Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
531641
Complexnummer
531640 - NHW-Werk aan de Groeneweg
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82633/184
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Houten I 590
Houten, Werk aan de Groeneweg

Omschrijving

Cluster 62. Aanleg.

NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE

Inleiding

LINEAIRE AANLEG VAN INFANTERIESTELLING van het Werk aan de Groeneweg, als zeldzaam voorbeeld van een 20ste-eeuwse, uit gedeconcentreerde betonnen werken bestaande verdedigingslinie. De linie, dwars op de Lekdijk ten oosten van het Fort Honswijk, in een zone die toen relatief nat en ruig begroeid was, dateert van de periode 1914-1918. Het complex maakt deel uit van de militaire verdediging van het acces via het moeilijk inundeerbare oeverwalgebied aan de noordzijde van de Lek. Het was tevens een voorlinie van Fort Honswijk, de Lunet aan de Snel en de batterijopstellingen langs de Gedekte Gemeenschapsweg. Op en nabij enkele percelen van in totaal circa een kilometer lang en nog geen 200 m breed - ruwweg haaks op de rivieroever - liggen in concordantie met de reeds bestaande kavelstructuur diverse typen kleine betonnen werken. De kavels vertonen een zigzaggend, in drieën geknikt patroon met als westelijke begrenzing de Groeneweg en een landweggetje dat naar de Tetwijkseweg voert. De oostelijke grens strekt zich uit langs hiermee evenwijdig lopende kavelsloten. De noordoostelijke en de zuidgrens worden ruwweg bepaald door de spoorweg van Utrecht naar 's-Hertogenbosch en de Lek. Het noordelijk deel van het werk omvat vrijwel uitsluitend resten van een gedekte weg of lage inundatiekering. Vooral binnen, maar ook buiten deze grenzen komen betonnen werken of andere artefacten voor. De historisch-ruimtelijke structuur van het complex 'Werk aan de Groeneweg' laat zich zowel in het veld als vanuit de lucht nog goed herkennen, mede dankzij het relatief goed bewaard gebleven artefactiële militaire microreliëf.

Omschrijving

De LINEAIRE AANLEG VAN INFANTERIESTELLING van het Werk aan de Groeneweg is lineair van karakter en strekt zich in hoofdzaak uit langs de oostzijde van de Groeneweg en in het gebied ten noordoosten daarvan, voorbij de Achterdijk. Verder zijn er enige verspreide onderdelen ten westen van de Groeneweg en in de uiterwaard, ten zuiden van de Lekdijk. Het best herkenbare deel van de aanleg concentreert zich in een ruim 200 m brede strook langs de oostzijde van de Groeneweg. Het werk fungeerde als hoofdverdedigingslijn en voorstelling van de achtergelegen verouderde forten. Het infanteriewerk aan de Groeneweg bestond in hoofdzaak uit van loopgraven voorziene aarden wallen, in een onregelmatig gebroken of zigzaggend tracé met voor- en tussengelegen grachten, die ontstaan zijn door ontgraving van aarde voor de wallen en die tevens een hindernis vormden. In 1918 zijn in de wallen schuilplaatsen van gewapend beton type 1918/I en 1918/II gebouwd. Tijdens de mobilisatie van 1939-1940 is het werk aangepast door de bouw van een flink aantal groepsschuilplaatsen type P, alsmede van enkele gietstalen koepelkazematten en door aanbrengen van versperringen. Vóór het werk, dus aan de oostzijde ervan, kwam een tankgracht te liggen, waarvan de resten nog herkenbaar zijn.

De betonnen werken uit de periode 1914-1918 en 1939-1940 zijn aangelegd langs een aantal min of meer noord-zuid gerichte, lineaire stelsels van loopgraven en groepsnesten. De schuilplaatsen van de typen 1918/I en 1918/II waren gelegen langs twee ruwweg parallelle, met houten palen versterkte loopgraven en hun basis en ingang bevinden zich dan ook meestal nabij of zelfs beneden maaiveldniveau. De loopgraven zijn niet of nauwelijks meer te herkennen, maar de aarden wallen zijn ten dele nog aanwezig. De kleinere variant van de twee (type 1918/I) kwam gewoonlijk langs de meest oostelijke loopgraaf te liggen. In een groot aantal gevallen zijn de schuilplaatsen (ten dele) bedekt met aarde, maar het vroegere beloop van de ongeveer parallel gegraven loopgraven laat zich nog herkennen in de situering van de schuilplaatsen. De groepsschuilplaatsen uit de periode 1939-1940 zijn eveneens in ongeveer lineair verband gesitueerd, maar hierbij is de oriëntatie van de tegenover de toegang gelegen, gesloten gevel minder consistent dan bij de oudere schuilplaatsen. Een bijzonder aspect van het Werk aan de Groeneweg bestaat uit het deels nog vrij geaccidenteerde en weinig gecultiveerde karakter van het terrein, dat de omvang van de aardwerken weerspiegelt.

Waardering

De LINEAIRE AANLEG VAN INFANTERIESTELLING van het Werk aan de Groeneweg is van algemeen belang vanwege:

* Cultuurhistorische waarden als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zoals deze is ontworpen door C.R.T. Kraijenhoff en in eerste aanleg vanaf 1815 door hem, Jan Blanken en majoor-ingenieur Willem Offerhaus is gerealiseerd en daarna door anderen gedurende meer dan 125 jaar is versterkt en verbeterd.

* Architectuurhistorische waarden, in het bijzonder als uiting van de militair-strategische bouwkunde, die gebaseerd is op: a. het systeem van inundatie en accesverdediging (19de en 20e eeuw), b. de wedloop met de zich versterkende offensieve middelen (19de en 20ste eeuw), c. het systeem van 'levende' veldversterking in de diepte (20ste eeuw).

Het betreft hier een onderdeel uit de perioden 1914-1918 en 1939-1940, dat een voorbeeld van militair-strategische bouwkunde in een lineaire infanteriestelling op basis van onderling verbonden aard- en betonwerken.

* Ensemblewaarde en situationele waarden als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Tevens vanwege de functionele en fysieke samenhang met de overige onderdelen van het complex en met de nabije schootsvelden, inundatievelden en accessen.

* Het onderdeel is zeldzaam geworden omdat het als aanleg een nog vrijwel compleet voorbeeld is van een vooruitgeschoven infanteriestelling in de Nieuwe Hollandse Waterlinie en het is als zodanig representatief (karakteristiek) voor dit type verdedigingswerken.

* Het onderdeel is goed bewaard omdat nog vrijwel alle (typen van de) tot de aanleg behorende onderdelen in meer of minder herkenbare vorm en functie, inclusief resten van aardwerken, aanwezig zijn.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 531640. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Verdedigingswerken en militaire gebouwen Fort, vesting en -onderdelen

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Verdedigingswerken en militaire gebouwen Fort, vesting en -onderdelen

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
n.v.t.
niet van toepassing