WESTELIJK BOUWHUIS. Rechthoekige plattegrond, opgetrokken in baksteen, onder een met zwart geglazuurde pannen bedekt schilddak, met twee dakkapellen; aan de achterzijde bedekt met rode pannen. Begin 18e eeuw. De voorgevel heeft zeven vensterassen met 21-ruitsindeling; de vensters zijn voorzien van opgeklampte luiken. In de middenas getoogde dubbele toegangsdeur (voorheen het koetshuis) met links daarvan de toegang tot de voormalige paardestal. In de achtergevel de dichtgezette doorgang van de voormalige dubbele, getoogde deuren en voorts een zevental 19e-eeuwse halfronde gietijzeren stalraampjes. Aan de zuidzijde is een woning, voorheen van de werkbaas. Aan de noordzijde bevinden zich het voormalige lage melkhuis met schoorsteenboezem en karnplaats, en het voormalige hoge melkhuis, dat onderkelderd is. Op het dak van het westelijk bouwhuis een klok van een anonieme gieter zonder jaartal, diam. 24,5 cm. Voor restauratie 1985-86 was tegen de voorgevel van het huis een houten klokkenstoel bevestigd met luidbalk. Na de restauratie is dit niet hersteld. De klok is nog aanwezig.