Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
531719
Complexnummer
531712 - NHW-Verdedigingswerk aan het Spoel
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82973/74
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Culemborg N 2058
Culemborg N 2054
Culemborg, Werk aan het Spoel

Omschrijving

Cluster 503.

NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE

Inleiding

TWEE BETONBLOKKEN VAN GIETSTALEN KOEPELKAZEMATTEN TYPE G als restanten van in de aanloop tot de Tweede Wereldoorlog aan het Werk aan het Spoel toegevoegd betonnen werken. In 1936 is, als aanvulling op de gewapend betonnen kazemat, in Nederland de zogenoemde gietstalen koepelkazemat geïntroduceerd, die was gebaseerd op een al in 1917 in Frankrijk toegepast systeem. De gebruikte pantserkoepels waren gering van omvang (gunstig i.v.m. zichtbaarheid en trefkans), rond van vorm (gunstig i.v.m. afschampen treffers en sterkte), relatief eenvoudig in serie te produceren en ze hadden een 'externe' schietopening (gunstig i.v.m. gassen en geluid). Bovendien konden ze in Nederland worden vervaardigd, wat afhankelijkheid van het buitenland belangrijk verkleinde. Een eerste bestelling van 100 stuks in Nederland (bij DEMKA) werd echter gevolgd door een tweede van 50 stuks bij de Belgische Soc. Anonyme John Cockerill. In totaal moeten er in korte tijd ruim 700 zijn gegoten, maar hiervan zijn er slechts enkele overgebleven. De gietstalen koepels, met een doorsnede van 1,75 m en dikten van 10-17 centimeter, zijn geïnstalleerd in meerdere kazemattypen met weerstandsklassen W 12-15 tot W 21-28. Kort voor het begin van de Tweede Wereldoorlog zijn op verschillende plaatsen in de Nederlandse linies zogenoemde Koepelkazematten Type G tot stand gebracht, met name in de IJssellinie, de Maaslinie, de Grebbelinie (elk ca. 150) en de Nieuwe Hollandse Waterlinie (ca. 80). De gebruikelijke constructie van gewapend beton met een of meer vaste schietgaten was hierbij verlaten ten gunste van een systeem dat een binnen variabele grenzen (tot 270 0) te projecteren schootsrichting, binnen een gietstalen cilinder met koepeldak bezat. Zowel het schietgat als de toegang tot de kazemat, die zich in een uitsparing achter de koepel bevond, kon van binnenuit 'gasvrij' worden afgesloten. Standaard Koepelkazematten in de Nieuwe Hollandse Waterlinie werden uitgerust met een zware mitrailleur als bewapening. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn veruit de meeste koepels in het binnenland door de bezetter uit de kazematten gesloopt - ten dele door ze op te blazen - om ze om te gieten voor andere staalbehoeften. Aan de kust werden ze deels in de verdediging opgenomen, maar zijn ze na de oorlog meestal alsnog gesloopt. Hierdoor zijn complete koepelkazematten zeldzaam, maar ze komen onder meer nog voor op Fort Vechten (2), op Fort Everdingen (1) en nabij Fort Uitermeer (1).

Omschrijving

TWEE BETONBLOKKEN VAN GIETSTALEN KOEPELKAZEMATTEN TYPE G aan de oostzijde van het noordelijk deel van het Werk aan het Spoel, als restant van een kazemattype waarvan kort voor het begin van de Tweede Wereldoorlog op verschillende plaatsen in de Nederlandse linies exemplaren zijn gebouwd. Betonblokken van gietstalen koepelkazematten type G zijn relatief lage, vrijwel vierkante, betonnen consoles (ca. 7,00 x 6,50 x 3,00 m; b x d x h), met ter hoogte van de er voor de koepel in uitgespaarde ruimte een achterwaarts hellend oppervlak. Aan de achterzijde bevindt zich een uitsparing in het beton om de koepel te kunnen betreden. De koepelkazemat aan de oostzijde van het Werk aan het Spoel, hier het enige hier resterende exemplaar, diende als eigentijdse gevechtsopstelling ter verdediging van de Zuidelijke Lekdijk en ter bestrijking van de spoorbrug en spoordijk.

Waardering

Het TWEE BETONBLOKKEN VAN GIETSTALEN KOEPELKAZEMATTEN TYPE G aan de oostzijde van het Werk aan het Spoel zijn van algemeen belang vanwege:

* Cultuurhistorische waarden als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zoals deze is ontworpen door C.R.T. Kraijenhoff en in eerste aanleg vanaf 1815 door hem, Jan Blanken en majoor-ingenieur Willem Offerhaus is gerealiseerd en daarna door anderen gedurende ongeveer 125 jaar is versterkt en verbeterd.

* Architectuurhistorische waarden in het bijzonder als uiting van de militair-strategische bouwkunde, die gebaseerd is op: a. het systeem van inundatie en accessen (19de eeuw), b. de wedloop met de zich versterkende offensieve middelen (19de en 20ste eeuw), c. het systeem van 'levende' veldversterking (20ste eeuw).

De onderdelen zijn voorbeelden van resten van voorheen met een gietstalen koepel uitgeruste kazematten (type G), uitgevoerd in gewapend beton zonder aarden dekking.

* Ensemblewaarde als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Tevens vanwege de functionele en fysieke samenhang met de overige onderdelen van het complex.

* Het onderdeel is representatief (karakteristiek) omdat het duidelijk herkenbaar als onderdeel van een gedeconcentreerde verdediging is toegevoegd aan het bestaande fortificatiestelsel.

* Het onderdeel is, ondanks moedwillige onttakeling tijdens de Tweede Wereldoorlog, redelijk gaaf bewaard en laat zich als gebouwd element nog goed in het veld herkennen.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 531712. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Verdedigingswerken en militaire gebouwen Kazemat (B)

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Verdedigingswerken en militaire gebouwen Kazemat (B)

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
n.v.t.
niet van toepassing