Inleiding

Houten dierenverblijf - onderdeel van diergaarde Blijdorp - naar ontwerp van ir. S. van Ravesteyn gebouwd in 1939-1941. De dierenverblijven zijn verspreid op het diergaardeterrein gesitueerd. Opvallend is dat in sommige dierenverblijven de gebogen lijn verwerkt is, die ook als vormelement in de aanleg van Van Ravesteyn te vinden is. De houten gebouwen bevonden zich conform hun vorm en de lijn van de aanleg langs of op de dierenweides. In de huidige situatie zijn enkele verblijven verplaatst, andere zijn op onderdelen aangepast aan nieuwe functies.

Omschrijving

HOUTEN DIERENVERBLIJF (19) op de westgrens ten westen van de Rivièrahal. Het dierenverblijf is volledig in hout opgetrokken door middel van een houtskelet en voorzien van een beschieting van horizontale zwartgeverfde houten delen. Het heeft een golvende plattegrond en telt een bouwlaag en een kapverdieping met steekkap waarin laaddeuren en een hijsbalk. De gordingen van het dak zijn onder het overstek geprofileerd en witgeverfd. Het verblijf heeft aan alle zijden een overstekend gebogen zadeldak met een sterk zwenkende dakrand. Het dak was oorspronkelijk met rode daktegels bedekt. In het gevelbeeld spelen witgeverfde ronde palen op de gevelhoeken een rol, evenals het witgeverfde houtwerk van de (gebogen) dakoverstekken en het kozijnhout in de gevels. De door de gevellijn stekende gordingen zijn gesneden evenals de omlijstingen boven kleine rechthoekige raampjes in de kopgevels. Het dierenverblijf is nog voorzien van een topgevel boven de centrale entree onder een steekkap. De deuren hebben een diagonale profilering. De kopgevels hebben decoratieve omlijstingen om de ramen van de begane grond en een rondboogvenster met een hijsbalk erboven.

Waardering

Het HOUTEN DIERENVERBLIJF is van algemeen belang:

- het object heeft architectuurhistorische waarde vanwege het materiaalgebruik, de toegepaste verhoudingen, de vormgeving en de verzorgde detaillering;

- het object heeft stedenbouwkundige en ensemblewaarde vanwege de historisch-functionele situering in de aanleg en de samenhang tussen de dierenverblijven onderling en de overige complexonderdelen.