Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
531651
Complexnummer
531650 - NHW-Fort Everdingen te Culemborg
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82872/26
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Vianen G 110
Culemborg L 448
Culemborg L 193
Vianen G 921
Vianen G 868
Culemborg L 376
Vianen G 77
Culemborg L 313
Vianen G 131
Vianen G 923
Culemborg L 451
Culemborg L 307
Culemborg L 449
Vianen G 204
Culemborg L 447
Vianen G 205
Culemborg L 278
Culemborg L 444
Vianen G 805
Vianen G 785
Culemborg L 196
Vianen G 922
Vianen G 784
Culemborg L 308
Culemborg L 198
Vianen G 906
Culemborg L 197
Culemborg L 450
Culemborg, Fort Everdingen

Omschrijving

Cluster 501.

NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE

Inleiding

FORTAANLEG MET AARDWERKEN WAARIN DRIE VERBRUIKSMAGAZIJNEN, (RESTEN VAN) GESCHUTSOPSTELPLAATSEN, NATTE GRACHT MET BUITENOEVERS, MET INUNDATIEKANALEN, MET (OMLEIDINGS- EN ONDERHOUDS-)WEGEN EN MET DOOR GRENSPALEN AANGEDUIDE ZONE als basale onderdelen van Fort Everdingen. Forten werden gewoonlijk geconstrueerd op basis van vooraf aangebrachte aardlichamen, die als een fundering fungeerden en wegzakken in (een natte en slappe) bodem moesten voorkomen. Bij de bouw van de forten is, behalve dit gewoonlijk al tactisch 'voorgevormde' aardlichaam - dat op zichzelf reeds een weerbare rol kon vervullen - ook nog een specifieke aanleg gerealiseerd die bedoeld was om de defensieve kracht te vergroten, de veiligheid van de bezetting te waarborgen en intern en extern transport en verkeer te vergemakkelijken. Zo ontstonden er onder meer aarden dekkingen voor verschillende bouwwerken, om ze minder kwetsbaar te maken voor inslagen van vijandelijk vuur, aarden wallen die de bebouwing en open terreinen dekten en de contouren bepaalden en bestrate paden en appelplaatsen. Forten werden gewoonlijk omgeven door een of meer natte of droge grachten om eventuele nadering van de omwalling of het fortterrein door een vijand tot het laatst toe te belemmeren. Forten waren gewoonlijk slechts te bereiken via een of meerdere bruggen of via een smalle landengte. Waar om waterstaatkundige of andere redenen een permanente directe verbinding tussen binnen- en buitengebied bestond, was deze zodanig uitgevoerd dat hij slechts met de grootste moeite te passeren was. Toepassing van zogenoemde ezelsruggen, monniken (bij vestingen) en / of hekwerken was hierbij gebruikelijk. Het inundatiekanaal - aangelegd op basis van een mogelijk middeleeuwse kavelsloot - loopt vanaf de inundatiesluis / keersluis in de zomerkade van de Lek zuidwaarts tot aan de Prijsseweg / Prijssedijk. Het kanaal valt aan de oostzijde van Fort Everdingen samen met de fortgracht en was normaliter afgesloten door de inundatiesluis met schotbalkkering en de beer die deel uitmaken van de Zuidelijke Lekdijk. Een derde kering werd gevormd door de nog bestaande inundatiesluis met schotbalkkering in de Rondweg, aan de zuidoosthoek van het fort. Van de zuidoosthoek van het fort loopt het inundatiekanaal van oudsher over ongeveer 700 m in rechte lijn naar de Prijsseweg. De totale lengte van het kanaal - inclusief het deel dat samenvalt met de fortgracht en inclusief een gedempt deel van ongeveer 230 m - bedraagt ca. 1600 m. Een gedeelte ervan maakt dus ook deel uit van de aanleg van het fort, dat mede bestemd was voor de verdediging van de sluizen en het inundatiekanaal. Langs de buitenzijde van de grachten lag vaak een weg die, of pad, dat zowel in de vorm van een gedekte weg (glacis / enveloppe) kon zijn aangelegd, als ook wel gelijk met, of zelfs boven maaiveldniveau. Deze wegen of paden konden verschillende functies hebben, variërend van openbare weg tot onderhoudspad en ook van militaire, gedekte weg tot exclusieve toegangsweg naar het fort. Buiten de natte gracht bevindt zich bovendien vaak een (van oudsher en nog ten dele) met limietpalen als zodanig aangemerkte zone waarover het Ministerie van Oorlog zeggenschap had, de zogenoemde Militaire Landsgrond. Ten noordwesten van het fort, vlak tegen de rivieroever kwam - mogelijk in het interbellum - ook een schietbaan tot stand. De meeste schietbanen zijn op kaart gezet in de vorm van een aantal min of meer evenwijdige stippellijnen en een vierkantje. Ook deze schietbaan is zo afgebeeld; hij is te zien op Bonneblad 1:25.000, no. 486, 1932 en/of 1938. De schietbaan is verdwenen en werd mogelijk opgevolgd door die ten zuiden van het Werk aan het Spoel.

Omschrijving

FORTAANLEG MET AARDWERKEN WAARIN DRIE VERBRUIKSMAGAZIJNEN, (RESTEN VAN) GESCHUTSOPSTELPLAATSEN, NATTE GRACHT MET BUITENOEVERS, MET INUNDATIEKANALEN, MET (OMLEIDINGS- EN ONDERHOUDS-)WEGEN EN MET DOOR GRENSPALEN AANGEDUIDE ZONE van Fort Everdingen. Het fort bestaat thans in hoofdzaak uit een rechthoekig, asymmetrisch aardwerk met verschillende niveaus en met - qua grondplan - vier verschillende bastions, waarvan het buitentalud afgeronde vormen kent. De aardwerken omsluiten het fortterrein of terreplein vrijwel geheel, terwijl ook de toren, de beide andere grote bomvrije gebouwen en de contrescarpgalerij door aardwerken zijn gedekt. Het fort is destijds op de T-kruising van de Zuidelijke Lekdijk en de Diefdijk gebouwd, met als gevolg dat de (openbare) wegen over de beide dijken zuidelijk moesten worden omgeleid. Bij de T-kruising bevindt zich een betonnen kist die strooimiddel bevatte om de helling bij vorst begaanbaar te houden. De aardwerken omvatten resten van opstelplaatsen voor geschut binnen en buiten de fortgracht; dit laatste in het bijzonder aan de T-splitsing van Lekdijk en Diefdijk, waar een aarden batterij herkenbaar is. Het fort dateert uit de periode 1842-1847 en werd verbeterd in de jaren 1873-1880. Het fortterrein wordt doorsneden door een met waalstenen beklinkerd padenstelsel met rechte en gebogen lijnen waarlangs de gebouwen en andere functies en onderdelen bereikbaar zijn. Tot die bereikbare functies behoren onder meer drie verbruiksmagazijnen in de binnenzijde van de oostelijke aardwerken. De met tongewelven gedekte verbruiksmagazijnen zijn uitgevoerd in baksteen en worden gekenmerkt door hun getoogde, gemetselde toegangen binnen een ondiepe, deels getoogd gemetseld en ten dele als tongewelf uitgevoerd portaal. Deuren ontbreken thans; ter weerszijden van de toegang vrijwel haakse vleugelmuren. De gracht van Fort Everdingen is nog vrijwel compleet aanwezig en vormt een ruime omkadering van de aanleg van het fort. De oostzijde van de fortgracht - inclusief drie sluizen - maakte deel uit van het noord-zuid gerichte inundatiekanaal tussen de Lek en de Prijsseweg / Prijssedijk. De fortgracht was een schakel in de toevoer van water voor eventuele inundatie van het achterliggend poldergebied. Het kanaal is grotendeels ongewijzigd en is naar vorm en functie nog goed als zodanig herkenbaar. Het noordelijk deel van het kanaal - tot waar het overgaat in de fortgracht is ongeveer 300 m lang en 30 m breed en strekt zich met een lichte kromming uit van de zomerkade van de Lek tot de fortgracht. Het deel van het inundatiekanaal dat samenvalt met de fortgracht is ongeveer 450 m lang en ca. 25 m breed. Het deel van het inundatiekanaal ten zuiden van de sluis in de Rondweg is - behoudens het gedempte deel - grotendeels ongewijzigd en is naar vorm en functie nog goed als zodanig herkenbaar. Het nog aanwezige zuidelijk deel van het kanaal - van de Rondweg tot de Prijsseweg / Prijssedijk - is nu ongeveer 470 m lang en 5 m breed. Ter plaatse van het gedempte deel kunnen nog resten, sporen en andere waarden van het kanaal aanwezig zijn. Aan de westzijde is het fort van oudsher over een landengte bereikbaar. De openbare omleidingsweg ligt op de zuidelijke buitenoever van de natte gracht; aan de noordzijde is slechts een onderhoudspad op uiterwaardpeil aanwezig. De gracht rond het fort is bijzonder van karakter omdat de drie bijbehorende waterwerken / sluizen ten behoeve van de inundatie van de voorgelegen inundatieterreinen ten zuidoosten van het fort nog aanwezig zijn. Door middel van de sluizen konden verschillende peilen worden gesteld in de noordelijke en de zuidelijke helft van de natte gracht en in het inundatieveld ten zuidoosten van de Diefdijk. Een bijzonder element van de aanleg is ook het restant van de gracht rond de toren; deze grachten zijn bij meerdere torens gedempt. De oorspronkelijk met grenspalen als zodanig aangemerkte zone waarover het Ministerie van Oorlog zeggenschap had, de Militaire Landsgrond, is op de bij dit document behorende kaart aangeduid.

Waardering

De FORTAANLEG MET AARDWERKEN WAARIN DRIE VERBRUIKSMAGAZIJNEN, MET (RESTEN VAN) GESCHUTSOPSTELPLAATSEN, NATTE GRACHT MET BUITENOEVERS, MET INUNDATIEKANALEN, MET (OMLEIDINGS- EN ONDERHOUDS-)WEGEN EN MET DOOR GRENSPALEN AANGEDUIDE ZONE van Fort Everdingen is van algemeen belang vanwege:

* Cultuurhistorische waarden als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zoals deze is ontworpen door C.R.T. Kraijenhoff en in eerste aanleg vanaf 1815 door hem, Jan Blanken en majoor-ingenieur Willem Offerhaus is gerealiseerd en daarna door anderen gedurende meer dan 125 jaar is versterkt en verbeterd.

* Architectuurhistorische waarden in het bijzonder als uiting van de militair-strategische bouwkunde, die gebaseerd is op: a. het systeem van inundatie en accesverdediging (19de eeuw), b. de wedloop met de zich versterkende offensieve middelen (19de eeuw)

Het onderdeel is een voorbeeld van een aarden aanleg met wegen- en padenstelsel, aarden dekking voor verschillende functies, gracht, omleidingsweg en door middel van grenspalen aangeduide militaire zone uit de periode 1841-1864, dat in een latere ontwikkelingsfase (1871-1886) is verbeterd en uitgebreid.

* Archeologische waarden vanwege de te verwachten in de bodem aanwezige sporen en/of resten van gegraven of aangelegde waterwerken en dergelijke.

* Ensemblewaarde en situationele waarden vanwege zijn ligging binnen het systeem van de Nieuwe Hollandse Waterlinie in het algemeen en in het bijzonder in de vrijwel gave relatie met het schootsveld en inundatiemiddelen.

* Het onderdeel is representatief omdat het verschillende fasen in de ontwikkeling van accesverdediging op grote schaal en in vrijwel ongeschonden fysieke omgeving laat zien en in het bijzonder die van de toepassing van aarden dekking en van natte grachten rond forten. Uitzonderlijk is de rest van de natte gracht rond de toren.

* Het onderdeel is goed bewaard omdat het in sinds omstreeks 1900 vrijwel ongewijzigde staat het systeem van bescherming door middel van aarden dekking laat zien en omdat het grondplan, de gehele gracht en de ringweg vrijwel onveranderd bewaard zijn gebleven.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 531650. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Verdedigingswerken en militaire gebouwen Fort, vesting en -onderdelen

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Verdedigingswerken en militaire gebouwen Fort, vesting en -onderdelen

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
n.v.t.
niet van toepassing