Complexgegevens

Complexnummer
509346

Omschrijving

Inleiding

UITWATERINGS- EN BEMALINGSCOMPLEX, aangelegd vanaf 1875. In 1875 kocht het bestuur van het waterschap "De 29 gemeenschappelijke polders", dat de zeedijk op Texel in beheer en onderhoud had, van de polder Eijerland de zand- en slikgronden aan de oostkant van het eiland, genaamd "Het Noorden", om deze te bedijken. Bedijking was in de eerste plaats nodig ter beveiliging van de zeedijk tussen de polder Waal en Burg en Krassekeet, sedert 1800 hét zorgenkind van bovengenoemd waterschap. De uitwateringssluis in de nieuw te maken afsluitdijk van de polder Het Noorden moest niet alleen dienen voor de waterlozing van de nieuwe polder, maar ook voor die van de polders Eijerland en Waal en Burg. Hiertoe werden in deze sluis drie openingen gemaakt. De polder Eijerland loosde via de Hoogezandkilsluis en een aantal afwateringskanalen uiteindelijk op de noordelijke opening van de sluis. De polder Waal en Burg waterde af via een nieuw gegraven afwateringskanaal door de zuidelijke opening van de sluis. Vóór de aanleg van het sluizencomplex in de polder Het Noorden dienden het Binnenzwin en het Buitenzwin, twee oude kreken in de zand- en slikgronden, tot uitwatering van Waal en Burg. De polder Het Noorden waterde af door de middelste opening. Om de polder Het Noorden te bemalen werd in 1877-1878 voor de sluis een molen gebouwd met een tamelijk grote voorboezem (spaarbekken) aangezien er slechts bij laag water geloosd kon worden. De poldermolen is reeds een rijksmonument (geregistreerd onder monumentnr 35180).

Deze toestand heeft tot 1913 bestaan. In dat jaar ging men in de polder Het Noorden over tot het stichten van een gemaal, het gemaal "Het Noorden". Voortaan diende de molen alleen nog als hulpbemaling. Toen de polder Eijerland in 1919 op eigen bemaling overging, stopte de afwatering van deze polder door de sluis en loosde voortaan zelfstandig. Alleen de polder Waal en Burg bleef op de oude manier uitwateren. In 1939 werd het gemaal "Het Noorden" geëlectrificeerd en was de molen ook als hulpbemaling overbodig geworden. De voormalige boezem van de polder Eijerland werd in 1951 aan de polder Het Noorden overgedragen om als tweede spaarbekken voor deze polder te kunnen dienen. Hiertoe werd in deze boezem op de hoogte van de Derde Damweg een waterkering aangebracht, bestaande uit schotbalken.

Zowel het gemaal Het Noorden als dat van de polder Waal en Burg werden omstreeks 1979 vervangen door een gemaal bij Krassekeet, waardoor de uitwateringssluis van de polder Het Noorden ophield te functioneren. In 1980 begon Rijkswaterstaat met het verzwaren van de zeedijk aan de oostkant van het eiland, maar men heeft dit sluizencomplex bewaard. Wel heeft men, omdat de sluis geen dienst meer deed en in het nieuwe dijklichaam moest passen, het gedeelte ten oosten van de sluisdeuren verwijderd en de sluis daar met een betonnen wand afgesloten.

Omschrijving

Het uitwaterings- en bemalingscomplex van de polders "Het Noorden", "Eijerland", "Waal en Burg" bevat de volgende onderdelen: de bemalingsmolen Het Noorden (reeds rijksmonument, nr 31580), het gemaal Het Noorden, een drieledige uitwateringssluis met toevoerkanalen, een boezemkolk met drie boezems, boezemdijken en uitwateringskanalen.

Waardering

Het voormalige bemalings- en uitwateringscomplex van de polders "Het Noorden", "Eijerland", "Waal en Burg" bestaande uit de bemalingsmolen Het Noorden, het gemaal Het Noorden, een drieledige uitwateringssluis met toevoerkanalen, een boezemkolk met drie boezems, boezemdijken en uitwateringskanalen, is van algemeen belang uit waterstaatkundig, cultuur- en architectuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard gebleven en zeldzaam voorbeeld van een uit het vierde kwart van de 19de eeuw daterend uitwateringscomplex van drie polders op het Noordhollandse platteland.