Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
516974
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82826/101
Kadastrale aanduiding
Gilze en Rijen B 2801
Stationsplein 6, 5121 EA te Rijen

Omschrijving

Inleiding.

Aan de noordoostelijke zijde van het Stationsplein, op de hoek met de Laagstraat, werd in 1929 in opdracht van de leerfabrikant A. van Wezel een VILLA met KANTOOR gebouwd in vormen van de Amsterdamse School. De vermoedelijke architect was de uit Tilburg afkomstige Huib Pontzen. Het pand hoorde bij de voormalige leerfabriek "De Adelaar" die iets verderop naar het oosten aan het spoor gelegen was. De leerfabriek functioneert niet meer als zodanig. Het pand heeft tegenwoordig een kantoorfunctie, zij het niet meer voor "De Adelaar". Aan de achterzijde is in 1968 een nieuw éénlaags kantoorgedeelte bijgebouwd. Dit gedeelte valt buiten de van rijkswege geldende bescherming.

Omschrijving.

Het door een lage gemetselde tuinmuur omgeven, geheel vrijstaande, onderkelderde, hoekpand bestaat uit meerdere in elkaar overgaande gedeelten die in dakvorm en plattegrond van elkaar verschillen: een hoofdmassa, een ingangsgedeelte, een kantoor en een garage-achtig gedeelte. De hoofdmassa bestaat uit twee bouwlagen met gevels van machinale baksteen, gemetseld in kettingverband, en overkapt met een steil, samengesteld schilddak met een opvallend uilenbord en gedekt met romaanse pannen. De plattegrond van de hoofdmassa is ongeveer vierkant met een verspringing bij het driehoekige ingangsportaal met een zadeldak en bij het woongedeelte in de meest rechtse travee. Links van het ingangsgedeelte bevindt zich nog een klein kantoorgedeelte op een rechthoekige grondslag. Het is een éénlaags aanbouw met gevels in schoon metselwerk onder een klein plat dakje met schilden. Dit gedeelte heeft een rechthoekige plattegrond. Aan de rechterzijde van de hoofdmassa bevindt zich een rechthoekige garage-achtige aanbouw van één bouwlaag onder een zadeldak met schild aan de achterzijde. Aan de achterzijde van de hoofdmassa is een is een kantoorgedeelte van één bouwlaag gebouwd. Dit gedeelte maakt geen deel uit van de oorspronkelijke kantoorvilla. Het pand is voorzien van recht gesloten vensters onder betonnen lateien. Deze lateien dragen, evenals de op plaatsen verspringende goot met overstek, sterk bij aan de verticale ritmiek van het pand. De vensters hebben meestal ramen met een stalen roedenverdeling en betegelde afzaten. De terrasdeuren aan de zijde van het station en de deur aan de oostzijde zijn van ijzer en hebben glas met een roedenverdeling. Opvallend zijn de driehoekige venstertjes in de topgevel boven de aan de westelijke zijde gelegen ingang. De grootste van deze twee heeft een roedenverdeling. Dit motief wordt weer herhaald in de venstertjes aan uiteinden van het uilebord van de hoofdmassa. De rechterzijde van het ingangsgedeelte is op de begane grond opengewerkt; het aldus ontstane overhangende gedeelte rust op twee, op een gemetselde muur geplaatste, gekoppelde betonnen zuilen met rechthoekige basementen en kapitelen. De ingang zelf bestaat uit een zeer fraai gedetailleerde, recht gesloten, geverniste, houten paneeldeur met kolommen en de initialen van de opdrachtgever; in het midden van de deur bevindt zich een raam met een ijzeren sierrooster met geometrische motieven daarvoor. Aan de achterzijde is het pand ter hoogte van de inwendige verdiepingstrap voorzien van vijf smalle, verticale raampartijen met kleurig glas-in-lood. Glas-in-lood is eveneens gebruikt bij het boven de ingang aan de oostzijde geplaatste venster. Intern zijn nog veel sporen van de oorspronkelijke ornamentiek bewaard gebleven: onder andere marmer op de vloeren, een houten lambrisering en trap, diverse kantoorkasten, een garderobe met tegenoverliggend fonteintje en Art-Déco-tegels, een vierkante lichtbak van glas-in-lood boven het trappegat, en nog meer figuratief en geometrisch glas-in-lood in diverse vensters en deuren. Bijzonder is het achter het driehoekige venster in de westelijke gevel gelegen balkon. De toegang tot dit bijna inpandige balkon wordt verkregen door een stalen draaideur met onder- en bovenliggende, bijna centraal geplaatste, scharnieren. Het driehoekige houten raam met roeden kan in twee gedeelten uiteen genomen worden en rust op houten klosjes.

Waardering.

Het pand is van algemeen belang.

Het pand heeft cultuurhistorisch belang als bijzondere uitdrukking van de sociaal-economische en typologische ontwikkeling van met de leerindustrie verbonden architectuur. Het pand heeft architectuurhistorisch belang vanwege de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp en vanwege de ornamentiek. Het pand heeft ensemblewaarden wegens de situering, verbonden met de ontwikkeling van het dorp.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Nee Handelsgebouwen, opslag- en transportgebouwen Handel en kantoor Kantoorgebouw
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis Villa met kantoor

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1929
1929
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Villa

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Expressionisme
invloeden

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Pontzen, Huib ; Noord-Brabant
architect / bouwkundige / constructeur