één schoorsteen. In de noordelijke kopgevel / hoofdgevel links een toegangsopening onder hanenkam, met twee treden, voorzien van een lattendeur en een in vieren verdeeld bovenlicht. Rechts hiervan twee vensteropeningen onder rollaag en met betonnen kalf, waarin boven vierruits valramen en onder dubbele houten naar binnen openende tweeruits draairamen, beneden het kalf voorzien van plaatstalen luiken met groen en wit geschilderd zandlopermotief. Op zolderverdiepingniveau twee kleine rechthoekige vensters met vierruitsverdeling. Zuidelijke kopgevel symmetrisch met links en rechts een vensteropening onder hanenkam en met betonnen kalf, waarin boven vierruits valramen en onder dubbele houten naar binnen openende tweeruits draairamen, beneden het kalf voorzien van plaatstalen luiken met groen en wit geschilderd zandlopermotief, en centraal in de gevel een dichtgemetselde toegangsopening. Op zolderverdiepingniveau twee kleine vensters met ramen in vierruitsverdeling. In oostelijke langsgevel twee maal drie en in westelijke drie maal twee vensteropeningen met betonnen kalf, waarin boven vierruits valramen en onder dubbele houten naar binnen openende tweeruits draairamen, beneden het kalf voorzien van plaatstalen luiken met groen en wit geschilderd zandlopermotief. Windveren; mastgoten. Het interieur is grotendeels gemoderniseerd.

Waardering

LEGERINGSBARAK, van algemeen belang als goed herkenbaar onderdeel van een uit de Tweede Wereldoorlog stammend en door de Duitse bezetter als onderdeel van een groot militair vliegveld opgezet legerkamp, vanwege: architectuurhistorische, stedenbouwkundige, krijgs- en cultuurhistorische en complex- en ensemblewaarden, die onder meer kunnen blijken uit de op locale vormen geïnspireerde traditionalistische bouwtrant, uit de voor de bouwtijd kenmerkende onderdelen en details, uit de kunstmatig opgezette brinkdorpstructuur en de tot in detaillering doorgevoerde camouflage, uit de samenhang van en met het totale militaire vliegveldconcept en de ruimtelijke hoofdlijnen en onderdelen van het kampement, en uit de onderlinge verwantschap van de hierbij toegepaste vormen.