Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
531867
Complexnummer
531857 - NHW-Tussenst. Werk op de Spoorweg
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82966/169
Kadastrale aanduiding
Beesd L 154
Beesd L 153
Geldermalsen, Betonnen werken tussen het werk op de Spoorweg a/d Diefdijk

Omschrijving

Cluster 66.

NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE

Inleiding

GEMAAL DE OUDE HORN MET INUNDATIE-, KEER- EN UITWATERINGSSLUIS, als gecombineerd civiel en militair waterstaatkundig werk met zeldzaamheidswaarde. Het verdedigingssysteem van de Nieuwe Hollandse Waterlinie was in de eerste plaats gebaseerd op het gecontroleerd onder water zetten van (grote) terreinoppervlakken. Gecontroleerde inundatie vergde een ingenieus systeem van waterwerken, zoals sluizen, stuwen en kanalen, waarmee het noodzakelijke peil snel en binnen nauwe grenzen gesteld en gehandhaafd kon worden. Er werden vele verschillende typen sluizen toegepast, afhankelijk van de plaats waar ze in het systeem functioneerden. Soms werden reeds bestaande scheepvaart-, uitwaterings- of keersluizen gebruikt, maar ook zijn er vele nieuwe gebouwd of bestaande (sterk) aangepast. Soms moesten locale peilverschillen tussen afzonderlijke poldereenheden worden gefixeerd of overbrugd door het opnemen of gebruiken van keersluisjes in bestaande kades of dijken. Hiertoe zijn vaak schotbalkkeringen in vaarten of zelfs in coupures in kades toegepast, maar ook zogenoemde verlaten met houten of ijzeren hefdeuren of duikers met schuiven zijn voor dit doel benut. In het geval van de sluis naast het gemaal De Oude Horn gaat het om een stroomsluis / inlaatsluis en keersluis waarlangs water vanuit de Linge op de Kuilenburgsche Vliet (Culemborgse Vliet) en zo in de Vijfheerenlanden kon worden gebracht. In feite lagen er twee sluizen vlak achter elkaar, waarvan één nabij de monding van de Vliet en één aan de westzijde naast het gemaal. De inlaat- en keersluis aan de monding van de Vliet, die als bescherming van het gemaal fungeerde, is in de jaren '70 van de twintigste eeuw opgeruimd bij de aanleg van de weg op de dam over de Vliet. De nog bestaande sluis naast het gemaal fungeerde als inundatie- en keersluis voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Deze sluis vervult nu geen waterstaatkundige functie meer.

De regulering van het waterpeil in de Nieuwe Hollandse Waterlinie of het definitief uitslaan van het water vergde soms ook de inzet van een stoom- of motorgemaal. Op meerdere plaatsen zijn dan ook gemalen voor dit doel benut of aangepast: soms om het waterpeil omhoog te brengen, maar ook wel om het te kunnen verlagen - met name na beëindiging van eventuele inundaties. Een vrij zeldzaam voorbeeld van het laatste was het stoom- en later motorgemaal De Oude Horn, ten oosten van Leerdam. Dit gemaal, gebouwd vanaf 1857, zorgde tot 1962 via de Kuilenburgsche Vliet en een niet meer bestaande sluis voor de ontwatering van een deel van de Vijfheerenlanden. De directe betekenis van het gemaal voor het functioneren van de Nieuwe Hollandse Waterlinie was relatief gering, maar voor de hieraan gekoppelde peilverlagingen was het uiteraard wel van belang. Het voormalige poldergemaal De Oude Horn werd in 1859 in gebruik genomen als stoomgemaal. Het gemaal heeft een ijzeren scheprad als opvoerwerktuig en is in te delen bij de stoomgemalen van het type 1, waarbij de verschillende functies van het gemaal in duidelijk van elkaar te onderscheiden bouwvolumes werden ondergebracht (categorie-indeling PIE). De stoominstallatie werd in 1920 vervangen door een zuiggasmotor. Het ijzeren scheprad is toen gehandhaafd en is nog aanwezig; het vertegenwoordigt zeldzaamheidswaarde. Het gebouw valt verder op door een dakdekking met Oegstgeester pannen. De hoofdvorm van het gemaal is in belangrijke mate in oorspronkelijke staat, maar de machinerie die het gemaal aandreef is verdwenen. Het pand is sinds 1978 in gebruik als glasblazerij. Door een achtergrond van opgaand groen en grenzend aan een ruime kom, is het bouwwerk markant gesitueerd in het landschap. In 2011 heeft een ingrijpende restauratie van het ensemble plaatsgevonden, waarbij het gemaal een groot onderhoud onderging en de sluis - na geheel te zijn droog gezet - werd hersteld en is voorzien van twee nieuwe houten deuren.

Omschrijving

Het ensemble van GEMAAL DE OUDE HORN MET INUNDATIE-, KEER- EN UITWATERINGSSLUIS bestaat uit naast elkaar gelegen waterbouwkundige werken uit het derde kwart van de 19de eeuw met een functie voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie.

Het gemaal De Oude Horn ten oosten van Leerdam is opgebouwd op een samengesteld grondvlak en bestaat uit drie tegen elkaar geplaatste, duidelijk van elkaar te onderscheiden bouwvolumes van verschillende afmetingen, waarin oorspronkelijk gescheiden functies waren ondergebracht. De twee oostelijke volumes liggen in elkaars verlengde, het derde volume is dwars geplaatst en bezit aan de westgevel een ijzeren scheprad. De twee westelijke bouwblokken zijn opgetrokken op een onderbouw met twee doorlaten. Het hoogste, centrale bouwblok heeft een zadelkap, de overige blokken worden gedekt door schildkappen. Alle dakvlakken zijn gedekt met Oegstgeester pannen. In de dakschilden bevinden zich ruitvormige dakraampjes (in het westelijk dakschild van het westelijk bouwblok, en in beide dakschilden van het centrale bouwblok). Alle bouwblokken hebben een zwartgeschilderde omlopende, geprofileerde bakgoot. De wit geschilderde gevels hebben een zwart geschilderde plint, en zijn opgetrokken in baksteen, gemetseld in kruisverband. Binnen de gevels zijn voornamelijk rondboogvormig afgesloten vensters toegepast, met een iets uitkragende omlijsting.

Het oostelijke bouwblok, het blok dat direct grenst aan vast land, wordt gedekt door drie schilddaken met de nokrichting dwars op die van het centrale bouwblok. Op het meest westelijke dakschild is een wit gepleisterde slanke schoorsteen geplaatst. De gevels van het oostelijke volume zijn geleed door middel van lisenen. Tussen de lisenen bevinden zich grote halfronde ramen met waaiervormige roedeverdeling. In de oostgevel zijn de lisenen deels weggebroken en is een schuifdeur links in de gevel geplaatst. Rechts bevindt zich een halfrond raam. De zuidgevel heeft in iedere travee een groot halfrond raam. De noordgevel heeft links twee halfronde ramen, maar in de middentravee fungeert het raam als bovenlicht van dubbel openslaande bedrijfsdeuren. Rechts in de gevel bevindt zich een hoge deur. Het gedeelte van de westgevel links van de aansluiting met het centrale bouwblok, bevat een stalen deur met glasstenen bovenlicht naar een elektriciteitsruimte.

Van het hoge en smalle centrale bouwblok heeft de noordgevel een ondiepe en lagere aanbouw onder een driezijdig aangekapt dak. In deze gevel bevinden zich twee hoge staande rondboogramen, die geen omranding hebben, hetgeen kan duiden op een (iets) later geplaatste aanbouw. In de zuidgevel bevindt zich een groot staand rondboograam met ijzeren roededeling. Dergelijke ramen bevinden zich ook in de topgevels van het bouwblok.

Het derde bouwblok is dwars tegen het centrale blok geplaatst en steekt aan beide zijden iets uit. In de smalle noord- en zuidgevels bevindt zich een groot, staand rondboograam. Tegen de brede westgevel is het ijzeren scheprad geplaatst.

Het interieur heeft zijn indeling grotendeels behouden. De technische installatie is echter verdwenen. Onder de bewaard gebleven interieuronderdelen bevinden zich een roodgele tegelvloer, met uitsparingen waar de machines gestaan hebben, voorts zwart, beige en groen geglazuurde wandtegels en een aantal oorspronkelijke paneeldeuren, waarvan sommige met ruiten. De kapconstructie omvat onder meer zwaar uitgevoerd houten liggervakwerk.

De INUNDATIE-, KEER- EN UITWATERINGSSLUIS, westelijk naast het gemaal De Oude Horn, is een kleine, bakstenen sluis met twee door natuurstenen dekplaten eindigende hoofden met schotbalksponningen en tussen de hoofden (resten van) houten puntdeuren. De breedte tussen de hoofden bedraagt circa 4 m; de hoofden eindigen aan weerszijden in schuin aflopende, (uitstaande) vleugelmuren, waarmee verband bestaat met bij het gemaal behorende onderdelen. De sluis staat vrijwel droog te midden van twee natte kommen en verkeert anno 2010 in vervallen staat, maar is in 2011 ingrijpend gerestaureerd, heropgebouwd en onder meer voorzien van nieuwe houten deuren. De sluis dateert vermoedelijk van kort vóór 1860, toen ook het gemaal is gesticht, en diende ten behoeve van de Nieuwe Hollandse Waterlinie vooral als inlaat- en keersluis. Oostelijk naast deze open sluis een overkluisde doorlaat en dicht tegen het gemaal nog een derde, veel smallere watergang, de uitlaat die behoort bij het schoepenrad van het gemaal. Ook dit deel en het rad ondergingen restauratie.

Waardering

GEMAAL DE OUDE HORN MET INUNDATIE-, KEER- EN UITWATERINGSSLUIS is van algemeen belang vanwege

* Cultuurhistorische waarden als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zoals deze is ontworpen door C.R.T. Kraijenhoff en in eerste aanleg vanaf 1815 door hem, Jan Blanken en majoor-ingenieur Willem Offerhaus is gerealiseerd en daarna door anderen gedurende ongeveer 125 jaar is versterkt en verbeterd.

* Architectuurhistorische waarden, in het bijzonder als uiting van een aan de militair-strategische bouwkunde gerelateerde bebouwing, die gebaseerd is op het systeem van inundatie en accesverdediging (19de eeuw).

Het betreft hier een aan de militair-strategische bouwkunde gerelateerde uiting van civiele historische waterbouwkunde, namelijk een gemaal met een eraan vast gebouwde combinatie van inundatie-, keer- en uitwateringssluis, vermoedelijk van kort vóór 1860.

* Ensemblewaarde en situationele waarden als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Tevens vanwege de functionele en fysieke samenhang met de overige onderdelen van het complex en als ensemble van gemaal De Oude Horn en sluiswerken nabij en als onderdeel van een van de waterinlaten van de Linge.

* Het onderdeel is representatief (karakteristiek) omdat het een vroeg voorbeeld is van een stoomgemaal met sluiswerken met functies binnen de Nieuwe Hollandse Waterlinie en het onderdeel vertegenwoordigt zeldzaamheidswaarde omdat er niet veel (stoom)gemalen in een dergelijke gecombineerde functie in de Nieuwe Hollandse Waterlinie voorkomen. Het onderdeel vertegenwoordigt tevens zeldzaamheidswaarde vanwege het nog aanwezige (externe) scheprad.

* Het totale onderdeel is redelijk bewaard omdat hoofdvorm, bouwkundige detaillering en verschillende elementen weliswaar goed herkenbaar zijn, en omdat - met name de sluiswerken - na in bouwkundig verwaarloosde staat te hebben verkeerd - ingrijpend zijn gerestaureerd.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 531857. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Verdedigingswerken en militaire gebouwen Fort, vesting en -onderdelen

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Verdedigingswerken en militaire gebouwen Fort, vesting en -onderdelen

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
n.v.t.
niet van toepassing