Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
523415
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82946/178
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Zutphen F 12171
Zutphen F 12172
Tengnagelshoek 9, 7201 NE te Zutphen
Tengnagelshoek 9 b, 7201 NE te Zutphen
Tengnagelshoek 9 a, 7201 NE te Zutphen

Omschrijving

Inleiding

Vrijstaande rooms-katholieke PASTORIE gebouwd in 1842, grondig vernieuwd in 1902 door de architect F.A. LUDEWIG in overgangsarchitectuur. In 1902 is vrijwel een nieuw huis gebouwd met behoud van de achterbouw die bestaat uit de halfronde uitbouw aan de achterzijde als restant van de muurtoren van de middeleeuwse stadsmuur, die ook onder de bescherming valt. In 1934 vindt een wijziging in het interieur plaats uitgevoerd door Jacobs gevolgd door een interne wijziging in 1981 door Boerman. Jacobs heeft in 1934 tevens de vensters gewijzigd in de voor- en achtergevel, de erker in de voorgevel gerealiseerd, van twee kleine dakkapellen één gemaakt en een uitbouw gerealiseerd aan de rechterzijde in aansluiting op de tuinmuur. De pastorie bevindt zich binnen de bebouwde kom van Zutphen als onderdeel van het voormalig katholiek centrum bestaande uit een kerk, kapel, gasthuis en schoolgebouwen. Momenteel is de begane grond van de pastorie in gebruik als kantoor van de Vrije School. Op de verdieping bevinden zich twee appartementen.

Omschrijving

PASTORIE uit 1902 met rechthoekige plattegrond bestaande uit twee bouwlagen en een zolder afgesloten door een schilddak gedekt met gesmoorde kruispannen. In het voor- en achterschild bevindt zich een dakkapel met in het rechterzijschild een rechthoekige bakstenen schoorsteenschacht. De gevels met uitgemetseld trasraam en rollaag zijn opgetrokken in lichtbruine baksteen in kruisverband. De gevels eindigen in een rij uitgemetselde bakstenen kruismotieven waarboven een smal bakstenen rondboogfries onder de geprofileerde bakgoot. Ter hoogte van de onder-, wissel- en bovendorpels bevinden zich speklagen van grijs-rode baksteen. De vensters bestaan grotendeels uit terug gelegen gekoppelde vensters met enkelruits onderramen en glas-in-loodramen in de bovenlichten. In de glas-in-loodramen worden drie lichtgele spitsbogen afgebeeld aan de buitenzijden opgevuld met hardblauw en hardgeel. De vensters worden aan de onderzijde afgesloten door een hardstenen lekdorpel en aan de bovenzijde door een hardstenen latei met boven elk venster een segmentboog. De onderramen worden van de bovenlichten gescheiden door een zandstenen kalf. Verticaal worden de vensters van elkaar gescheiden door bakstenen geprofileerde muurstijlen met aan de boven- en onderzijde een zandstenen blokje dat onderdeel uitmaakt van de velling. Het zandstenen blokje onder de latei of het kalf heeft een extra decoratie in de vorm van gebeeldhouwde vruchten (druiven, peer) of plantenmotieven. De entree in de voorgevel wordt afgesloten door eenzelfde decoratief gebeeldhouwd zandstenen rondboog met kruismotief. Tegen de achtergevel bevindt zich een tweelaags aanbouw met plat dak in 1934 opgetrokken in bruinrode baksteen in halfsteens verband. Op en tegen deze aanbouw bevindt zich een vierkante bakstenen schoorsteenschacht. Centraal in deze aanbouw bevindt zich een halfronde uitbouw daterend uit 1842 met plat dak op de fundamenten van de middeleeuwse muurtoren. De halfronde uitbouw wordt aan weerszijden geflankeerd door rechthoekige aanbouwsels van één bouwlaag met plat dak in halfsteens verband waarvan de rechteraanbouw de hoek omgaat en tevens een deel van de linkerzijgevel beslaat. In de ronde gepleisterde uitbouw bevinden zich twee gevelstenen met daarop de tekst HR HUBERTS/ R.C. PASTOOR / 1842' en J.T. van GINKEL/ KERK/ 1842' betrokken bij de bouw van de pastorie in 1842.

Centraal in de VOORGEVEL bevindt zich de ingangspartij bestaande uit twee hardstenen treden, een rondboogvormig portiek en een terug gelegen paneeldeur met meerruits rondboogvormig bovenlicht. De glasindeling in de paneeldeur wordt afgesloten door ijzeren paneelroosters met een rijk bewerkt open gewerkt ijzeren beslag rondom de brievenbus. Het portiek met velling wordt aan de bovenzijde afgesloten door een bakstenen rondboog met zandstenen aanzetstenen en een zandstenen geprofileerde rondboog. Middenboven krijgt de rondboog een spits met geprofileerd kruisvorm met bloemmotief op een zandstenen getrapte achtergrond. Middenboven bevinden zich twee gekoppelde terug gelegen vensters van elkaar gescheiden door geprofileerde bakstenen muurstijlen. Links van de entree bevindt zich een vijfzijdige erker op een bakstenen fundament afgesloten door een plat dak. Aan de voorzijde bevinden zich drie gekoppelde vensters, in de schuine zijde één venster met aan de buitenzijde nogmaals één venster. De vensters worden van elkaar gescheiden door geprofileerde bakstenen muurstijlen. Op de verdieping bevinden zich drie terug gelegen gekoppelde vensters. Rechts van de entree bevindt zich zowel op de begane grond als op de verdieping drie gekoppelde vensters van hetzelfde type. In het dakschild met zinken nokbekleding en bolpiron bevindt zich een dakkapel met drie gekoppelde glas-in-loodramen, een beschoten top met geprofileerde windveren met achterliggend aangekapt zadeldak.

De vensters in de LINKERZIJGEVEL zijn onregelmatig verdeeld. Uiterst rechts bevindt zich de zijgevel van de tweelaags aanbouw met plat dak met op de verdieping twee gekoppelde draairamen met glas-in-loodramen in de bovenlichten. Op de begane bevindt zich de éénlaags aanbouw als zijvleugel van de rondbouw in de achtergevel. Links haaks op deze gevel grenst een overblijfsel van de stadsmuur afgesloten door een ezelsrug. Rechts bevindt zich een rechthoekige verplaatste deur afgesloten door een rollaag. Vervolgens bevindt zich een hoger geplaatste rechthoekige nieuwe deur afgesloten door een rollaag met ervoor gelegen ijzeren trap. In de gevel bevinden zich speklagen van grijs-rode baksteen. Grenzend aan de aanbouw bevindt zich een lagere aanbouw met plat dak met een enkelruits raam met traliewerk rechtsboven. Boven het platte dak bevinden zich twee naast elkaar gelegen enkelruits ramen afgesloten door een segmentboog. Vervolgens bevinden zich op de begane grond drie onregelmatig verdeelde twee gekoppelde vensters met bakstenen muurstijlen. Op de verdieping bevindt zich van links naar rechts drie gekoppelde vensters met bakstenen muurstijlen, tweemaal een T-venster waarvan het twee-ruits onderraam van het glas-in-lood bovenlicht gescheiden is door een zandstenen kalf en een enkelruits venster met glas-in-lood bovenlicht en zandstenen kalf.

Centraal in de ACHTERGEVEL bevindt zich de halfronde gepleisterde uitbouw met gepleisterd bakstenen plint boven de restanten van de middeleeuwse muurtoren met rechts een kelderraam en links een deur. Boven de plint verjongt de gevel zich met centraal een dubbele deur met drieruits glasindeling met tweeruits rondboogvormig bovenlicht met rechthoekige geprofileerde omlijsting. De centrale deur wordt aan weerszijden geflankeerd door een gevelsteen en een zesruits naar binnenslaand stolpraam met identiek bovenlicht en omlijsting. Onder de vensters bevindt zich siermetselwerk. De ronde gevel wordt afgesloten door een houten daklijst met achterliggend plat dak met ijzeren strak vormgegeven balustrade. Op de verdieping in de tweelaagse aanbouw bevindt zich centraal tweemaal een raampartij dat elkaars spiegelbeeld is. De raampartij bestaat uit een enkele deur met glasindeling aan de buitenzijde aan één zijde geflankeerd door drie gekoppelde zijramen alle voorzien van glas-in-loodramen in de bovenlichten. Op de begane grond links van de ronde gevel bevindt zich een vleugel in halfsteens verband met uiterst links drie gekoppelde deur/raampartijen bestaande uit zesruits deuren met tweeruits bovenlicht. Een steektrap geeft toegang tot deze vleugel. In de rechtervleugel opgetrokken in lichtbruine baksteen bevinden zich twee gekoppelde T-vensters afgesloten door een rollaag met op kelderniveau twee gekoppelde ramen met traliewerk.

In de asymmetrische RECHTERZIJGEVEL bevinden zich voornamelijk terug gelegen gekoppelde vensters met bakstenen muurstijlen. Uiterst links is de gevel blind gevolgd door een vensteras met op de begane grond en de verdieping een identiek venster. In de aangrenzende as bevindt zich op de begane grond een later aangebrachte entree. De entree bestaat uit een steektrap aan weerszijden geflankeerd door zijmuren met ijzeren leuning voor de deuropening met aan de linkerzijde een zijlicht. Halverwege de verdieping bevinden zich vier gekoppelde glas-in-loodramen met bakstenen muurstijlen voor de lichtinval in de achterliggende trappartij. Onder de daklijst bevinden zich twee gekoppelde vensters met bakstenen muurstijlen met aan de rechterzijde gelegen een enkelruits raam. De vensteras rechts van de entree is identiek aan de vensteras links van de entree. De gevel van het hoofdvolume eindigt in een vensteras met op de begane grond en de verdieping drie gekoppelde vensters met glas-in-loodramen in de bovenlichten van elkaar gescheiden door bakstenen muurstijlen. Deze as wordt aan de rechterzijde begrenst door een uitgemetseld bakstenen rookkanaal die uitsteekt boven de dakvoet. Aan de rechterzijde van het rookkanaal bevindt zich de tweelaags aanbouw met op de begane grond de éénlaagse uitbouw.

De onderdelen in het INTERIEUR dateren uit verschillende perioden. De lange gang met tochtportaal leidt van de entree naar de ovale kamer. Het tochtportaal bestaat uit een enkele deur met vierruits glasindeling met enkelruits bovenlicht door een H-vormige glas-in-loodstrook van elkaar gescheiden. In de gang bevindt zich een terrazzo vloer bestaande uit rechthoekige gemêleerde invullingen omlijst door een zwart-grijze rand. In een vlak bevindt zich een cirkel bestaande uit zwarte mozaïek met wit ingelegd vierkant met langs de rand van de cirkel de tekst SALUS PAX INTRANTIBUS' in witte mozaïek letters. Een rondboog herinnert nog aan de oorspronkelijke doorgang naar de trappartij. Momenteel is een deel van de oorspronkelijke bordestrap verwijderd en een steektrap toegevoegd die uitkomt bij de zij-ingang in de rechterzijgevel. De oorspronkelijke houten trapdelen bestaan uit kraalschroten delen met geprofileerde muurstijlen en korbelen geschilderd in de kleuren bruin en groen. Aan weerszijden van de gang bevinden zich kamers aan de rechterzijde onderbroken door de trappartij. De lambrisering in de kamer en suite aan de linkerzijde is aangebracht in 1934 bestaande uit 'Fransch-noten triplex platen' in een zwarte geprofileerde omlijsting. De gang eindigt in de ovale kamer waarvan de muurtoren onderdeel uitmaakt met ingebouwde muurkasten afgesloten door holle paneeldeuren en een zandstenen neogotische schoorsteenmantel. In het gehele pand bevinden zich de originele paneeldeuren met houten geprofileerde omlijsting.

Waardering

Vrijstaande rooms-katholieke PASTORIE gebouwd in 1842, grondig vernieuwd in 1902 door de architect F.A. LUDEWIG in overgangsarchitectuur, deels gebouwd op de restanten van een middeleeuwse muurtoren en stadsmuur.

- Van architectuurhistorische waarde als goed voorbeeld van een gaaf bewaarde pastorie in overgangsarchitectuur van de architect Ludewig met neogotische invloeden. De resten van de muurtoren en stadsmuur zijn van belang als overblijfsel van de middeleeuwse verdedigingswerken.

- Van stedenbouwkundige waarde vanwege de ligging van de pastorie op fundamenten van de middeleeuwse stadsmuur met muurtoren in een voormalig rooms-katholiek centrum bestaande uit een pastorie, een kapel met gasthuis, lagere meisjes- en jongensschool en een kerk.

- Van cultuurhistorische waarde als voorbeeld van het type pastorie representatief voor de ontwikkeling van het religieuze leven in Nederland.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Religieuze gebouwen Kerkelijke dienstwoning Pastorie(F)

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1842
1842
exact
verbouwing
1902
1902
exact
door architect F.A. Ludewig
verbouwing
1934
1934
exact
interne wijziging G.J. Jacobs
verbouwing
1981
1981
exact
interne wijziging door Boerman

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Art Nouveau
invloeden
Neo-Gotiek
invloeden
Overgangsarchitectuur
invloeden