Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
409334
Complexnummer
409332 - Zeeduin
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82708/42
Kadastrale aanduiding
Domburg K 3854
Dunoweg 12, 4356 EK te Oostkapelle

Omschrijving

HOOFDGEBOUW, Huis ZEEDUIN, een thans wit geschilderd gebouw op rechthoekige plattegrond en bestaande uit begane grond, verdieping en kapverdieping; het geheel is van een omlopend schilddak voorzien. Volgens een jaartalsteen boven de grijze, natuurstenen plint in de westgevel dateert het huis uit het jaar 1878. Deze steen is rechts van de voordeur ingemetseld en heeft als inscriptie: "MR. H.F. LANTSHEER 1878". De op het westen gelegen voorgevel heeft vijf traveeën en wordt in het midden van de begane grond geaccentueerd door een ingangspartij, die wordt voortgezet door een balkon op de verdieping, waarboven een dakkapel. De enigszins naar voren springende ingangspartij wordt geflankeerd door twee pijlers die het balkon op de verdieping dragen. Dit balkon is voorzien van open en gebogen smeedijzeren siermotieven. De twee pijlers krijgen op de verdieping een vervolg in de vorm van twee muurpilasters. Boven de deur, op de verdieping, is het balkon door een dubbele glazen deur met profiellijst bereikbaar; boven de balkondeur is een getoogd bovenlicht aangebracht. De dubbele voordeur op de begane grond heeft ook een getoogd bovenlicht en wordt geflankeerd door smalle hoge vensters en eenvoudige pilasters. Aan beide zijden van de entree zijn op beide verdiepingen twee grote, getoogde 6-ruitsvensters aangebracht. Boven deze vensters bevinden zich eenvoudige sluitstenen met diamantkop. De voorgevel is verder ingedeeld door een cordonlijst en wordt op de hoeken afgesloten met pilasters: op de begane grond zijn deze gerusticeerd en op de verdieping glad. Een eenvoudig fries sluit de voorgevel af; het fries springt ter hoogte van de entree iets naar voren. De dakkapel is gevat in een boogstelling met pilasters ter weerszijden. De overgang tussen deze dakkapel en het fries krijgt door afhangende en opengewerkte voluten een geleidelijk verloop. Een bol met vijf punten staat op de tuit van de boogstelling en vormt het hoogste, sierende element van de dakkapel. De noordgevel is drie traveeen breed en heeft twee bouwlagen die door een lijst zijn gescheiden. De van pilasters voorziene middenpartij springt naar voren en is door een tuitgevel met lijstwerk afgesloten. Op de begane grond is een dubbele glazen deur geplaatst, voorzien van een getoogd bovenlicht, met laag bordes en een ijzeren hekwerk. De deur heeft een profiellijst en ter weerszijden een smal venster. Op de verdieping van de middenpartij zijn boven elkaar twee 6-ruitsvensters met profiellijsten aangebracht; het onderste is getoogd en heeft links en rechts een klein, ongedeeld en smal venster; het bovenste heeft een bovendorpel in de vorm van een keperboog en twee openslaande vensterhelften; hierboven is een diamantkop in de muur aangebracht. Links en rechts van de middenrisaliet is op elke bouwlaag een getoogd 6-ruitsvenster aangebracht dat is voorzien van een sluitsteen. De hoekpilasters van de middenpartij en van de gevelpartijen daarnaast, zijn op de begane grond gerusticeerd en op de verdieping glad. Het muurwerk is wit geschilderd. Aan de linkerzijde van de middenrisaliet hangt ter hoogte van de verdieping een luidklokje dat met een ketting kan worden bediend. De gevel aan de oostkant is in hoofdopzet gelijk aan de westfacade, d.w.z. bestaand uit twee bouwlagen met venstertraveeen, elke travee is voorzien van een getoogd 6-ruitsvenster, dat wordt geflankeerd door persiennes; het geheel is geleed door een geaccentueerde middentravee, die bestaat uit een centraal accent dat wordt gevormd door een driekantige uitbouw die ter hoogte van de kapverdieping met een tentdak is gedekt. De uitbouw vormt tevens de vijfde- en middentravee. Deze uitbouw is aan alle zijden en op beide bouwlagen voorzien van getoogde 6-ruitsvensters, terwijl de vensters in het middelste muurvlak zijn voorzien van persiennes. Alle venstertraveeen van de oostgevel zijn door middel van eenvoudige pilasters aangegeven. Deze pilasters, het fries en de cordonlijst zijn grijs geschilderd; het overige deel van de gevel is wit. In tegenstelling tot de noord- en westgevel zijn de vensters aan deze zijde voorzien van persiennes. De zuidgevel bestaat uit twee brede traveeen en een middenrisaliet die wordt afgesloten door een dakkapel zoals aan de noordgevel; het sierende element in de vorm van een bol met punten ontbreekt hier. Op de begane grond verleent een in het midden geplaatste veranda aan de gevel haar voornaamste accent, waarbij de lichtgebogen en door plantengroei bedekte dakconstructie van de veranda, het balcon van de bovengelegen verdieping vormt. Het balcon heeft een lage balustrade die wordt gevuld door opengewerkte, smeedijzeren decoratie in krullende siermotieven. Aan de zijkanten is de veranda gesloten door brede en hoge getoogde 6-ruitsvensters met roedeverdeling. In de boogzwikken aan deze zijkanten is een eenvoudig rankenmotief uitgesneden. De boogconstructie van het balcon rust aan de voorzijde op pijlertjes die zijn uitgevoerd met bladwerkkapiteeltjes. Aan de (korte) zijkanten, in de hoek met het muurwerk van de gevel, zijn dito kapiteeltjes op pilastertjes aangebracht. Links en rechts is de zuidgevel op beide bouwlagen voorzien van getoogde vensters met persiennes, terwijl het balcon op de verdieping door een getoogde, dubbele glazen met bovenlicht deur van binnenuit toegankelijk is. Deze deur is gevat in lijstwerk, waarin een siermotief is aangebracht. De middenrisaliet heeft gladde pilasters; de gevel heeft op de begane grond gerusticeerde en op de verdieping gladde hoekpilasters. Het interieur van het hoofdgebouw bezit nog de oorspronkelijke ruimte-indeling. Opmerkelijk is dat (lange) gangen in dit gebouw ontbreken, hetgeen de ruimteschikking een bijzondere mate van hechtheid verleent. Rond de centraal gelegen hal zijn op de begane grond de afzonderlijke woonvertrekken en de keuken gegroepeerd. Vanuit deze hal voert een trap in drie lopen naar de verdieping. De toegang tot de trap wordt gemarkeerd door een brede boogstelling met pilasters die zijn voorzien van komposiet kapitelen. De binnenzijde van deze boog is gedecoreerd met kleine, vierkante cassettes waarin floraal ornament. Om de vide liggen ook op de verdieping de afzonderlijke vertrekken, waaronder een studeerkamer/bibliotheek en verschillende andere ruimten, alle met een woonfunctie. Door de vensters heeft de beschouwer langs de zichtassen gevarieerde en rijk geschakeerde vista's op het omringende park, waardoor de samenhang tussen arte-fact en natura-fact gestalte krijgt.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 409332. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats