Inleiding

Aan de westzijde van de Wilhelminastraat gelegen WOONBLOK. Het woonblok, dat deel uitmaakt van de gevelwand tussen de Prins Hendrikstraat (noord) en Mauritsstraat (zuid), grenst aan de noordzijde aan de pastorie Wilhelminastraat 22 en aan de zuidzijde aan het woonhuis Wilhelminastraat 30.

Het in Eclectische trant opgetrokken woonblok omvat drie woningen en werd in 1884 gebouwd naar ontwerp van S. Roog. Het woonblok maakt onderdeel uit van het formele stedenbouwkundige plan van de Wilhelminastraat en haar directe omgeving. De Wilhelminastraat werd in 1881 aangelegd als hoofdas van een westelijke stadsuitbreiding die plaats vond op de plek van de gedempte voormalige stadssingel. Deze stadsuitbreiding kenmerkt zich door een regelmatig en strak stratenpatroon, waarbij de individueel ontworpen woonblokken en woonhuizen een architectonische eenheid vormen. Met name langs de Wilhelminastraat en Mauritsstraat zijn de uit verschillende woonblokken en woonhuizen opgetrokken straatwanden opvallend door hun stedenbouwkundige eenheid en architectuur. De woonbebouwing langs de Wilhelminastraat wordt afgewisseld door een kerk en twee scholen, welke eveneens in de stedenbouwkundige opzet van de straat passen.

Omschrijving

Uit drie herenhuizen bestaand woonblok op rechthoekige plattegrond. Iedere woning is opgebouwd uit een begane grond, verdieping, mezzanino en kapverdieping. Het gehele woonblok wordt gedekt door een doorlopend afgeknot zadeldak, dat met de noklijn parallel aan de straat ligt. De kap is bekleed met zwarte kruispannen. Het in baksteen opgetrokken woonblok staat op een hardstenen plint en is langs de voorgevel versierd met gepleisterde detailleringen van hout of steen. Onder de vensters op de begane grond en verdieping bevindt zich een brede cordonlijst. Boven langs de gevel loopt een breed fries met kleine versierde consoles die de houten kroonlijst ondersteunen. Ter hoogte van de middelste woning bezit het fries een tandlijst. De hoeken van de drie woningen worden geaccentueerd door verticale lisenen met natuursteenblokken-motief. Elke woning is vier vensterassen breed, waarbij de vensteras waarin zich de entree bevindt (de tweede of derde vensteras) risaleert. Deze risalerende vensterassen worden geaccentueerd door een door consoles ondersteund balkon ter hoogte van de verdieping. De entree zelf bestaat uit een door middel van een drie treden tellende natuurstenen trap bereikbare paneeldeur, welke wordt afgesloten door een fronton. De vensters in de voorgevel van het woonblok zijn op de begane grond en verdieping alle houten schuifvensters met op de verdieping een T-naald. Ter hoogte van de balkons bevinden zich dubbele openslaande houten balkondeuren met bovenlicht. De vensteropeningen op de begane grond zijn omrand door een wit gepleisterde band met wenkbrauw. De vensteropeningen op de verdieping hebben eveneens een bepleisterde omranding maar worden bovenaan afgesloten door een hoofdgestel met gebogen fronton dat rijk versierd is met onder meer festoenen. De vensters ter hoogte van de mezzanino zijn dubbele houten vensters, waarbij de vensters in het middelste woonhuis hoger zijn dan in de twee hoekwoningen.

De achtergevel van het woonblok is soberder van uitvoering en decoratie en bezit in oorsprong verscheidene formaten houten vensters en ter hoogte van de begane grond serres en openslaande houten deuren.

Waardering

Grotendeels gaaf bewaard woonblok uit 1884 met drie herenhuizen in Eclectische trant, van algemeen belang vanwege de architectuurhistorische waarde en de stedenbouwkundige en ensemblewaarde als karakteristiek onderdeel van de 19de-eeuwse formele stadsuitbreiding van Haarlem rondom de Wilhelminastraat; het woonblok is een beeldbepalend element in de westelijke straatwand van de qua architectuur als een eenheid aandoende Wilhelminastraat. Tevens is het woonblok cultuurhistorisch van belang als element in de geschiedenis van het wonen voor welgestelden en van belang binnen het oeuvre van de architect S. Roog.