Inleiding

Gebouw 37 ligt vrijstaand in een dorpsbrinkachtig plantsoen, globaal tussen de nummers 36, 38 en 57, tegenover een bluswaterbunker, aan de noordzijde van een naar het noordoosten gerichte, iets gebogen weg op Groot-Heidekamp. De daknok staat haaks op de weg en is van noordnoordwest naar zuidzuidoost gericht. Gebouw 37 is een in 1940-1941 als 'Regelbau' tot stand gekomen legeringsbarak en is op macroniveau onderdeel van een grote militaire vliegveldstructuur uit de jaren 1940-1945, op mesoniveau van een ijl complex van deels in lineair en deels in brinkdorpachtig verband geplaatste gebouwen, en hierbinnen op microniveau van een reeks in een los lineair verband gepositioneerde panden.

Omschrijving

Eenlaagse, relatief grote, met ca. 50 cm dik buitenmuurwerk en ten dele met kruipruimte uitgevoerde bakstenen LEGERINGSBARAK op rechthoekige plattegrond en gedekt door een onderin iets uitgezwenkt, met gegolfde rode verbeterde holle (Hollandse) pannen belegd zadeldak tussen puntgevels, met in beide dakschilden een bakstenen schoorsteen. In de zuidoostelijke kopgevel / hoofdgevel een gewijzigde toegangsopening onder rollaag, met twee treden, voorzien van een moderne glasdeur en dito ramen. Links hiervan een vensteropening onder rollaag en met betonnen kalf, waarin boven vierruits valramen en onder dubbele houten naar binnen openende tweeruits draairamen, beneden het kalf voorzien van plaatstalen luiken met groen en wit geschilderd zandlopermotief, en rechts een later dichtgemetseld venster. Op zolderverdiepingniveau twee kleine rechthoekige vensters met ramen met vierruitsverdeling, beide onder rollaag. Noordwestelijke kopgevel symmetrisch, met op begane grond drie vensteropeningen onder rollaag en met betonnen kalf, waarin boven vierruits valramen en onder dubbele houten naar binnen openende tweeruits draairamen, beneden het kalf voorzien van plaatstalen luiken met groen en wit geschilderd zandlopermotief; blijkens bouwsporen is de middelste in plaats gekomen van een eerdere toegangsopening. Relatief recent aangebrachte metalen laddertrap naar zolderverdiepingniveau, alwaar geen toegangsopening, maar twee kleine vensteropeningen met vierruits ramen. In zuidwestelijke en noordoostelijke langsgevel respectievelijk drie maal twee en twee maal drie vensteropeningen met betonnen kalf, waarin boven vierruits valramen en onder dubbele houten naar binnen openende tweeruits draairamen, beneden het kalf voorzien van plaatstalen luiken met groen en wit geschilderd zandlopermotief. Wit geschilderde windveren; bakgoten. Het interieur is grotendeels gemoderniseerd.

Waardering

LEGERINGSBARAK, van algemeen belang als goed herkenbaar onderdeel van een uit de Tweede Wereldoorlog stammend en door de Duitse bezetter als onderdeel van een groot militair vliegveld opgezet legerkamp, vanwege: architectuurhistorische, stedenbouwkundige, krijgs- en cultuurhistorische en complex- en ensemblewaarden, die onder meer kunnen blijken uit de op locale vormen geïnspireerde traditionalistische bouwtrant, uit de voor de bouwtijd kenmerkende onderdelen en details, uit de kunstmatig opgezette brinkdorpstructuur en de tot in detaillering doorgevoerde camouflage, uit de samenhang van en met het totale militaire vliegveldconcept en de ruimtelijke hoofdlijnen en onderdelen van het kampement, en uit de onderlinge verwantschap van de hierbij toegepaste vormen.