Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
517427
Complexnummer
517426 - Oostereiland
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82849/163
Kadastrale aanduiding
Hoorn A 6107
Hoorn A 6106
Hoorn A 6146
Hoorn A 6105
Hoorn A 6108
Krententuin 1, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 2, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 3, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 4, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 5, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 6, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 7, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 8, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 9, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 10, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 11, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 12, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 14, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 15, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 16, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 17, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 18, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 19, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 20, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 22, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 21, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 23, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 25, 1621 DG te Hoorn
Krententuin 24, 1621 DG te Hoorn
Schuijteskade 1, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 3, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 5, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 16, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 4, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 14, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 13, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 18, 1621 DE te Hoorn
Schuijteskade 20, 1621 DE te Hoorn

Omschrijving

Omschrijving

Het HOOFDGEBOUW van het complex Oostereiland bestaat uit 6 vleugels uit diverse bouwfasen om een rechthoekige binnenplaats.

De noordoostvleugel (vleugel 1) bestaat uit een souterrain, twee bouwlagen en een kapverdieping en is opgetrokken in baksteen afgewerkt met een sierpleisterlaag. De vleugel is verdeeld in een voorhuis en een lager achterhuis, beide voorzien van een zadeldak bedekt met rode Hollandse pannen. De nokken lopen parallel aan de voorgevel. In het voorhuis bevindt zich nog de originele 17de-eeuwse kapconstructie. De voorgevel (O) is verdeeld in negen traveeën waarbij de middelste drie traveeën een middenrisaliet vormen die bekroond wordt met een fronton. De ingangspartijen bevinden zich in de vierde en zevende travee van links met deuren met vierruits bovenlicht. De deuren zijn via een hardstenen trap te bereiken. In het souterrain zijn links van de middenrisaliet drie vensters aangebracht. Op de begane grond bevinden zich links van de middenrisaliet drie zesruits schuifvensters en rechts van de middenrisaliet naast de deur twee zesruits schuifvensters. Naast de deur in de middenrisaliet zijn twee vijftienruits schuifvensters aangebracht. Het muuroppervlak van de middenrisaliet is op de begane grond voorzien van schijnvoegen in het pleisterwerk. De eerste verdieping telt over de gehele breedte negen negenruits schuifvensters, waarvan de middelste drie worden afgesloten met een geprofileerde gepleisterde sierlijst. De gevel wordt met een gesloten attiek afgesloten. De middenrisaliet doorbreekt de borstwering en wordt bekroond door een topgevel onder een ingestoken zadeldak. In deze topgevel bevinden zich boven elkaar twee ronde vensters, welke gedecoreerd worden door een gepleisterde sierlijst. Het onderste venster wordt geflankeerd door twee drieruits vensters, eveneens voorzien van een geprofileerde, gepleisterde sierlijst. De lekdorpels van alle vensters in de gehele gevel zijn vervaardigd uit natuursteen, en worden gedragen door sobere consoles. De gevel wordt aan weerszijden beëindigd door een liseen met schijnvoegen. Rechts van deze vleugel bevindt zich de als topgevel uitgevoerde oostelijke zijgevel van de noordvleugel.

De in rode baksteen opgetrokken noordvleugel (vleugel 2) telt twee bouwlagen en een kapverdieping onder een met rode Hollandse pannen gedekt zadeldak. Op de begane grond zijn in de oostelijke zijgevel ter plaatse van de voormalige directeurswoning twee getoogde en gekoppelde vaste vensters met een gekoppeld bovenlicht geplaatst. Tussen de begane grond en de eerste verdieping bevindt zich een hardstenen cordonlijst. Deze cordonlijst vormt tevens de lekdorpel van de twee rondboogvensters op de verdieping. Achter deze hoge rondboogvensters bevindt zich een kerkruimte. In de kapverdieping is een rondvenster aangebracht. De noordgevel van de noordvleugel wordt in tweeën gedeeld door een middenrisaliet. Het geveldeel links hiervan is door twee steunberen in drie traveeën verdeeld. De linker travee bezit op de begane grond een erker. De middelste travee heeft op de verdieping drie hoge rondboogvensters, identiek aan de vensters in de zijgevel van dit bouwdeel. Op de begane grond bevinden zich hier een driedelig venster en een deur. De rechter travee is drie vensterassen breed met op de begane grond drie getoogde vensters en op de verdieping dezelfde rondboogvensters als in de middelste travee. In de middenrisaliet zijn boven elkaar twee dichtgemetselde vensters aanwezig, waarvan de bovenste voorzien is van een bovenlicht met ruit. Rechts van de risaliet bevinden zich op de begane grond drie brede getoogde vensters en drie paar smalle getoogde vensters (het rechter paar is tussen 1986 en 1991 aangebracht). Tussen het tweede en derde paar van rechts bevindt zich, iets hoger geplaatst, nog een breed venster, dat identiek is aan de andere brede vensters in deze gevel. Boven de begane grond telde het rechter gedeelte oorspronkelijk twee verdiepingen met op elke verdieping een reeks van vijf paar smalle getoogde vensters. De twee verdiepingen zijn naderhand samengevoegd tot één hoge verdieping waarbij de middenste rij vensters werd dichtgezet. Op de scheiding van de begane grond en de eerste verdieping bevinden zich in totaal zestien muurijzers. Vier rozetankers boven de middenste rij vensters markeren de plaats waar vroeger de vloer van de tweede verdieping zat. Ter hoogte van de zolderbalklaag zijn eveneens vier rozetankers aangebracht. De noordgevel wordt aan de rechter kant afgesloten door een smalle risaliet. Bovenlangs wordt de gevel afgesloten door een geprofileerde daklijst.

De in rode baksteen opgetrokken noordwestvleugel (vleugel 3) telt twee (oorspronkelijk drie) bouwlagen plus een kapverdieping en is afgedekt met een zadeldak met rode Hollandse pannen. Evenals in de rechter helft van de noordgevel zijn in de westgevel van de noordwestvleugel op de eerste verdieping twee rijen paarsgewijs geplaatste smalle getoogde vensters aangebracht. Ook hier is de onderste van de twee rijen naderhand dichtgezet. De begane grond is voorzien van twee paar smalle vensters en negen grote brede vensters. Al deze vensters worden ontlast door een segmentboog. Het vierde grote venster van links is geplaatst in een risaliet, die qua opzet vergelijkbaar is met de middenrisaliet in de noordelijke gevel. Een soortgelijke opzet wordt nog eens herhaald in de risaliet die de westgevel rechts afsluit. Tussen het vijfde en het zesde venster is op de begane grond een aanbouw geplaatst, één bouwlaag hoog met een plat dak.

De zuidwestvleugel (vleugel 5) is één bouwlaag hoog met een kapverdieping onder een zadeldak met rode Hollandse pannen. Het geheel is in rode baksteen opgetrokken, met links tegen de westgevel een aanbouw met een plat dak. Langs de daklijst van de gevel is een segmentboogfries op consoles aangebracht. Rechts van de aanbouw zijn twee brede en vier paar smalle getoogde vensters geplaatst.

De in 1870-1873 gebouwde zuidvleugel (vleugel 6, "Alcovengebouw"), is de grootste vleugel van het complex. De zuidvleugel bestaat uit twee evenwijdige bouwblokken van drie bouwlagen, elk met een groot zadeldak met rode Hollandse pannen, waarvan de nok oost-west gesitueerd is. Het gebouw is opgetrokken in rode baksteen met aan de oost- en aan de westzijde twee topgevels. De oostelijke topgevels zijn voorzien van gepleisterde spaarvelden. De symmetrische kopgevels hebben in de eerste en tweede bouwlaag vier paar smalle getoogde vensters. De topgevels zijn voorzien van een hoog tweedelig venster waarin een rechthoekig en een rondboograam. Tussen het noordelijke en het zuidelijke blok van deze vleugel bevindt zich een verbinding in de vorm van een terugliggende corridor van drie bouwlagen hoog en een kapverdieping met een plat dak. In de terugliggende gevelwanden, zowel aan de oost- als aan de westkant bevinden zich rondboogvensters die vanwege de achterliggende trappenhuizen trapsgewijs geplaatst zijn. De zuidgevel is symmetrisch van opzet. De ingangspartij is geplaatst in een middenrisaliet die door de daklijst heen doorgetrokken is tot een tuitgevel onder een ingestoken zadeldak. In deze tuitgevel bevindt zich een rondboogvenster. Onder dit venster is een driedelig gekoppeld segmentvenster met bovenlicht geplaatst, waarvan de borstwering direct aansluit op de latei van het driedelig gekoppelde venster met borstwering op de eerste verdieping. Hieronder op de begane grond is een openslaande deur geplaatst, geflankeerd door twee vensters en voorzien van een driedelig gekoppeld segmentvormig bovenlicht. Links en rechts van de middenrisaliet zijn per bouwlaag vijf segmentboogvensters aangebracht. De daklijst wordt ondersteund door een segmentboogfries.

De zuidoostelijke vleugel (vleugel 4) bestaat uit een souterrain, een bouwlaag en een kapverdieping afgedekt met een zadeldak met rode hollandse pannen. De gevels zijn opgetrokken in baksteen en afgewerkt met pleisterwerk met schijnvoegen. In de oostgevel van deze vleugel zijn ter hoogte van het souterrain zestien vensters aangebracht. De hoofdverdieping heeft onder meer een aantal vaste zesruits vensters en twee deuren. In het dakschild boven de oostgevel is een reeks dakvensters aangebracht. De zuidoostvleugel is verbonden met de noordoostelijke vleugel door middel van een later geplaatste toegangspoort.

Met uitzondering van de vensters waarachter zich de kantoorruimtes bevinden, zijn vrijwel alle vensters van de vleugels voorzien van tralies. Ook de vensters in de gevels rond de binnenplaats hebben smeedijzeren tralies, behalve die in de noordoost- en de zuidoostvleugel en de verdiepingsvensters in de zuidgevel van de noordvleugel. Op de (vernieuwde) dakvlakken rond de binnenplaats liggen rode opnieuw verbeterde Hollandse pannen.

De aan de binnenplaats gelegen witgepleisterde achtergevel (W) van de noordoostvleugel (vleugel 1) wordt afgesloten door een gootlijst op geprofileerde klossen en telt tien vensterassen. Ter hoogte van het souterrain zijn zesruits liggende vensters toegepast, met uitzondering van de vierde vensteras waar zich een opgeklampte deur bevindt. De begane grond is voorzien van zesruits vensters bestaande uit een vierruits stolpraam waarboven een tweeruits uitzetraam. Op de eerste verdieping zijn vierruits stolpramen aangebracht. De vensters in de derde vensteras van rechts hebben in de eerste en tweede bouwlaag plaats gemaakt voor twee uitzetraampjes. In de vijfde en negende vensteras is op de begane grond een (vernieuwde) deur aangebracht. Alle vensters in deze gevel hebben hardstenen lekdorpels. Ter hoogte van de vloeren zijn schootankers aangebracht. De eveneens witgepleisterde linkerzijgevel (Z) van de noordoostvleugel heeft links zowel in het souterrain als in de eerste bouwlaag een venster als in de achtergevel. Rechts en in het midden van het souterrain bevindt zich een vernieuwde deur.

Het witgepleisterde rechter gedeelte van de zuidgevel van de noordvleugel (vleugel 2) heeft ter hoogte van de kerkruimte in de tweede bouwlaag vier hoge gietijzeren rondboogvensters. In het gepleisterde geveldeel zit linksonder een getoogde deur waarboven een getoogd zestienruits venster. Links van het gepleisterde gedeelte is de zuidgevel opgetrokken in bruinrode handvormsteen waalformaat in kruisverband met snijvoeg. Zowel op de begane grond als de eerste verdieping zijn hier (vijf respectievelijk zes) grote getoogde zestienruits valramen toegepast, voorzien van hardstenen lekdorpels. Links- en rechtsonder zit een getoogde dubbele deur, en rechtsboven een gewijzigde deur met een getoogd tienruits bovenlicht. De zuidgevel van de noordvleugel wordt afgesloten door een met hardsteen afgedekt boogfries waarvan de segmentbogen rusten op geprofileerde hardstenen consoles.

De noordwestvleugel (vleugel 3) heeft in de oostgevel in beide bouwlagen veertien getoogde vensters als in de zuidgevel van de noordvleugel, en wordt afgesloten door een vergelijkbaar boogfries waarvan de bovenrand is vernieuwd in beton. Op de begane grond is onder het eerste, zesde en achtste venster van links een vernieuwde dubbele deur aangebracht. Het geveldeel rechts van de bouwnaad is evenals de zuidgevel opgetrokken in bruinrode handvormsteen; het linker gedeelte is uitgevoerd in rode machinale baksteen en vermoedelijk van jongere datum.

De oostgevel van de lagere zuidwestvleugel (vleugel 5) is gemetseld in bruinrode handvormsteen (formaat circa 21 x 4,5 cm) in kruisverband met snijvoeg en wordt afgesloten door een boogfries als genoemd. Het boogfries wordt onderbroken door vier als tuitgevels uitgevoerde Vlaamse gevels met hoge rondboogvensters en zinkgedekte zadeldaken. De vensters zijn voorzien van een zestienruits stolpraam met twaalfruits bovenlicht en een hardstenen lekdorpel. De tuitgevels worden afgedekt met een geprofileerde lijst van hardsteen. Onder elk van de twee rechter rondboogvensters is op de begane grond een brede getoogde glaspui aangebracht bestaande uit een door twaalfruits ramen geflankeerde dubbele deur met in elke deurhelft een zesruits raam en boven de deur een 21-ruits bovenlicht. De stijlen ter weerszijden van de dubbele deuren zijn onderaan uitgevoerd in hardsteen. Alle vensters op de begane grond hebben lekdorpels van hetzelfde materiaal. In het midden van de begane grond is een minder brede pui geplaatst bestaande uit een opgeklampte deur (r) en een negenruits venster (l) onder een getoogd bovenlicht waarin een zesruits valraam tussen twee zesruits vaste ramen. De linker helft van de begane grond telt drie getoogde vensters elk samengesteld uit drie zesruits onderramen en drie dito bovenlichten (deels uitgevoerd als val- of draairaam). Tussen het tweede en derde venster van links bevindt zich een dubbele paneeldeur met een getoogd twaalfruits bovenlicht. Voor de vensters in de rechter helft van de begane grond ontbreken tralies. Boven de begane grond zijn ter hoogte van de verdiepingsbalklaag schootankers aangebracht. In de als tuitgevel uitgevoerde symmetrische zuidgevel van de zuidwestvleugel zijn ter hoogte van de zolderverdieping naast elkaar twee vensters aangebracht, elk samengesteld uit een hoog rondboograam (aan de binnenzijde) waarnaast een hoog rechthoekig raam. De vernieuwde geveltop is voorzien van een gietijzeren rondvenster en schootankers ter hoogte van de gordingen van de kap.

De noordgevel van de zuidvleugel (alcovengebouw) is identiek aan de zuidgevel van deze vleugel.

De vensters en deuren in de witgepleisterde westgevel van de gerenoveerde zuidoostvleugel (vleugel 4) zijn niet oorspronkelijk.

Waardering

Het hoofdgebouw bestaande uit 6 vleugels is van algemeen belang wegens architectuur- en cultuurhistorische waarde als in fasen tot stand gekomen hoofdonderdeel van het complex "Oostereiland" en vanwege de goed herkenbare functie als gevangenis. Tevens heeft het object situationele waarde vanwege de beeldbepalende ligging op het Oostereiland-terrein.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 517426. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Bestuursgebouwen, rechtsgebouwen en overheidsgebouwen Bestuursgebouw en onderdl Admiraliteitsgebouw
Nee Cultuur, gezondheid en wetenschap Sociale zorg, liefdadigheid Aalmoezeniershuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1680
1680
globaal
verbouwing
1870
1873
exact

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
n.v.t.
niet van toepassing

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Metselaer, J.F. ; Noord-Holland
architect / bouwkundige / constructeur
1874-1875