Registergegevens

Monumentgegevens

Monumentnummer
524486
Complexnummer
524483 - Coromote
Inschrijving register
Kadaster deel/nr
82864/186
Internationaal kenteken
Nee
Kadastrale aanduiding
Wassenaar F 10164
Buurtweg 91, 2244 AB te Wassenaar

Omschrijving

Inleiding complexonderdeel 1

Het WOONHUIS (1) van het type landhuis, hoofdonderdeel van het complex Coromote, in Nieuw Historiserende stijl, is geïnspireerd op het Hollands-Classicisme met invloed van Engelse landhuisstijl en gebouwd in 1924 naar ontwerp van de Haagse architect S. de Clerq. In de achtergevel is een stichtingssteen ingemetseld met de tekst: "Hugo Alexander / Loudon / .1-XI-1924".

In aansluiting op de toen heersende belangstelling en mode tot het inrichten van stijlkamers zijn in het zeer rijk gedecoreerde interieur een aantal stijlkamers in verschillende Neo-stijlen aanwezig, waarbij gebruik is gemaakt van veel historisch materiaal. Kenmerkend is daarbij de belangstelling voor de Gouden Eeuw, waarbij in het historiserende interieur diverse 'antieke' historische elementen zijn opgenomen, zoals het goudleer, 16de- en 17de- eeuwse gebrandschilderde glas-in-loodpanelen en de 17de- en 18de-eeuwse schilderijen.

Verbouwingen van ondergeschikt belang, die in de periode 1926-1928 hebben plaatsgevonden onder leiding van de plaatselijke aannemer/architect G.J. Verboog hebben onder meer betrekking op het toevoegen van een dienstvertrek. Blijkens de aanwezigheid van duimen waren de vensters oorspronkelijk van luiken voorzien.

Sinds de jaren '60 is het landhuis in gebruik als residentie van de ambassadeur van Venezuela.

Omschrijving

Vrijstaande symmetrisch opgezette rechthoekige bouwmassa, die gedeeltelijk onderkelderd is, bestaat uit twee bouwlagen onder een afgeplat schilddak met rode (Engelse) leipannen. Op de vier nokhoeken staan zware schoorstenen in Engelse trant. De door een steekkapje gedekte dakkapellen hebben één of meer paren openslaande tweeruitsramen. De zijwanden zijn bekleed met leipannen. Het uit rode waalklinkers opgetrokken trasraam wordt afgedekt door een kantstaande rollaag. Daarboven zijn de gevels opgetrokken in een hardgrauwe handvormsteen (Utrechts formaat) in Vlaams verband. De vensters worden gedekt door strekken en hebben rood gebakken lekdorpels. De enkele en samengestelde raampartijen zijn voorzien van een roedenverdeling, deels uitgevoerd als klooster,- danwel kruiskozijn in 17de-eeuws aandoende trant. Alle geveleinden en de risalerende delen hebben geblokte hoekpilasters ter imitatie van rusticablokken. Onder de als hoofdgestel met gootklossen (guttae) uitgevoerde houten goot bevindt zich een decoratief fries.

De symmetrisch ingedeelde voorgevel (noordwest) heeft een door een driehoekig fronton bekroond middenrisaliet wwarin zich de entree bevindt, geaccentueerd door een balkon erboven. Entreepartij, middenrisaliet en geveleinden worden afgesloten door hoekpilasters. Een granieten stoep, bestaande uit drie halfronde treden, leidt naar een dubbele teakhouten deur. Boven het kalf, voorzien van snijwerk met bladmotief, bevindt zich een rondbogig bovenlicht met straalsgewijze roedenverdeling. De natuurstenen deuromlijsting bestaat uit een geprofileerde rondbogige omlijsting, geflankeerd door pilasters met verdiepte velden en guttae. Het balkon rust op zware consoles en heeft een gesmede balustrade die is uitgevoerd met fijn uitgevoerd krulwerk. Van de driedelige deurpartij van het balkon zijn de deur en het kalf uitgevoerd in de vorm van een spiegelboog. De middenpartij van het middenrisaliet wordt op de begane grond en verdieping geflankeerd door kloosterkozijnen. Op de begane grond zijn de vensters beveiligd met diefijzers in Neo-Lodewijk XV-stijl. Het driehoekige fronton boven het middenrisaliet heeft in het een midden een ronde oeil-de-boeuf, voorzien van een tuimelraam met roedenverdeling, binnen een natuurstenen omlijsting. Aan weerszijden van het middenrisaliet heeft de gevel één venster.

De rechter zijgevel (zuidwest) heeft op de begane grond rechts één venster en links een rechthoekige uitgebouwde erker met balkon, voorzien van een decoratief gemetselde balustrade met à-jourwerk. De grote raampartijen in voor- en rechterzijgevel hebben stalen kozijnen met roedenverdeling. Op de verdieping bevindt zich links op het balkon een dubbel openslaand balkonraam met spiegelboogvormig kalf en rechts één venster.

De symmetrisch ingedeelde achtergevel (zuidoost) heeft een vergelijkbare gevelindeling als de voorgevel. Voor het middenrisaliet bevindt zich een natuurstenen halfrond balkon, gedragen door slanke Ionische zuilen met erboven het door een spiegelboogvormig traplicht. Onder het balkon is een rechthoekige natuurstenen plaat ingemetseld met een figuratieve voorstelling in haut-reliëf. Rechts van het bordes bevindt zich een stichtingssteen. Op enkele pijlers van het bordes staan 17de-eeuwse natuurstenen siervazen met bloemen en schilddragende leeuwen. Aan weerszijden van het middenrisaliet is in de gevel een pseudo kruiskozijn in de gevel geplaatst, geflankeerd door een smal venster. Ten noordoosten sluit op de achtergevel een tuinmuur aan, gedekt door een ezelsrug. Ongeveer halverwege wordt deze muur doorbroken door een rondbogige doorgang onder een verhoogd gemetselde ezelsrug. Links daarvan bevindt zich een fontein in een rondbogig spaarveld. Voor de achtergevel ligt een gemetseld terras (zie onderdeel 4).

Tegen de linkerzijgevel (noordoost) staat een rechthoekige éénlaags uitbouw met een plat dak met rechts een kleine rechthoekige uitbouw. De beide zijgevels hebben een pilastergeleding die aansluit op de pijlers van het balkon erboven. De zuidoostelijke zijgevel heeft in beide traveeën een rond venster.

De voorgevel van de uitbouw (noordoost) heeft links twee vensters met rechts daarvan een samengestelde deurpartij met bovenlichten onder een betonnen latei. De kleine uitbouw heeft twee vensters. Op de verdieping van het hoofdgebouw bevindt zich links een samenstel van rookkanalen, die gedeeltelijk door de dakvoet steken. Rechts in de gevel is een venster in de gevel geplaatst. Tussen uitbouw en garage loopt in noordwestelijke richting een tuinmuur, die halverwege een doorgang heeft. De door een ezelsrug gedekte tuinmuur heeft ter accentuering van de muurbeëindiging een bekroning met een bolvormig natuurstenen ornament.

INTERIEUR. In het vrijwel gaaf bewaarde interieur, met diverse stijlkamers is veel historisch bouwmateriaal verwerkt. Bij de Oud-Hollandse stijlkamers zijn de klooster- en kruiskozijnen met eikenhout en decoratief smeedijzeren beslag in 17de-eeuwse trant, zijn de vensterbanken voorzien van radiatorkasten en deels met zitbanken. De meeste vertrekken op de begane grond hebben een strokenparket. Een aantal plafonds is uitgevoerd met een zware balkenzoldering met moer- en kinderbinten. 16de- en 17de-eeuwse gebrandschilderde glas-in-loodpanelen komt voor in de vensters van onder meer de eetkamer, de bibliotheek, het trapportaal en de tochtdeuren tussen tochtportaal en hal. De deuren op de begane grond hebben, overeenkomstig de stijl van de betreffende kamer, merendeels zware panelen.

Tochtportaal, langgerekte gang en trappenhuis zijn uitgevoerd in Oud-Hollandse Neo-17de-eeuwse stijl. De dubbele tochtdeuren hebben glas-in-loodpanelen met gebrandschilderd ruiten. Donkerbruin eikenhout, voorzien van snijwerk en ebbenhouten decoraties is toegepast voor de panelenlambrizering en de deuren, die een Composiete pilastergeleding hebben en een gecornist hoofdgestel. In het tochtportaal en de gang staan op de kapitelen in totaal twaalf bruin geschilderde terracotta beelden (apostelen) uit het midden van de 18de eeuw in de trant van Zuid-Nederlandse beeldhouwer Walter Pompe. Verspreid over de beide lange zijden bevinden zich zes midden-18de-eeuwse tegeltableaus met bijbelse voorstellingen binnen een omlijsting met schildpadtegels. Hiervan zijn aan de zuidwestzijde drie opgenomen in de lambrisering boven een vaste bank met ventilatorkasten. De overige tegeltableaux hebben arcadische voorstellingen, die kunnen worden toegeschreven aan de Rotterdamse tegelfabriek Aelmis. Aan de andere lange zijde (noordoost) is een zwart marmeren schouw met boezem uit het derde kwart van de 17de eeuw geplaatst. Boven een spiegelpaneel bevindt zich binnen een (Neo-)omlijsting uit de bouwtijd van het huis een grisaille met putti (gesigneerd 'J(acob) de Wit') uit omstreeks 1775.

Aan het einde van de gang bevindt zich een houten trap met bordes, waarvan de Manieristische trapbalusters in schijnperspectief zijn uitgevoerd. Rondom het trappenhuis is een cassettenlambrizing aangebracht, die aan de onderzijde wordt afgesloten door een fries met in totaal zeventien historische, vermoedelijk 17de-eeuwse wapenschildjes met naam en helmteken. Het grote traplicht heeft een spiegelboogvormige beëindiging. Onder het bordes van de trap bevindt zich aan de tuinzijde een kleine rechthoekige plantenkamer boven een zandstenen plint betegeld met witjes, enkele 18de eeuwse tegels en een fonteintje. Op de vloer liggen winkelmanstegeltjes.

De bibliotheek, uitgevoerd in Oud-Hollandse stijl, heeft een hoge paneellambrizering- en deuren met casettepatroon. De eiken lambrisering bestaat uit panelen met geometrisch patroon en een gecornist hoofdgestel, alles uitgevoerd met snijwerk en voorzien van ebbenhouten details.

Aan de zuidwestzijde zijn twee ingebouwde boekenkasten met gecanneleerde Corintische pilasters opgenomen. Vergelijkbare detaillering komt ook voor in de deuromlijsting van de deur naar de woonkamer. Boven de lambrisering is goudleerbehang aangebracht met twee verschillende motieven (Zuidelijke Nederlanden; ca. 1725-1745;). De glas-in-loodramen zijn uitgevoerd met gebrandschilderde voorstellingen, waarvan de oudste stammen uit het midden van de 16de eeuw, gemiddeld vier per raam. Van de zware rechthoekige schouw wordt de schouwmantel gedragen door roodbruin geaderde, marmeren zuilen. De houten bekleding van de schouwmantel heeft een pilastergeleding met zuilen, voorzien van vergulde corintische kapitelen. In het fries van het hoofdgestel erboven is in intarsia de tekst 'anno/in mei/1621' aangebracht. Eronder komen in drie traveëen rondbogige 17de-eeuwse geschilderde panelen voor met allegorische vrouwenfiguren. Onder de schouwbalk hangt een 17de-eeuwse tapisserie als schoorsteenvalletje. Centraal op de achterwand van de haard bevindt zich een 17de-eeuws tegeltableau, voorstellende 'Zeeslag tussen de heer Admiraal de Ruyter en Prins Robbert v.d. Graaf, d'Estree bij Kijkduin & de Helder op den 21 April 1673'. Verder 18de-eeuwse mangaantegels, onder andere met rankenmotief en landschappen.

De eetkamer heeft een lage lambrisering met gecanneleerde halfzuilen en vensterbanken waarin radiatorkasten zijn opgenomen.

De uit schoon metselwerk opgetrokken schouw heeft een eikenhouten ommanteling en boezem uit de bouwtijd van het huis, waarin 17de- en 18de-eeuwse reliëfs met snijwerk zijn verwerkt, waaronder een notenhouten spiegellijst. In het ronde schilderij een voorstelling van twee badende vrouwenfiguren. In de drie zware paneeldeuren zijn onder meer historische reliëfs verwerkt, waaronder pauwen. De glas-in-lood ramen zijn verlevendigd met acht gekleurde schilden met familiewapens.

Het 18de-eeuwse hoofdvertrek in Regence-stijl heeft parket met geometrisch ruitpatroon, stucplafond met in reliëf ruitpatroon in Neo-stijl, beschilderde lage lambrisering, waarin radiatorkasten zijn opgenomen. De geschilderde houten bovendeurstukken en de blauw-grijs geaderde marmeren schouwen stammen vermoedelijk uit circa 1780. Schuifdeuren geven toegang tot de serre.

De vestibule met zwart/wit marmeren tegelvloer heeft een halfhoge eiken lamberisering met als kapstokken 17de-eeuwse gestoken reliëfs.

De keuken, dien- en spoelkamer en het diensttrappenhuis hebben hun oorspronkelijke karakter behouden met bijvoorbeeld de oorspronkelijk betegeling en vaste (vitrine)kasten en granito aanrecht. Tevens dienstlift is een bewaard.

De verdieping is soberder van uitvoering met wit gepleisterde wanden en stucplafonds met verschillende patronen (eierlijst, guttae). Ook hier zijn verschillende historische bouwelementen toegepast, zoals de schouw in de slaapkamer, die een 17de-eeuwse gestoken omlijsting heeft en een achterwand met Delfts blauwe tegels. Badkamer met Delftsblauwe tegels uit de bouwtijd van het huis met bijbelse scènes. De deur naar de dienstvleugels is vermoedelijk 18de-eeuws, voorzien van smeedwerk

Waardering

Het uit 1924 daterende landhuis 'Coromote' is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische historische waarde:

- als hoofdonderdeel van het gelijknamige complex met bijbehorende onderdelen en terrasaanleg;

- wegens de Nieuw Historiserende bouwstijl, geïnspireerd op het Hollands Classicisme met invloed van de Engelse landhuisstijl waarbij historische bouwelementen en kunstwerken uit de 16de tot 18de eeuw zijn geïncorporeerd;

- als een representatief voorbeeld van het bouwkundige oeuvre van de Haagse architect S. de Clerq;

- het landhuis is in hoge mate gaaf in hoofdvorm, materiaalgebruik en detaillering, zowel wat betret het ex- als het interieur;

- vanwege het gaaf bewaarde interieur dat in verschillende neo-stijlen is uitgevoerd typerend voor het begin van de 20ste eeuw.

Het landhuis heeft voorts een hoge ensemblewaarde vanwege de ruimtelijke, functionele en stilistische samenhang met de overige complexonderdelen, terrasaanleg en tuinmuren.

Dit monument maakt onderdeel uit van complexnummer 524483. Hier vindt u meer informatie over het complex en de bijbehorende monumenten.

Overige gegevens

Oorspronkelijke functies

Hoofdfunctie Hoofdcategorie Subcategorie Functie Verbijzondering Toelichting
Ja Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats Landhuis

Bouwactiviteiten

Werkzaamheid Van Tot Nauwkeurigheid Toelichting
vervaardiging
1924
1924
exact

Bouwstijlen

Bouwstijl Zuiverheid Toelichting Rijksmonumentnummer
Heroriëntatie op tradit. bouwwijzen
invloeden
Heroriëntatie op tradit. bouwwijzen
stijlzuiver
Neo-Classicisme
invloeden
Inspiratie van het Hollands Classicisme

Ambachten

Vakman Beroep Toelichting
Clerq, S. de ; Zuid-Holland
architect / bouwkundige / constructeur
Loudon, Jvr. E. ; Zuid-Holland
opdrachtgever
Melvill van Carnbee, Wed. van Jhr.Mr. A.L.J. ; Zuid-Holland
opdrachtgever