Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
532326
Complexnummer
532322 - NHW-Betonnenw. Ruigenhoek-De Gagel
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82818/123
Kadastrale aanduiding
Maarssen K 1294
De Bilt, Betonnen werken Ruigenhoek-De Gagel

Omschrijving

Cluster 32. (Betonblokken van) Tankversperringen.

NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE

Inleiding

(BETONBLOKKEN VAN) TANKVERSPERRINGEN als onderdelen van een accesverdediging met loopgravenstelsels, groepsschuilplaatsen, hindernissen en dergelijke. Het opwerpen van hindernissen om het oprukken van vijandelijke troepen te belemmeren of te vertragen kent een lange historie. Belangrijke kunstmatige hindernissen waren van oudsher onder meer grachten, waterlinies, omgehakte bomen en onklaar gemaakte bruggen. Met de opkomst van mechanisch (zoals de stoomtrein) en gemotoriseerd (pantservoertuigen en tank) transport is nog zwaarder materieel ingezet, waaronder de stalen en (gewapend) betonnen versperring. Eén van de vanaf het midden van de jaren '30 toegepaste systemen bestond uit schuin rechtop geplaatste en gepunte, stalen H-profielbalken (zogenoemde 'asperges'), die niet alleen de doorgang voor zulke verkeersmiddelen sterk bemoeilijkten, maar die daaraan ook zware schade konden toebrengen. Dergelijke hindernissen werden samengesteld uit één (Type I) dan wel twee rijen (Type II) profielbalken. Tankhindernissen waren gewoonlijk opgebouwd uit samenhangende stelsels van barrières, waarin behalve water (bv. antitankgrachten) ook betonnen en stalen constructies (de echte tankversperringen) de voortgang vertraagden. Een andere hindernis was de tetraëder - een verplaatsbaar driehoekig betonblok dat (additioneel) groepsgewijze ook kon worden toegepast bij controleposten, wegdoorgangen door permanente versperringen en bruggen. Het Nederlandse leger maakte aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog in de Nieuwe Hollandse Waterlinie onder meer gebruik van antitankgrachten en tankversperringen in de vorm van betonblokken met schuin hierin geplaatste stalen profielbalken. Het aantal aangelegde tankversperringen in de Nieuwe Hollandse Waterlinie is niet bekend; rond het jaar 2000 zijn er nog omstreeks 10 herkenbaar aanwezig, waarvan 1 compleet. Er zijn andere exemplaren opnieuw zichtbaar gemaakt, waaronder twee binnen het complex Werken tussen Fort Ruigenhoek en Fort De Gagel. Hier zijn resten van twee betonnen tankversperringen aanwezig, namelijk één in de Ruigenhoekse Dijk (bij no. 74) en een tweede in de Kerkeindsche Dijk (nu: Burg. Huydecoperweg), ongeveer 250 m noordelijk van het Fort de Gagel. Beide gaan ten dele schuil onder een asfaltlaag, maar zijn desondanks vrij goed herkenbaar. De annexe en haaks op de versperringen staande waterhindernissen zijn eveneens goed herkenbaar. In de Ruigenhoekse Dijk zijn bij restauratie replica's van enkele 'asperges' aangebracht.

Omschrijving

(BETONBLOKKEN VAN) TANKVERSPERRINGEN die in de accessen Ruigenhoekse Dijk (ca. 6 x 4 m) en Kerkeindsche Dijk (nu: Burg. Huydecoperweg; ca. 14 x 3,75 m) zijn aangebracht. De betonblokken van de tankversperringen dateren van kort voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Het gaat om in zowel rijweg als bermen geïncorporeerde, rechthoekige (gewapend) gietbetonnen blokken, waarin over de volle breedte van de weg en de bermen twee rijen, rechthoekige, gietijzeren deksels van twee verschillende formaten voorkomen. Vanwege latere asfaltering van het wegdek is een gedeelte thans niet zichtbaar of pas in afgelopen jaren weer zichtbaar gemaakt. Na het uitnemen van de deksels en het in sleuven aanbrengen van onder twee verschillende hoeken schuin in het betonnen blok verankerde stalen H-profielbalken / 'asperges' kon de voortgang van voertuigen, waaronder tanks en pantserwagens, worden belemmerd.

Waardering

De (BETONBLOKKEN VAN) TANKVERSPERRINGEN in het complex Werken tussen Fort Ruigenhoek en Fort De Gagel zijn van algemeen belang vanwege:

* Cultuurhistorische waarden als onderdelen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zoals deze is ontworpen door C.R.T. Kraijenhoff en in eerste aanleg vanaf 1815 door hem, Jan Blanken en majoor-ingenieur Willem Offerhaus is gerealiseerd en daarna door anderen gedurende ongeveer 125 jaar versterkt en verbeterd.

* Architectuurhistorische waarden, in het bijzonder als uiting van de militair-strategische bouwkunde, die gebaseerd is op: a. het systeem van inundatie en accesverdediging (19de en 20ste eeuw), b. de wedloop met de zich versterkende offensieve middelen (20ste eeuw), c. het systeem van 'levende' veldversterking in de diepte (20ste eeuw).

De onderdelen zijn voorbeelden van speciaal ter verdediging tegen aanvalswagens en / of tanks aangelegde en / of ingerichte (anti)tankgracht met bij wegaccessen in gewapend beton, gietijzer en staal uitgevoerde versperringen, die gezamenlijk deel uitmaakten van een lineaire hindernis.

* Ensemblewaarde en situationele waarden als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Tevens vanwege de functionele en fysieke samenhang met de overige onderdelen van het complex en in het bijzonder als van een lineair systeem deel uitmakende fysieke versperringen in de dijkaccessen ten noorden en oosten van de stad Utrecht.

* De onderdelen zijn tamelijk zeldzaam geworden en zijn representatief omdat de versperringen en hindernissen in hun fysieke context en samenhang herkenbaar zijn gebleven.

* De onderdelen zijn redelijk, respectievelijk matig gaaf bewaard omdat zowel de betonnen massa's, als een (belangrijk) deel van de constructies en toepassingsmogelijkheden hiervan en de waterlopen in situ waarneembaar en herkenbaar zijn gebleven.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 532322. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Verdedigingswerken en militaire gebouwen Versperring

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Verdedigingswerken en militaire gebouwen Versperring

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
n.v.t.
niet van toepassing