Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
524303
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82879/80
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Rotterdam Z 5259
Rotterdam Z 5260
Walenburgerweg 31, 3039 AC te Rotterdam
Walenburgerweg 33, 3039 AC te Rotterdam

Omschrijving

Inleiding

VILLA "Oud Walenburg", gebouwd in 1907 in Um 1800 stijl met Neo-Barokke details naar ontwerp van architect E. Cuypers, in opdracht van de houthandelaar Jan P. Helmer. De villa werd gebouwd ter plaatse van de voormalige (uit de zestiende eeuw daterende) buitenplaats Walenburch.

In 1919 kwam de villa in het bezit van de Congregatie van de H. Catherina van Siena, dominicanessen van Voorschoten, die er een klooster van maakten. In 1920-1921 realiseerde de Congregatie een uitbreiding, in sobere traditionalistische stijl, aan de oostzijde van de villa, die ook onder de bescherming valt. Het grondgebied van het landgoed werd in de loop der jaren grotendeels bebouwd op de voortuin en zeer diepe achtertuin achter het klooster na.

N.B. Op 19 mei 1960 werd in de (zeer diepe) achtertuin de afsluitsteen van het familiegraf van het geslacht Walenburg geplaatst.

Tegenwoordig is het klooster (de uitbreiding) evenals de kapverdieping van de villa in gebruik als jongerenpension.

Omschrijving

De (oorspronkelijk vrijstaande) villa met grote voortuin is opgetrokken op een rechthoekige plattegrond en omvat (gedeeltelijk) een souterrain, twee verdiepingen en een kapverdieping onder een met leien gedekt schilddak. De nok is voorzien van een dakruiter, met luiklok en uurwerk. Op de hoeken staan vier schoorstenen. Het dak is voorzien van dakkapellen: twee aan de voorzijde, drie aan de westzijde waarvan de middelste met grotere afmetingen en een afgeplat dakje, en twee aan de achterzijde. De gevels zijn gemetseld met rode baksteen en voorzien van natuurstenen details en hoekblokken. De rechthoekige (schuif)vensters hebben houten kozijnen en bovenlichten met kleine roedenverdeling en zijn voorzien van persiennes. De voorgevel is vijf vensterassen breed en heeft een middenrisaliet met een natuurstenen bordestrap voor de ingang. Boven de ingang is een door Dorische zuilen gedragen natuurstenen balkon gesitueerd. De ingang bestaat uit een houten deur met houtsnijwerk (ridderhelmen) en een klein rondboogvenster met siertraliewerk. Rond de deur bevindt zich een glas-in-lood omlijsting, eveneens achter siertraliewerk. Het balkon heeft een natuurstenen balustrade met op de hoeken twee schildhoudende leeuwen. Op het balkon een dubbele houten deur met bovenlicht en luiken conform de overige vensters (op begane grond en eerste verdieping twee aan weerszijden van de middenrisaliet). Boven deze deur bevindt zich een natuurstenen lijst waarin de naam "Oud Walenburg" is gebeiteld. De middentravee wordt beëindigd met een topgevel met fronton en rondboogvenster, geflankeerd door kleine natuurstenen balustrades en klauwstukken. Onder de geprofileerde houten daklijst bevindt zich een natuurstenen tandlijst en boven iedere vensteras een natuurstenen guirlande. De westgevel bevat drie vensterassen en heeft links op de begane grond een grote serre met gemetselde pilasters en natuurstenen voluten. De serre heeft in het midden een dubbele deur die via een trap toegang geeft tot de (voormalige) tuin. Aan weerszijden van de deur bevinden zich drieledige vensters, evenals in de zuid- en noordgevel van de serre. De serre wordt afgesloten met een fijne tandlijst en een geprofileerde houten kroonlijst. Op de eerste verdieping geven twee dubbele deuren toegang tot het grote balkon met balustrade met bolvormige bekroningen.

De achtergevel heeft eveneens een middenrisaliet waarin zich op de begane grond links een houten geprofileerde deur en rechts een tweeledig klein venster bevinden en op de verdieping drie hoge glas-in-lood vensters. De risaliet wordt afgesloten met een topgevel waarin zich een rechthoekig venster geflankeerd door kleinere vensters bevindt. Het muurveld links van de risaliet is op de begane grond gelijk getrokken met de ingangspartij waarboven zich op de verdieping een balkon met gemetselde borstwering bevindt. Aan weerszijden van de middenrisaliet bevinden zich op de begane grond hoge vensters geflankeerd door, even hoge, zeer smalle vensters die voorzien zijn van een eigen persienne. Op de verdieping bevindt zich aan weerszijden van de middenrisaliet een venster. De (klooster)uitbreiding in traditionalistische stijl aan de oostgevel van de villa, is opgetrokken op een kruisvormige plattegrond, waarvan de vleugel in het verlengde van de villa breder is. De uitbreiding is gedeeltelijk onderkelderd en omvat gedeeltelijk twee en gedeeltelijk drie bouwlagen en een kapverdieping onder een ruim overkragend en met pannen gedekt zadeldak. De gevels zijn opgetrokken in rode baksteen en voorzien van summier siermetselwerk. De uitbreiding bevat op de begane grond in de voorgevels rechthoekige schuifvensters met bovenlichten met kleine roedenverdeling, vormgegeven conform de villavensters. Op de eerste verdieping en (een hoger opgetrokken deel van de) kapverdieping bevinden zich een rondlicht (kopse gevel aan de Walenburgerweg) en rondboogvensters met glas-in-lood.

Op de begane grond van de kopse gevel aan de Walenburgerweg bevinden zich drie smalle vensters tussen uitspringende muurdammen. Hierboven is een natuurstenen beeld van de heilige Catherina van Siena aangebracht.

De zijgevels van de begane grond kragen uit, waarbij deze uitspringende delen worden afgesloten door ruim overkragende daklijsten.

De (zeer eenvoudige) hoofdingang bevindt zich in een uitspringend bouwvolume aan de westgevel van de dwars op de straat gesitueerde (smallere) vleugel. Dit bouwvolume is ter hoogte van de eerste verdieping met hout bekleed en afgesloten met een ruim overkragende daklijst. De zij- achtergevels hebben een sobere indeling met vierkante en rechthoekige vensters met kleine roedenverdeling. Aan de achtergevel bevinden zich een klein en een groter balkon met bakstenen borstwering.

In het interieur van de villa bevindt zich achter de ingang de hal met wit marmeren vloer en lambrizering. Aan het eind van de hal bevindt zich het centrale trappenhuis met houten trap en geprofileerde houten balustrade en lambrizering. In de achtergevel bevindt zich hier een grote gebrandschilderde vensterpartij met bloem- en vaasmotieven in Empire-stijl. Het middelste venster is vervangen door een glas-in-loodvenster met apostelfiguur en het kleinere venster eronder bevat de tekst: "aangeboden door de oud-leerlingen v.h. pensionaat O.L.Vr.v.Lourdes te Blijdorp op 28 augustus 1924, 1874-1924".

Onder de trap bevindt zich op de begane grond een toilet met de originele witte betegeling met groen en blauw plantenmotief, wit marmeren vloer en in een hoek een wastafeltje gedragen door een gietijzeren gedecoreerd onderstel. Rechts van het hoofdtrappenhuis bevindt zich de (houten) diensttrap. Op de begane grond bevinden zich vanuit de hal links (westelijk) twee grote kamers-en-suite met schuifdeuren. De kamers zijn voorzien van parketvloeren, lage houten (geverfde) lambrizering en gedecoreerde stucplafonds met planten- en bloemmotieven. De schouw bevat een koperen gedecoreerde haardplaat en rand. Vanuit de achterkamer is de serre bereikbaar via een grote houten wand met vensters en dubbele deuren. Rechts van de hal bevindt zich aan de voorzijde (zuidoostelijk) een vierkante kamer met parketvloer, wit marmeren gedecoreerde schouw en een stuccoplafond met goudbeschildering in Empire-stijl. Het vertrek rechts van de trappenhuizen (noordoostelijk) is verbouwd tot keuken. De oorspronkelijke keuken bevond zich hier beneden, in het souterrain. Hier zijn nog de originele geel/rode tegelvloeren, wasbak op porseleinen zuiltjes en provisiekasten aanwezig. Op de verdieping bevindt zich achter het balkon aan de voorgevel een kleine kamer (oorspronkelijk boudoir?) met een rijk stucplafond voorzien van plantenmotieven en vier medaillons met vrouwehoofden 'en profile' met goud- en olijfgroenkleurige beschildering. De vierkante kamer in de zuidoostelijke hoek heeft een parketvloer en eikehouten lambrizering, een schouw met delftsblauwe tegeltjes, koperwerk en groen marmeren schoorsteenmantel. Links van de hal (westelijk) bevindt zich een groot vertrek met twee dubbele deuren naar het balkon en twee muurkasten met dubbele deuren, vormgegeven conform de overige deuren. In de noordoostelijke hoek bevindt zich nog een kleine rechthoekige kamer met een zwart marmeren schoorsteenmantel. Alle elegant geprofileerde houten deuren in de villa zijn nog origineel en voorzien van de oorspronkelijke koperen deurklinken.

De (klooster)uitbreiding is inwendig geheel gerenoveerd. Het trappenhuis (zuidoostelijk in het pand) bevat nog wel de oorspronkelijke crème en groene betegeling en houten balustrade, evenals de hoge rechthoekige glas-en-loodvensters. In de smalle vleugel bevindt zich aan de Walenburgerwegzijde op de begane grond een grote zaal met rondboogvormige vensternissen. Op de verdieping bevindt zich hierboven de voormalige kapel met vijf grote en vier kleinere rondboogvensters met glas-in-lood met religieuze voorstellingen.

Waardering

Villa "Oud Walenburg", gebouwd in 1907 naar historiserend ontwerp van architect E. Cuypers met kloosteruitbreiding uit 1920-1921, van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische -, architectuurhistorische en situationele waarde, met name ook vanwege het nog zeer gave interieur in Um 1800 stijl van de villa.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Woonhuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1907
1907
exact

Bouwtypen

Hoofdcategorie Subcategorie Bouwtypen Toelichting
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Villa

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Heroriëntatie op tradit. bouwwijzen
invloeden
met Neo-Barok invloeden

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Cuypers, E. ; Stad Rotterdam II
architect / bouwkundige / constructeur
Helmer, J.P. ; Stad Rotterdam II
opdrachtgever