Inleiding onderdeel 16.

De bij de historische buitenplaats Clingendael behorende helft van een dubbele TUINMUUR van het type SLANGEMUUR uit ca. 1727-1733 vermoedelijk gebouwd door Wigbold Slicher. Een verklaring voor het experimentele karakter van de muur kan zijn dat Slicher een familielid was van Pieter de la Court van der Voort, die een handboek over de tuinkunst schreef (1737). De holten van de muur dienen voor het geven van luwte aan kwetsbare fruitsoorten. De muur is ca. 1986 gerestaureerd. In het verlengde van de muur heeft, blijkens een kaart uit 1730 een pendant van de muur gestaan.

Omschrijving

Een onversierde, door rollagen beëindigde, gemetselde muur van rode handvormsteen. De van noordoost naar zuidwest lopende muur heeft een noordoostzijde met convexe welvingen tussen vlakke muurdelen en een zuidwestzijde met concave welvingen tussen de vlakke muurdelen.

Waardering

De slangemuur is van algemeen belang vanwege de architectuur-, cultuurhistorische en de ensemblewaarde;

- als een bijzonder onderdeel van één der belangrijkste 17de-eeuwse buitenplaatsen in de regio;

- als een relatief zeldzaam voorbeeld van een tuinmuur, die een belangrijk element vormt in de ontwikkelingsgeschiedenis van de tuinarchitectuur in het algemeen en die van de tuin van Clingendael in het bijzonder;

- als markering van de plaats voormalige moestuin op Clingendael;

- als zodanig is sprake van een visuele, ruimtelijke en functionele relatie met de overige complexonderdelen van de buitenplaats;

- doordat de muur vrij gaaf en als zodanig goed herkenbaar is.