Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
530841
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82977/95
Kadastrale aanduiding
Rotterdam S 4363
Kruiskade 55, 3012 EE te Rotterdam
Lijnbaan 40, 3012 EP te Rotterdam
Lijnbaan 42, 3012 EP te Rotterdam
Kruiskade 31, 3012 EE te Rotterdam

Omschrijving

Inleiding

De voormalige BIOSCOOP met WINKELS, genaamd Thalia is gesitueerd op de noordoostelijke hoek van Kruiskade en Lijnbaan, en gebouwd in de periode 1953-1955 in opdracht van Maatschappij Tuschinski N.V. naar ontwerp van architect Hendriks van het Rotterdamse bureau J.P.L. Hendriks, W. van der Sluys en L.A. van den Bosch. Het interieurontwerp en de kleurstelling van het exterieur kwamen tot stand onder supervisie van interieurarchitect W. Schuhmacher. Tesamen met werk van de kunstenaars Dirk Hubers, Jan van Keulen, M. Mascherini en Nico Wijnberg is een gebouw ontstaan dat als gesammtkunstwerk kan worden aangemerkt. Door de ligging aan de Lijnbaan viel het gebouw in het stedenbouwkundige concept voor deze winkelstraat. Om die reden werd door de dienst Stadsontwikkeling verzocht om een aantal winkels in het bouwplan op te nemen, zodat de aaneengesloten reeks winkels langs de Lijnbaan niet zou worden onderbroken. Hetzelfde gebeurde bij de tegenoverliggende bioscoop Lumière. De opdrachtgever voor de bouw van Thalia was het bioscoopconcern van wijlen Abraham Tuschinski; een Poolse landverhuizer die op weg naar Amerika in Rotterdam bleef steken en hier werkte aan de verwezenlijking van zijn `American dream'. De vooroorlogse Thalia-bioscoop aan de Hoogstraat, gesneuveld tijdens het bombardement van 14 mei 1940, was de eerste bioscoop waarbij Tuschinski zijn internationaal vermaarde ideeën over de inrichting en exploitatie van bioscopen realiseerde en vormde de opmaat voor de bouw van het befaamde Tuschinski-theater in Amsterdam. Tuschinski en zijn zwager-compagnons Gerschtanowitz en Ehrlich kwamen om in Duitse concentratiekampen. Thalia werd na de oorlog herbouwd door de voortzetters van het concern, geheel in de geest van Tuschinski met alle daarbij behorende aandacht voor interieur en kunsttoepassingen. De opdracht bestond uit een filmtheater met 800 stoelen zonder podium of toneel. Aan het definitieve ontwerp gingen diverse varianten vooraf, waarin met name werd gestudeerd op de ligging van de entree en de uitwerking van de gevel aan de Kruiskade. Aan drie kunstenaars, H. Noorlander, W. Reijers en N. Kneulman, werd gevraagd een decoratieschema te ontwerpen voor het gesloten muurvlak aan de Kruiskade. Het expressieve ontwerp van Kneulman was zowel voor opdrachtgever, architect en Stadsontwikkeling het meest overtuigend. Voor de realisatie van dit plastiek was een forse aanpassing van het ontwerp nodig, waarbij niet langer de entree maar het kunstwerk als eye-catcher zou fungeren. De eerste paal voor Thalia werd op 22 juni 1954 geslagen door een kleinzoon van de omgekomen Gerschtanowitz. De opening vond plaats 7 juli 1955 in aanwezigheid van vele (inter)nationale gasten uit de filmwereld. De bioscoop zou ruim veertig jaar dienst doen. De laatste film werd vertoond op 27 maart 1996. Sinds die dag is een aantal oorspronkelijke onderdelen van het gebouw verdwenen, zoals de van neonverlichting voorziene, klassieke belettering met de naam Thalia op het dak boven de entree en de vrijstaande vitrines voor filmaankondigingen achter de glazen pui aan de Lijnbaan en de vlaggenmasten. De gemeente Rotterdam had de bioscoop aanvankelijk opgekocht om te slopen. Nadat de herwaardering van de naoorlogse architectuur doorzette, is het pand op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst. Na een periode van leegstand is het gebouw in 2000 gerenoveerd door architecten Barkema & Reijnen. Daarbij zijn ondermeer de entreehal, foyer en de eerste winkel samengevoegd tot café. De stoelen zijn uit de zaal verwijderd om een vrije zaal te verkrijgen. Ten tijde van de aanwijzing functioneert het pand gesplitst in de bioscoopzaal enerzijds en de hal en foyer anderzijds. Deze ruimtes worden thans ( 2009) weer zo veel als mogelijk in de oude opzet teruggebracht, na een periode van minder respectvol gebruik. Diverse interieuronderdelen zijn verdwenen zoals het tapijt uit de foyer en de lopers in de bioscoopzaal.

Omschrijving

Het BIOSCOOPGEBOUW met WINKELS is gelegen op een onregelmatig, trapeziumvormig perceel. De trapeziumvorm is overgenomen voor de eigenlijke bioscoopzaal die als hoogste, gesloten bouwdeel de kern van het gebouw vormt. Langs de zuidzijde zijn de aanvullende ruimtes, de hal, foyer, kantoorruimten en projectiecabine gelegd en de winkels aan de westzijde als iets lagere, ondiepe bouwvolumes. Het gehele gebouw is onderkelderd en wordt afgesloten door platte daken. De transparante ingangspartij van geanodiseerd aluminium ligt op de zuidwesthoek op de kruising van Lijnbaan en Kruiskade. Het architectonische accent ligt voorts op de gebogen gevel langs de Kruiskade met op de donkergekleurde betonplaten het in groen sierbeton uitgevoerde reliëf van Carel Kneulman, voorstellende de muze Thalia te midden van een abstract, dynamisch lijnenspel. Dit geheel wordt gekenmerkt door zowel in hoogte als diepte, materiaal (betonplaten, verglaasde steen, Serpentino) en kleur (licht en donkergrijs) verspringende muurvlakken. Tevens is gewerkt met afwisselend open en gesloten vlakken. Uitkragende betonnen delen worden gedragen door grindbetonnen vierkante pijlers. De stoep is gelegd met vierkante platen kwartsiet. De overgang tussen de ingangspartij op de hoek en de westgevel wordt gemarkeerd door een tot boven de daklijst opgemetselde schoorsteen. Deze gevel ligt zich in de rooilijn. De winkels, die als een lager volume tegen het bioscoopdeel aan liggen, hebben eenzelfde hoogte als de overige bebouwing aan de Lijnbaan. Tussen de metselwerk scheidingsmuren van zwarte, verglaasde steen zijn vijf winkelpuien geplaatst. De puien, op plinten van zwart graniet, hebben grote etalages op de begane grond. Op de verdieping een meer gesloten indeling op een doorlopende, enigszins uitkragende borstwering van verticale, lichtgrijze kunststenen panelen met een ruw bewerkt oppervlak. De gevel wordt afgesloten door een betonnen dakrand. De hoek van de oostgevel springt iets vooruit als voortzetting van de zuidgevel met een hoog doorgaand raam over alle verdiepingen. Hierna springt de gevel terug en vertoont zich de nagenoeg geheel gesloten zijgevel van de bioscoopzaal. Langs de bovenzijde is een decoratieve rand van beton elementen aangebracht Tevens bevindt zich hier een uitgebouwde nooduitgang. De korte noordgevel grenst aan een steeg tussen Thalia en het naastgelegen Hilton hotel en is vrijwel geheel aan het zicht onttrokken.

De hoofdopzet van de indeling van het theater is, hoewel gewijzigd, nog wel herkenbaar. Afgezien van ruimtes als toiletten, kantoor en garderobe zijn er drie hoofdvertrekken, de kassahal, de foyer en de bioscoopzaal. Vanuit de kassahal wordt de foyer betreden. Hier vertoont zich de gebogen achterwand van de zaal. In het midden hiervan bevindt zich de toegang van drie dubbele deuren tot de zaal die via een trap wordt betreden. In de hoge kassahal is de verglaasde baksteen van de gevel voor een deel doorgezet. Daarnaast een lambrisering van verticale natuursteenstrips op een plint van kwartsiet, waarmee ook de vloer is belegd. Het materiaalgebruik draagt bij aan de versoepeling van de overgang van buiten naar binnen. Het plafond is voorzien van een grote, spiraalvormige en draaiende lichtkroon, uitgevoerd in gepolijst metaal met kleine gloeilampjes ('sputniklamp'). De foyer volgt de convexe vorm van de bioscoop. De lange wand is voorzien van met perkamant beklede panelen gevat in een messingrand. Midden voor de wand stond oorspronkelijk op een sokkel het bronzen beeldje `de zingende man' van Marcello Mascherini ( nu in bezit Pathé Cinemas, Amsterdam). Rondom de plaats van dit beeldje op de perkamenten wand een ovaal van kleine, ronde goudopdrukken. De overige panelen zijn hier en daar voorzien van gestileerde, visvormige goudopdrukken. Op de wand naast de vestibule, tegenover de haldeuren, zijn in koperen letters de namen van de omgekomen grondleggers van Thalia opgenomen: Abraham Tuschinski, Herman Gerschtanowitz en Herman Ehrlich. Tegenover de perkamenten wand bevinden zich de zaaldeuren, bekleed met rood leer en aan de zaalzijde met notenhout. Aan weerszijden keramiekpanelen met een abstracte decoratie, ontworpen door Dick Hubers. Het meest bijzondere van de foyer is het verlaagde plafond dat als een glooiende en luifelachtige constructie in de ruimte hangt. Het plafond camoufleert de bovenliggende, schuin oplopende zaal. Twee ronde kolommen met een 'gecanneleerde' afwerking doorbreken het plafond en ondersteunen de zaalvloer. Het gewelfde plafond is bekleed met afwisselend brede banen bruin zebranohout en smalle banen donkerkleurig coromandelhout; hierin ronde spots met messing randen. De bioscoopzaal heeft een ideale trapeziumvorm. De zaal is in twee vakken verdeeld: zaal en loges. De schuin oplopende vloer neemt naar achteren in hellingsgraad toe. De ingang van de zaal bevond zich in het midden tussen de loges. De loges zijn afgezet met een houten lambrisering. Alle houtwerk voor zover nog aanwezig in de zaal is in notenhout uitgevoerd of in notenkleur gebeitst. De wanden van de zaal zijn voorzien van verschillende decoratieve elementen, die inmiddels deels achter latere betimmering zijn verdwenen. Van voor naar achter zijn dit respectievelijk: een abstracte intarsialambrisering in diverse kleuren en diktes linoleum (voorzien van logo Krommenie) naar ontwerp van Nico Wijnberg. Daarboven verticale muurvlakken met in reliëf de namen van beroemde regisseurs uit de filmgeschiedenis. Ter hoogte van het overdwarse gangpad grote, figuratieve sgraffito's in drie kleuren naar ontwerp van Jan van Keulen. De achterste delen van de zijwanden zijn voorzien van een in reliëf uitgevoerd dessin met vogelmotief, eveneens naar ontwerp van Van Keulen. Van Keulen ontwierp tevens de stofappliqués op de beweegbare panelen voor het projectiedoek. Het plafond van de zaal is van donkergrijs heracliet. De verlichting bestaat uit een stervormige krans van diverse armaturen met in totaal zeventig lichtpunten, geleverd door Indoor uit Amsterdam.

Waardering

De voormalige Thalia BIOSCOOP met WINKELS is een essentieel toonbeeld van de vroege Wederopbouw vanaf 1940 en van algemeen belang vanwege:

- de cultuurhistorische waarde vanwege de herinneringswaarde aan het bombardement en wederopbouw van Rotterdam, alsmede als uiting van de geschiedenis van het uitgaansvermaak (bioscoopwezen) in het bijzonder verbonden met het 'Tuschinsky imperium';

- architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een krachtig architectonisch ontwerp in moderne Wederopbouwstijl van de hand van de architecten J.P.L. Hendriks, W. van der Sluys en L.A. van den Bosch en de binnenhuisarchitect Schuhmacher, hierbij gebruikmakend van een rijke toepassing van monumentale kunst (Carel Kneulman, Nico Wijnbergen, Jan van Keulen, Dick Hubers) bijzondere detaillering en afwisselende materiaaltoepassing in de afwerking als geheel te karakteriseren als gesammtkunstwerk;

- stedenbouwkundige waarde door zijn ligging op een hoek met een bewust ontworpen relatie tot de Lijnbaan.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Cultuur, gezondheid en wetenschap Welzijn, kunst en cultuur Bioscoop Filmtheater

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1953
1955
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Cultuur, gezondheid en wetenschap Welzijn, kunst en cultuur

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
n.v.t.
niet van toepassing

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Hendriks, J.P.L. ; Stad Rotterdam II
architect / bouwkundige / constructeur