Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
530135
Complexnummer
530133 - De Paauw
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82895/132
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Wassenaar F 10020
Wassenaar F 10183
Wassenaar F 10455
Wassenaar F 10457
Wassenaar F 10728
Wassenaar F 10757
Wassenaar F 10761
Wassenaar F 10826
Wassenaar F 11276
Wassenaar F 11277
Wassenaar F 7142
Wassenaar F 9222
Wassenaar F 9551
Wassenaar F 11203
Wassenaar F 11204
Wassenaar F 11334
Wassenaar F 11335
Wassenaar F 11285
Wassenaar F 11386
Wassenaar F 9243
Wassenaar F 10837
Wassenaar F 586
Wassenaar F 10825
Wassenaar F 9535
Wassenaar F 5379
Wassenaar F 10758
Wassenaar F 10911
Wassenaar F 9540
Wassenaar F 4893
Wassenaar F 7143
Wassenaar F 11254
Wassenaar F 11023
Wassenaar F 9542
Wassenaar F 9543
Wassenaar F 10019
Wassenaar F 9544
BY Raadhuislaan 22, Wassenaar

Omschrijving

onderdeel 2

De HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG behorend bij de historische buitenplaats De Paauw. De oudste situatie van de aanleg is te zien op kaarten uit 1647 en 1746 waarop een stelsel van waterlopen en rechthoekige tuinen zichtbaar is. De overdrachtsakte uit 1738 noemt het huis met 'stallinge, coetshuys, orangerie, moestuinen, boomgaarden, bossen ende plantagiën'. Het huis stond binnen een carré van bomen. Enkele linden om het huis dateren nog uit deze periode. De huidige 19de-eeuwse parkaanleg wordt gekarakteriseerd door de open parkweide voor het huis, de in een ruime curve verlopende met gele IJsselklinkers bestrate toegangslaan (sinds 1912 over Pauwhof), de slingerende vijverpartij achter het huis en het parkbos. Een deel van de formele structuur van het park bleef bij de verlandschappelijking bewaard, in de vorm van een aantal waterlopen (westzijde) en vaarsloot (oostzijde) en de beuken ten zuiden van het hoofdgebouw. Bijzondere elementen in het park worden gevormd door de ommuurde moestuin, de Prinsessetuin en de tuinornamenten. De tuinarchitecten J.D. Zocher sr. en jr., C.E.A. Petzold en de architect H.H.A. Wentzel zijn betrokken geweest bij het parkontwerp en de stoffering met tuinornamenten, bruggen en dienstwoningen. De tuinarchitect J. Otto was betrokken bij de renovatie van de Prinsessetuin in 1951.

Parkweide en toegangslaan Een indruk van deze aanleg biedt het Kadastraal Minuutplan uit 1822 en de kaart van Noorda uit 1839. De thans nog aanwezige grote waterpartij in landschapsstijl werd aangelegd en lijkt dan tot ongeveer ter hoogte van de moestuin te zijn uitgegraven. In deze lob lag een boerderij. Aan de noordzijde in het dan nog niet uitgegraven deel van de vijver bevond zich volgens de kaart in het veld een veel kleinere vijverpartij met vier eilandjes. Laatstgenoemde kleinere vijver kan aan Zocher sr. worden toegeschreven en werd door latere aanpassingen in het plan van Zocher jr. deels vergraven en toegevoegd aan de grote vijverpartij. Het park dateert in zijn huidige aanzien van voor 1822 (Kadastraal Minuutplan). Omstreeks 1800 kwam de eerste landschappelijke aanleg op De Paauw en Raaphorst tot stand, die wordt toegeschreven aan J.D. Zocher sr. De voorzijde van het huis, tussen huis en Rijksstraatweg, was tot in 1839 nog grotendeels bebost (zie kaart Noorda, 1839). Dit deel aan de voorzijde werd doorsneden door slingerpaden (Kadastraal Minuutplan), waaronder een in curven verlopende oprijlaan van de Rijksstraatweg naar het huis. Op de kaart met de landerijen van Z.K.H. Prins Frederik van J. Kros uit 1854 is goed te zien dat aan de voorzijde van het huis de huidige open parkweide met aan weerszijden golvende parkbosranden is aangelegd. Dit is zeer waarschijnlijk naar ontwerp van Zocher jr., die eveneens aan de aanleg van Raaphorst werkte. Hierdoor kwam een sterke visuele verbinding tot stand tussen De Paauw en de aan de overzijde van de Rijksstraatweg gelegen buitenplaats Raaphorst. Raaphorst behoorde ook tot de bezittingen van Prins Frederik. Uit deze tijd dateert de huidige oprijlaan, die deels nog van de oorspronkelijke klinkerbestrating van gele IJsselsteentjes is voorzien en die verloopt over het deel van het park dat thans onder de Pauwhof valt. De laan wordt gemarkeerd door een dienstwoning met toegangshek en een brug. De invulling van de parkweide met een golvende beplanting begeleid door rododendrons en ingericht met boomgroepen (eiken en beuken) en solitairen (in verschillende kleuren onder meer rode beuk) bood een afwisselend doorzicht in het park van Raaphorst. In 1854 borduurde landschapsarchitect Petzold verder door op deze inrichting (thans verschraald, maar wel herkenbaar). Petzold verlengde ook de in een ruime curve verlopende noordelijke toegangslaan, waarvan het begin aan de Rijksstraatweg door de Koepel annex Dienstwoning (onderdeel 11) wordt gemarkeerd (de laan ligt thans in een villawijk). Deze laan met klinkerverharding maakt deel uit van een door Petzold vormgegeven wandeling, de zogenoemde Umfahrungsweg, over de bezittingen van Prins Frederik te weten de vijf buitenplaatsen De Paauw, Raaphorst, Ter Horst, Eikenhorst, Backershagen en Groot Haesebroek (zie kaart Kros 1854).

Vijverpartij en parkbos Achter het huis ligt een brede, ruim slingerende vijverpartij gestoffeerd met enkele beeldbepalende solitaire bomen en verder omringd door het parkbos. Direct achter het huis staat een oude plataan als markant element en op de overgang naar het achterliggende parkbos. Door het park lopen enkele slingerende paden, deels met een laanbeplanting. De vijverpartij is in oorsprong tot stand gekomen bij de eerste verlandschappelijking van de aanleg omstreeks 1800, die wordt toegeschreven aan J.D. Zocher sr. Deze eerste aanzet van een landschappelijke vijver lijkt dan tot ongeveer ter hoogte van de moestuin te zijn uitgegraven (Kadastrale Minuut 1822). Aan de noordzijde in het dan nog niet uitgegraven deel van de vijver bevindt zich volgens de kaart in het veld een veel kleinere vijverpartij met 4 eilandjes. Dit verdween door de uitvoering van een veel grotere vijverpartij naar ontwerp van Zocher jr. Vanaf de achterzijde van het huis loopt een zichtas over de vijverpartij richting de toren van de St. Williborduskerk. Ook is er een uitsparing gestoffeerd met taxus met zicht op het beeld op sokkel (zie onderdeel 10). Na 1913 werd het noordoostelijke deel van het park (Vicaryland), genaamd Den Nieuwen Deijl, van de buitenplaats afgesplitst voor de ontwikkeling van een villapark. In dit noordoostelijk deel van het park werd in aansluiting op de al bestaande vijverpartij in landschapsstijl de oorspronkelijke waterallee naar het huis De Paauw, die aan de NO-zijde van het park in twee haakse hoeken van de Zijlwetering aftakte, tot een nieuwe ruime vijverpartij vergraven als nieuwe arm van de al aanwezige vijverpartij ten noordwesten van het huis, zo deze vergraving niet al deels was uitgevoerd onder leiding van Petzold. Alleen een smalle parkrand met eiken aan de Rijksstraatweg met een in flauwe curven verlopende waterpartij bleef bij de realisatie van het villapark in dit noordoostelijke deel bewaard.

Prinsessetuin en kwekerij Aan weerszijden van het hoofdgebouw liggen twee min of meer rechthoekige ruimten die op oude kaarten al te zien zijn. In de bestaande rechthoekige ruimte in het bosgedeelte ten zuidwesten van het huis werd in 1851 door architect H.H.A. Wentzel een op de antieke oudheid geïnspireerde bloementuin, de zogenaamde Prinsessetuin, aangelegd. Wentzel liet zich hiertoe inspireren op Duitse voorbeelden van Schinkel en Persius uit Berlijn en Potsdam. In de tussenzone -tussen huis en tuin- is een regelmatige aanplant van beukenbomen. Een korte beukenlaan met witte vazen en zitbanken voerde oorspronkelijk van het huis naar de besloten, iets verdiepte tuin. In en rondom de tuin stonden een pergola, stibadium, koepels, zitbanken en kariatiden naar ontwerp van de Duitse architect H.H.A. Wentzel (1820-1889), gebouwd in op Pompeiaanse voorbeelden geïnspireerde neoclassicistische trant. Het stibadium werd in 1928 ten geschenke gegeven aan de toen vertrekkende burgemeester Jhr. Storm van 's-Gravesande en staat nu nog op de buitenplaats Het Laar in Ommen (monumentnummer 513545). In 1951 werd de tuin opgeknapt naar plannen van de landschapsarchitect ir. J. Otto, die echter vanwege de hoge uitvoeringskosten slechts gedeeltelijk werden gerealiseerd. Sindsdien kent de tuin zijn huidige sobere strakke invulling en indeling. De tuin is thans als rozentuin ingericht. Ten noordoosten van het huis ligt de rechthoekig ommuurde moestuin (thans gemeentekwekerij) waarvan de oudste ommuring uit de 18de eeuw dateert (zie verder complexonderdelen 3 en 4).

Waardering

De HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG is in cultuur-, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig opzicht van algemeen belang

- als onderdeel van de buitenplaats De Paauw;

- vanwege de bijzondere combinatie van de aanleg in rijpe landschapsstijl van Zocher jr. en Petzold en de antieke tuin (Prinsessetuin) met gebouwde objecten in Pompeiaanse neoclassicistische stijl van Wentzel;

- de mate van gaafheid en herkenbaarheid van de hoofdstructuur en redelijk gave detaillering;

- de bijzondere ruimtelijke samenhang met de overige onderdelen van de buitenplaats;

- de beeldbepalende situering langs de Rijksstraatweg in Wassenaar en de duidelijk herkenbare samenhang met het tegenovergelegen landgoed Raaphorst.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 530133. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Kastelen, landhuizen en parken Tuin, park en plantsoen Historische aanleg

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Kastelen, landhuizen en parken Tuin, park en plantsoen Landschappelijke tuin

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Landschapsstijl
invloeden